Professioneel gesprek voeren

• Methodisch werken
• MBO
• Studiejaar 1

Communicatie in de zorg

Professioneel gesprek voeren

Lesdoel

Aan het eind van de les kun je een professioneel gesprek voeren

Stelling: Communicatie doe je altijd!

1. waar
2. niet waar

Communicatie

Niet alleen wanneer je in gesprek bent met een zorgvrager, maar ook wanneer je niets zegt. 

Je lichaamshouding kan bijvoorbeeld al heel veel zeggen.

Waarop pas jij je communicatie aan?

Boodschap overbrengen --> bewustwording --> een bekende,    een individuele zorgvrager of een hele groep --> contact maken --> zelf praten, luisteren, vragen te stellen en te observeren.

Communiceren definitie 

Communiceren is het met elkaar in contact treden en uitwisselen van informatie

Voor iedere vorm van communicatie zijn drie dingen nodig:

Communicatie: 

• de zender
  
• de boodschap
  
• de ontvanger

Communicatiekanalen: 

1. spreken
   
2. zien
   
3. ruiken
   
4. aanraken
   
5. proeven

Via welk kanaal communiceer je tijdens een telefoongesprek?

Storingen in het communicatieproces kunnen zijn:

Ruis:

Externe ruis: alle informatie die van buiten jezelf komt en de communicatie verstoort. 

Interne ruis: verstoring van de communicatie door iets in jezelf waardoor je de boodschap niet goed of onvolledig waarneemt. 

Interpretatie:

De boodschap, die door de zender vertaald is, moet door de ontvanger geïnterpreteerd worden. Dit kan in de zorg tot tal van problemen leiden. Deze problemen kunnen verschillende oorzaken hebben. 

Referentiekader:

Het referentiekader is het geheel van iemands waarden, normen, ervaringen en ideeën. 

Het referentiekader bepaalt – voor een deel onbewust – hoe iemand iets beoordeelt. 

Lichamelijke of psychische aandoening

Kun je voorbeelden benoemen?

De afstand die er is tussen zender en ontvanger bepaalt het soort contact dat je met iemand hebt. 

Vier zones:

1. de intieme zone

2. de persoonlijke zone

3. de sociale zone

4. de publieke zone

Stelling: Gedrag valt ook onder communicatie!

1. waar
2. niet waar

Definitie

Gedrag is alles wat iemand zegt, doet of laat.

Opdracht

Maak twee-tallen

Kies één van de volgende onderwerpen

Eén van jullie is de verzorgende/verpleegkundige 

Ga samen het gesprek aan

Leg je gesprek vast op film

Gesprek 1

Stel je voor dat een zorgvrager jou vertelt dat hij erg opziet tegen het onderzoek.  Je moet vertellen over het onderzoek dat de zorgvrager gaat krijgen. Hoe breng je dit nieuws op een empathische en duidelijke manier over?

Gesprek 2

Je voert een gesprek met een zorgvrager die ontevreden is over de zorg of een conflict heeft met een medewerker. Hoe ga je om met emoties en probeer je tot een oplossing te komen?

Gesprek 3

Stel je voor dat je met een zorgvrager spreekt over hun eigen regie en hoe ze hun gezondheid willen beheren. Hoe motiveer je hen om actief deel te nemen aan hun zorg?

Gesprek 4

Voer een gesprek waarin je een zorgvrager informeert over hun medicatie, bijwerkingen en het belang van therapietrouw. Hoe zorg je ervoor dat ze goed begrijpen wat ze moeten doen?

Gesprek 5

Stel je voor dat je met een zorgvrager praat over hun gedrag dat onacceptabel is binnen de zorginstelling. Hoe stel je duidelijke grenzen en handhaaf je professionele normen?

Gesprek 6

Oefen een gesprek waarin je een zorgvrager informeert over een medische procedure, de risico’s en alternatieven. Hoe zorg je ervoor dat ze geïnformeerd toestemming geven?