5.5, 5.6 en 5.7

5.5, 5.6 en 5.7
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolMBOvmbo lwoo, havoLeerjaar 3

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

5.5, 5.6 en 5.7

Slide 1 - Diapositive

5.5 Personeelsbehoefte
Wat is personeelsbehoefte?

Slide 2 - Diapositive

Personeelsplan
Een personeelsplan is een gedetailleerd overzicht van het aantal en het soort mensen, met hun kwalificaties die nodig zijn om de operationele doelstellingen te realiseren.

Slide 3 - Diapositive

Waarom is het belangrijk dat je personeelsplan op orde is?

Slide 4 - Question ouverte

Personeelsplan
Personeelstekort
  1. Veel werkdruk
  2. Lege schappen

Personeelsoverschot
  1. Te weinig werkdruk
  2. Hoge personeelskosten

Slide 5 - Diapositive


Wat wordt er met de afbeelding bedoeld?
  • Je personeelskosten moeten niet hoger zijn dan je opbrengsten.

Slide 6 - Diapositive

Balans is the key



Personeel heeft veel werk  →  Klanten moeten lang wachten

Loonkosten moeten in verhouding zijn met de omzet

Slide 7 - Diapositive

Bezetting
Overbezetting  =  Te veel personeel op de werkvloer
  • Lage werkdruk

Onderbezetting  =  Te weinig personeel op de werkvloer
  • Veel werkdruk
  • lage personeelskosten
  • Lege schappen


Slide 8 - Diapositive

Personeelsbehoefte
Personeelsbehoefte


Kwalitatieve behoefte                                      Kwantitatieve behoefte

Slide 9 - Diapositive

Wat is het verschil tussen kwalitatieve-en kwantitatieve personeelsbehoefte?

Slide 10 - Question ouverte

Kwantitatieve personeelsbehoefte bepalen

De hoeveelheid medewerkers die je nodig hebt hangt af van:
  • Bedrijfsbeleid en bedrijfsstrategie
  • Hoeveelheid werkzaamheden
  • Kosten

Slide 11 - Diapositive

Kwantitatieve personeelsbehoefte

Gaat uit van de hoeveelheid medewerkers die je nodig hebt.

Er wordt een arbeidsnorm opgesteld.
Arbeidsnorm is de tijd per eenheid die een vakman nodig heeft om een bepaalde bewerking onder normale omstandigheden uit te voeren

Slide 12 - Diapositive

Kwalitatieve arbeidsbehoefte
Eisen waaraan de medewerkers moeten voldoen

Slide 13 - Diapositive



Foto 1: Jumbo vakkenvuller          Foto 2: Medewerker slijterij

Slide 14 - Diapositive

Wat kunnen we zeggen over de kwalitatieve arbeidsbehoefte bij foto 1 en 2?

Slide 15 - Question ouverte

5.6 Werkplanning

Slide 16 - Diapositive

Werkplanning = personeelsbezettingsplan

Slide 17 - Diapositive

Personeelsbeschikbaarheid


Bij minder beschikbaarheid dan werk is er sprake van een personeelsbehoefte die groter is dan personeelsbeschikbaarheid.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Invloedsfactoren op werkplanning

  • Urenbudget
  • Hoeveelheid werk
  • Vakantiedagen van medewerkers
  • Competenties van medewerkers

Slide 20 - Diapositive

Valkuilen
  • Te weinig mensen op drukke momenten inplannen
  • Geen tijd reserveren voor routineklusjes
  • Geen tijd nemen om een werkplanning te maken

Slide 21 - Diapositive

5. 7 Werving en selectie
Te weinig medewerkers in een bedrijf  →  Personeel werven

Slide 22 - Diapositive

Functieomschrijving en functieprofiel

Functieomschrijving
Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden

Functieprofiel
Eisen voor de medewerker

Slide 23 - Diapositive

Functieomschrijving

Slide 24 - Diapositive

Functieprofiel

Slide 25 - Diapositive

A.d.h.v. een selectiecriteria bepaalt een bedrijf of een kandidaat wel of niet geschikt is.

Selectiecriteria = Een lijst met eigenschappen waaraan een kandidaat moet voldoen om geschikt te zijn voor de functie

Slide 26 - Diapositive

Waarde geven aan een functie
Functiewaardering is het indelen van functies op basis van zwaarte. (benodigde kennis en opleiding, de hoeveelheid leidinggevende taken, zelfstandigheid van de functie)

Functiewaardering helpt bij het bepalen van loon.

Slide 27 - Diapositive

Sollicitatie voorbereiding
Voordat je gaat werven, moet je de volgende zaken helder hebben:

  • Waaruit bestaat de functie?
  • Welke persoonlijke eigenschappen zoek ik in de kandidaat?
  • Welke deskundigheid verwacht je?
  • Welke vormgeving kun je als winkelbedrijf bieden?

Slide 28 - Diapositive

Interne werving





Werven binnen de organisatie
Externe werving





Werven buiten de organisatie

Slide 29 - Diapositive

Interne werving
Lagere kosten
Proces sneller afgerond
Niet opnieuw de medewerkers leren kennen

Nadeel
Kan voor een concurrentiestrijd tussen medewerkers zorgen

Slide 30 - Diapositive

Wat zijn manieren om extern te werven?

Slide 31 - Carte mentale

Wat zouden voor- en nadelen zijn van externe werving

Slide 32 - Question ouverte

Externe werving
Voordeel
- Medewerkers hebben andere/nieuwe inzichten

Nadeel
- Kost meer tijd

Slide 33 - Diapositive

Sollicitatiecode
De organisatie en sollicitant hebben tijdens het werving- en selectietraject verschillende rechten en plichten die zijn vastgesteld in de solliciatiecode.

Doel: Het creëren van een zo eerlijk en open mogelijke behandeling van sollicitanten tijdens werving en selectieprocedures.

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Sollicitatiecode
https://www.nvp-hrnetwerk.nl/l/library/download/urn:uuid:bb536fcf-2705-4f57-ae81-076d2b0620be/10062020_nvp_3-luik+folder+sollicitatiecode_defwebnl+%281%29.pdf

Slide 36 - Diapositive

Wet gelijke behandeling (AWGB)

Verbiedt dat er onderscheid wordt gemaakt op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, nationaliteit, seksuele gerichtheid of burgerlijke staat.

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Diapositive

Solliciteren bestaat uit 2 stappen

  1. Een keuze maken uit de sollicitatiebrieven of andere uitingen waarop een kandidaat zich heeft aangemeld voor de functie.
  2. Het sollicitatiegesprek

Slide 40 - Diapositive

Brievenselectie → sollicitatiegesprekken

  • De personen en hun functie die aanwezig zijn vanuit het bedrijf
  • Adres
  • Tijd

Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Diapositive

STARR-methode
Is een optie:
Je vraagt de sollicitant naar gedragsvoorbeelden uit het verleden. Hiermee kun je beoordelen of een sollicitant het gedrag vertoont dat past bij de functie.

Antwoord: Is de sollicitant competent (bekwaam)

Slide 43 - Diapositive