BS 2 Genen

1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Chromosomen, genen en allelen (schematisch)

Slide 4 - Diapositive

genotype of fenotype?
genotype of fenotype?

Slide 5 - Diapositive

BS 2 Genen 

Slide 6 - Diapositive

Waar gaat deze bassistof over?
  • Homozygoot
  • Heterozygoot
  • Dominante en recessieve allelen
  • Letters voor allelen
  • Intermediair fenotype

Slide 7 - Diapositive

Leerdoelen
  •  Je kunt omschrijven wat homozygoot, heterozygoot, dominant, recessief en intermediair fenotype betekenen.

Slide 8 - Diapositive

Woordenlijst
  • homozygoot
  • heterozygoot
  • dominant allel
  • recessief allel
  • intermediair fenotype

Slide 9 - Diapositive

Inleiding 
Je kunt verschillende allelen hebben voor een eigenschap. Welke eigenschap je dan krijgt, hangt af van de sterkte van het allel.

Slide 10 - Diapositive

homozygoot / heterozygoot

Slide 11 - Diapositive

Homozygoot
Twee genen van een genenpaar
zijn hetzelfde

homo = gelijk

Slide 12 - Diapositive

Homozygoot
Heb je 2 genen voor krullend haar, dan ben je homozygoot voor de eigenschap krullend haar.

Slide 13 - Diapositive

homozygoot / heterozygoot

Slide 14 - Diapositive

Heterozygoot
De twee genen zijn ongelijk

Hetero = ongelijk

Het ene gen is dominant over het
andere gen
A = dominant
a = recessief 

Slide 15 - Diapositive

Heterozygoot

1 gen voor steil haar en 1 gen voor krullend haar.

De twee genen zijn dan ongelijk.

Dan ben je heterozygoot voor de haarvorm.

Slide 16 - Diapositive

2 homozygoot voor witte bloemkleur

1 homozygoot of heterozygoot voor rode bloemkleur

Slide 17 - Diapositive

Dominante en recessieve allelen
 Het is een dominant allel. Een dominant allel zie je altijd terug in het fenotype. Het allel voor steil haar noem je een recessief allel. Een recessief allel zie je alleen terug in het fenotype als er geen dominant allel aanwezig is.

Slide 18 - Diapositive

Letters voor allelen
• Het allel voor krullend haar is dominant. Dit kun je aangeven met de letter A.
• Het allel voor steil haar is recessief. Dit kun je aangeven met de letter a.

Slide 19 - Diapositive

Hiermee zijn drie genotypen voor haarvorm mogelijk:
  •  AA: Deze persoon is homozygoot voor de haarvorm krullend haar. Het fenotype is krullend haar.
  •  Aa: Deze persoon is heterozygoot voor de haarvorm. Het fenotype is krullend haar.
  • aa: Deze persoon is homozygoot voor de haarvorm steil haar. Het fenotype is steil haar.

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Intermediair fenotype
 Bij een heterozygoot genotype ontstaat dan een intermediair fenotype. Dit is een mix van de beide eigenschappen in het fenotype.

Slide 22 - Diapositive

Huiswerk

  • Lezen bs 
  • Maken woordenlijst bs 
  • Maken opdrachten bs  digitaal 

Slide 23 - Diapositive