Kwaliteitszorg - deel 1

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

De begeleider maatschappelijke zorg heeft vanuit haar eigen deskundigheid een bijdrage geleverd aan het bevorderen (verbeteren) en bewaken (borgen) van de kwaliteitszorg.

Slide 2 - Diapositive

Kwaliteit

Slide 3 - Carte mentale

Normatief
Subjectief
Onderwerpgebonden
Relatief 


Kwaliteit

Slide 4 - Diapositive

Normatief
Kwaliteit wordt beschreven door de feitelijke situatie te vergelijken met een gewenste of ideale situatie.
De beschrijving drukt een bepaalde waardering of norm uit
(‘kwalitatief slechte hulp voldoet niet aan de gestelde eisen’).

Slide 5 - Diapositive

Subjectief
Kwaliteit kan door verschillende partijen anders gedefinieerd en beoordeeld worden (bijvoorbeeld zorgprofessionals, patiënten/ cliënten, ziektekostenverzekeraars en beleidsmakers).
In grote lijnen zeggen partijen hetzelfde, maar ieder heeft een eigen mening over wat goede kwaliteit is door prioriteits- en accentverschillen

Slide 6 - Diapositive

Onderwerpgebonden
Kwaliteit krijgt meer betekenis naarmate het begrip gekoppeld wordt aan een concreet onderwerp (vergelijk bijvoorbeeld de ‘kwaliteit van zorg’ of ‘de kwaliteit van een maaltijd’).

Slide 7 - Diapositive

Relatief
De omstandigheden waarin je verkeert, bepalen de beoordeling van de kwaliteit. Als het bijvoorbeeld regent, zult je het op prijs stellen wanneer iemand je een paraplu aanbiedt. Biedt iemand je een paraplu aan wanneer het niet regent, dan kan dit juist ongewenst zijn.

Slide 8 - Diapositive

Kwaliteit

Slide 9 - Diapositive

Stel jij bent zorgminister, wat zou jij dan direct aanpakken? Waarom? 

Slide 10 - Diapositive

Procedure
Als je op het werk gebruikmaakt van een standaardprocedure, dan wil dat zeggen dat je een richtlijn volgt bij het werken. ​
Een standaardprocedure geeft  duidelijkheid en houvast. ​
In sommige situaties gaat een standaardprocedure niet ver genoeg. Een standaardprocedure is namelijk een richtlijn en dat betekent dat de beroepsbeoefenaar ruimte heeft om van de standaard af te wijken. ​
Als het handelen van de beroepsbeoefenaar preciezer vastgelegd moet worden, dan is het beter om een protocol in te voeren 
Protocol
In een protocol staat welke handelingen je in welke volgorde ​
moet uitvoeren. Er staat dus stap voor stap precies omschreven ​wat je in een bepaalde situatie wel en niet moet doen. ​
In een calamiteitenprotocol staat bijvoorbeeld precies omschreven ​hoe je moet handelen bij een ramp of noodsituatie. 

Richtlijnen, regels en voorschriften
Dit zijn (zeer) concrete aanwijzingen waaraan medewerkers zich in hun werk dienen te houden.

Begrippen

Slide 11 - Diapositive

Welke protocollen ken je?

Slide 12 - Carte mentale

Transferprotocol
Valprotocol
Badprotocol
Slikprotocol
Wegloopprotocol
Calamiteitenprotocol
Voorbeelden van protocollen

Slide 13 - Diapositive

Duidelijkheid
Procedures en protocollen zijn ervoor om duidelijkheid te creëren over hoe een taak uitgevoerd
moet worden. Zij geven ook aan wie voor welke taak verantwoordelijk is en hoe de taken op elkaar
zijn afgestemd. Door werkprocedures ben je beter in staat je werk uit te voeren.
Constante kwaliteit
Procedures en protocollen zorgen voor een constante kwaliteit. In de procedures en regels staat omschreven welke kwaliteitseisen er zijn. Medewerkers weten daardoor welke kwaliteit verwacht wordt. Cliënten kunnen zo op een bepaalde kwaliteit rekenen.
Coördinatie en afstemming
In de procedures en regels is vastgelegd welke taken en verantwoordelijkheden bij de verschillende
afdelingen en functies horen. Zo wordt er geen werk dubbel gedaan, of helemaal niet gedaan.
Iedereen kan op zijn eigen verantwoordelijkheid worden aangesproken.
Veiligheid
In protocollen staat precies wat je moet doen om veilig te werken. Zo zijn er voorschriften voor de
brandveiligheid, het milieu en de arbeidsomstandigheden. En er zijn richtlijnen voor
verbruiksartikelen als voeding.


Protocollen en procedures zorgen voor:

Slide 14 - Diapositive

  • Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz)
  • Wet Langdurige zorg
  • Wet Maatschappelijke Ondersteuning
  • Wet zorg en dwang
  • Kwaliteitswet zorginstellingen


Wet- en Regelgeving

Slide 15 - Diapositive

Kwaliteit is een aandachtspunt voor cliënten, medewerkers en management geworden.
    Per sector geldt een ander kwaliteitskader.

Doel: doormiddel van een visie helderheid geven over wat goede zorg is
Kwaliteitskader 

Slide 16 - Diapositive

De Kwaliteitswet zorginstellingen is als
Nederlandse wet onderdeel van het gezondheidsrecht en stamt uit 1996.

De Kwaliteitswet zorginstellingen (KWZ) verplicht zorginstellingen hun eigen kwaliteit te bewaken, te beheersen en te verbeteren.
De wet noemt vier kwaliteitseisen waaraan een instelling moet voldoen:
  1. Verantwoorde zorg
  2. Op kwaliteit gericht beleid
  3. Het opzetten van een kwaliteitssysteem
  4. Het maken van een jaarverslag.



Kwaliteitswet zorginstellingen (KWZ)

Slide 17 - Diapositive

HKZ staat voor Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector. Het HKZ Certificaat geeft aan dat een instelling voldoet aan vooraf vastgestelde kwaliteitsnormen van de geleverde zorg.

Als een organisatie het certificaat behaalt, betekent dit dat de instelling:
  • goed georganiseerd is
  • cliënten centraal stelt
  • continu werkt aan optimalisering van het aanbod (kwaliteitsverbetering)
  • betrouwbare resultaten presenteert
  • voldoet aan de eisen die vanuit de sector zelf, door financiers, cliënten en de overheid worden gesteld
Toetsing om de 3 jaar door een externe organisatie

Wat is het HKZ Certificaat?

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Aan de slag
Je kunt nu aan de slag met BPV oefenopdracht B K2 W2
Tijdens de volgende SLB les werken we verder aan deze opdracht, daarna lever je hem in bij opdrachten in Teams.

Slide 20 - Diapositive