HH grammatica

Grammatica aanbieden
Dit is deel 1. 
Deel 2 krijg je later aangeboden. 
Het is te veel om alles in 1 keer te doen.
1 / 49
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2BasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 49 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Grammatica aanbieden
Dit is deel 1. 
Deel 2 krijg je later aangeboden. 
Het is te veel om alles in 1 keer te doen.

Slide 1 - Diapositive

Wat ga je doen?
We gaan verschillende onderdelen oefenen van grammatica. 
- De persoonsvorm uit een zin halen;
- Het onderwerp uit een zin halen;
- Een zin verdelen in zinsdelen;
- Een samengestelde zin maken (en, maar, want, omdat, terwijl, ...);
- Een zin met "die" of "dat" maken;
- Een voltooid deelwoord in een zin kunnen schrijven;
- Hoofdletters en leestekens gebruiken in een zin (. ? ! ,) = Puur in de zinnen die je bij de opdrachten krijgt, je gaat niet specifiek oefenen met bijvoorbeeld aanhalingstekens.

Slide 2 - Diapositive

Waarom ga je dit oefenen?
Zodat je goede zinnen kunt maken bij de schrijftoetsen van TOA.

Slide 3 - Diapositive

Persoonsvorm
Kijk eerst naar het filmpje. Maak daarna de opdracht.
Lees de zinnen en schrijf de persoonsvorm op.
LET OP! Bij een samengestelde zin staan altijd twee persoonsvormen in de zin!
Bijvoorbeeld: Ik blijf vandaag thuis, want ik voel me niet lekker.

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Een aantal mannen heeft voor mijn zieke broer een boomhut gebouwd.

Slide 6 - Question ouverte

Achteraf bleek dit een heel lieve hond te zijn.

Slide 7 - Question ouverte

Pieter is nooit een fijne leerling geweest, omdat hij slecht luisterde.

Slide 8 - Question ouverte

Volgens de minister moeten we goed afstand houden van elkaar.

Slide 9 - Question ouverte

Online meer oefenen?
Klik op de link in de volgende dia. 
Maak alleen de gratis vragen.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Onderwerp
Kijk eerst het filmpje. Maak daarna de opdracht.
Lees de zinnen en schrijf het onderwerp op.
LET OP! Bij een samengestelde zin staan altijd twee onderwerpen in de zin!
Bijvoorbeeld: Ik blijf vandaag thuis, want ik voel me niet lekker.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Rosa is altijd behulpzaam gebleven.

Slide 14 - Question ouverte

Thies is docent in Amsterdam en hij vindt dat ontzettend leuk.

Slide 15 - Question ouverte

Vindt Fadi mijn idee weer niet goed?

Slide 16 - Question ouverte

Een aantal klanten ging in die lange rij staan.

Slide 17 - Question ouverte

Online meer oefenen
Klik op de volgende dia en oefen online.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Lien

Zinsdelen
Kijk eerst naar het filmpje. Maak dan de opdrachten.
Je krijgt eerst twee meerkeuzevragen.
Daarna oefen online met het verdelen van zinnen in zinsdelen. 
Klik op de plek waar volgens jou een streep moet staan. 

Bijvoorbeeld: De kat van mijn tante/ is / eergisteren/ in het bos/ verdwenen.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Heeft Ahmed voor jullie alsnog een schilderij gemaakt?
A
Deze zin heeft 5 zinsdelen
B
Deze zin heeft 6 zinsdelen
C
Deze zin heeft 4 zinsdelen
D
Deze zin heeft 7 zinsdelen

Slide 22 - Quiz

Van wie heb je die mooie boeken gekregen?
A
Deze zin heeft 5 zinsdelen.
B
Deze zin heeft 6 zinsdelen.
C
Deze zin heeft 4 zinsdelen.
D
Deze zin heeft 7 zinsdelen.

Slide 23 - Quiz

Online meer oefenen!
Klik op de volgende dia en oefen online.

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Lien

Voegwoorden
Kijk naar het filmpje. Maak daarna de opdrachten.
Je krijgt elke keer twee zinnen.
Maak daar 1 zin van door een voegwoord te gebruiken. 
Schrijf de hele zin!!! correct op, met hoofdletters en leestekens.
Er zijn meerdere antwoorden goed, er wordt wel 1 antwoord gegeven waar op gecontroleerd wordt.

Slide 26 - Diapositive

0

Slide 27 - Vidéo

Het regent. De zon schijnt ook.

Slide 28 - Question ouverte

Ik moet rennen. Mijn bus vertrekt bijna.

Slide 29 - Question ouverte

Zullen we gaan wandelen? Heb je geen tijd?

Slide 30 - Question ouverte

Wat is het beste voegwoord?
Hij zingt. Hij staat onder de douche.
A
Hij zingt, terwijl hij onder de douche staat.
B
Hij zingt of hij staat onder de douche.
C
Hij zingt, omdat hij onder de douche staat.
D
Hij zingt, omdat hij onder de douche staat.

Slide 31 - Quiz

Welk antwoord is goed?
Lees goed alle antwoorden!
A
Ik heb een geld bij me, dus ik kan niks kopen.
B
Ik heb geen geld bij me, daardoor kan ik niks kopen.
C
Alleen zin A is goed.
D
Zin A en B zijn allebei goed.

Slide 32 - Quiz

Online meer oefenen
Klik op de volgende dia en oefen online.

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Lien

Die of dat
Wil je extra uitleg?
Kijk dan op dia 52 voor een instructiefilmpje.
Je ziet dadelijk 5 zinnen. 
Kies uit die/dat. 
Schrijf het op bij de volgende dia.

Slide 35 - Diapositive

0

Slide 36 - Vidéo

Zelf oefenen (volgende dia)
1. Daar rijdt de auto ........ vroeger van mij was.
2. Ik ken een meisje ....... in de buurt van Utrecht woont.
3. Ken jij een jongen ...... in Turkije is geboren?
4. De klok ........ in de kantine hangt, staat een beetje voor.
5. Kijk, daar zie je het raam ......... kapot is.
Uitleg
Kies uit welk woord op de puntjes moet staan. Kies uit die of dat. 
Schrijf de antwoorden op de volgende dia. Je hoeft alleen het woord op te schrijven! Doe het zo:
1. ....
2. ...., enzovoorts.

Slide 37 - Diapositive

Schrijf hier de antwoorden op
(alleen die of dat)

Slide 38 - Question ouverte

Voltooid deelwoord
Kijk naar de filmpjes. Maak daarna de opdrachten.
Lees de zinnen en schrijf de hele zin op met het voltooid deelwoord.
Denk goed aan 't sexy fokschaap.
Je krijgt nu alleen zwakke werkwoorden, kies uit een t of een d op het eind.

Slide 39 - Diapositive

0

Slide 40 - Vidéo

0

Slide 41 - Vidéo

Ik heb vandaag een heel stuk .... (fietsen)

Slide 42 - Question ouverte

Hij heeft naar de koning.... (zwaaien)

Slide 43 - Question ouverte

Wij hebben het ..... (vertellen)

Slide 44 - Question ouverte

Zij heeft de hele dag .... (mopperen)

Slide 45 - Question ouverte

Online meer oefenen
Klik op de volgende dia en oefen online.

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Lien

Oefenen voor taalverzorging
- verkleinwoorden
- meervoud
- betekenis van woorden, woorden op de goede plek invullen
- werkwoorden
- schrijfwijze van woorden
- bijvoeglijk naamwoord
- leestekens
- lettergrepen

Slide 48 - Diapositive

Einde
Goed gewerkt!

Slide 49 - Diapositive