2024-2025 2.3.1 Klinisch redeneren

2.3.1 Klinisch redeneren
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

2.3.1 Klinisch redeneren

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma
  • Voorstellen
  • Uitleg immersive room
  • Groepsindeling immersive room
  • Theorie: basis klinisch redeneren
  • Aan de slag  ( 2e lesuur)
  • Terugkoppeling (3e lesuur)
  • Afronding 


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Immersive room
  • Fija Hessels  olf.1.033







Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is volgens jou klinisch redeneren?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoel

Ik kan de stappen benoemen van het klinisch redeneer proces en deze toepassen op de casus.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klinisch = ziekte, gezondheidsprobleem of ziekteverschijnsel
Redeneren = verklaren/overwegen/uiteenzetten

Waarom?
Biedt overzicht in (complexe) gzh situaties
Helpt om je waarnemingen onder woorden te brengen.
Helpt je om juiste keuzes te maken in je zorgverlening
Geeft verantwoorde onderbouwing van je eigen handelen
Biedt houvast voor je communicatie met de arts of andere disciplnes.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vaardigheden zijn nodig om te kunnen
klinisch redeneren?

Slide 7 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheden

  • Vakkennis
  • Observatievermogen
  • Analytisch vermogen
  • Communicatie vermogen

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn de 6 stappen van
klinisch redeneren?

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
  • 6 groepen: elke groep gaat een stap van het klinisch redeneren uitwerken en presentatie voorbereiden

  • Als je klaar bent voor de presentatie maak je alvast de volgende opdrachten:                              Boek:  Klinisch redeneren 
      - Module 1:  H1:  Wat is klinisch redeneren > Verwerkingsopdrachten 1 t/m 6
                               H2: Het klinisch redeneerproces > Verwerkingsopdrachten 1 en 2

  • Presenteren!
  • Maak een word 








Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is het verschil tussen klinisch redeneren en
het verpleegkundig proces?

Slide 12 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verpleegkundig proces
Stap 1 Gegevens verzamelen: Anamnese
Stap 2 Verpleegkundige diagnose stellen (NANDA Carpenito)
Stap 3 Verpleegkundige doelen (NOC Carpenito > SMART)
Stap 4 Interventies plannen (NIC: Carpenito)
Stap 5 Interventies uitvoeren (NIC: Carpenito)
Stap 6 Evaluatie

Slide 14 - Diapositive

North America Nursing Diagnoses Association

Nursing intervention classification

Nursing outcome classification
Verschillen
Het verpleegkundig proces richt zich voornamelijk op het verlenen van zorg aan de patiënt, terwijl klinisch redeneren meer een denkproces is waarmee verpleegkundigen complexe zorgsituaties analyseren en beslissingen nemen.

Het verpleegkundig proces is specifiek gericht op het zorgplan van de patiënt, terwijl klinisch redeneren breder kan worden toegepast om inzicht te krijgen in het probleem en op de beste manier te reageren op verandering in de gezondheid van de patiënt.

Kortom, het verpleegkundig proces en klinisch redeneren vullen elkaar aan: het verpleegkundig proces biedt een gestructureerde aanpak voor zorgverlening, en klinisch redeneren ondersteunt bij het maken van weloverwogen keuzes binnen dit proces.

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klinisch redeneren
  Marc Bakker:
  - Observeren 
  - Analyseren
  - Communiceren

  > 18 Zorgthema's

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
Marc Bakker; observeren / analyseren/ communiceren
18 Zorgthema's

Stap 1. Welke zorgthema's spelen een rol bij de casus van Arjun Singh de kopjes:
              - Patiënteninformatie 
              - Opname

Stap 2. Is dit thema: functioneel, disfunctioneel, potentieel disfunctioneel

Voorbeeld: obesitas, zorgthema 16:
Spijsverteringsfuncties pagina 577 morbide obesitas: potentieel disfunctioneel

 Ga op de volgende sheet via de link naar het boek van Marc Bakker







Slide 17 - Diapositive

Stap 1 oriëntatie op de situatie
koppelen aan zorgthema
= Stap 2 klinische probleemstelling: wat is functioneel, disfunctioneel en wat is potentieel disfunctioneel?

Volgende week redeneerhulp koppelen aan casus : welk redeneerhulp past bij welk zorgthema?

Slide 18 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

1
2
4
5
3
6
Aanvullend klinisch onderzoek
Orientatie situatie
Klinisch probleem-stelling
klinisch beleid
klinisch verloop
Evaluatie

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel behaald?

Ik kan de stappen benoemen van het klinisch redeneer proces en deze toepassen op de casus.


Vooruitblik: Volgende week aan de slag met redeneerhulpen.
Neem je uitgewerkte opdrachten mee naar de les! 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe vond je deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions