Zanddeeg Gevorderd

Zanddeeg/Korstdeeg
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
Vak-theorieMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Zanddeeg/Korstdeeg

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel
  • Zanddeeg toevoegingen
  • Verwerking van zanddegen
  • Afwerken van zanddegen
  • Bakken van zanddeeg

Slide 2 - Diapositive

Waar denk je aan bij Zanddeeg?

Slide 3 - Carte mentale

Product groepen
  • Zet- kruimeldeeg
  • Roerdeeg
  • Wrijfdeeg

Slide 4 - Diapositive

Toevoegingen
Wat houden toevoegingen in en is het doel van een toevoeging?

  • Enkelvoudige
Voorbeelden?

  • Samengestelde
Voorbeelden?

Slide 5 - Diapositive

Wat is een enkelvoudige toevoeging?
A
Frangipane
B
Geleroom
C
Kaneelsuiker
D
Appelparten

Slide 6 - Quiz

Wat is een samengestelde toevoeging?
A
Abrikozen
B
Victoriabeslag
C
Eistrijksel
D
Greinsuiker

Slide 7 - Quiz

Verwerken
Plannen en efficiënt werken
Zet- kruimeldeeg
  • Printen
  • Snijden
  • Steken
  • Spuiten en fonceren
Roer- en wrijfdeeg
  • Op spuittechnieken

Slide 8 - Diapositive

Bakproces
  • Bloem (binding van het zetmeel = verstijfselen boven de 65 geraden
  • Bloem eiwitten coaguleren (stremmen). Bloemeiwitten samen met de suikers ook functie bij de bruinkleuring (Maillard reactie).
  • Vetstof vloeit uit, houdt ingeslagen lucht vast.
  • Suiker heeft invloed op de bakaard, brosheid, smaak, krokantheid en kleur.

Slide 9 - Diapositive

Bakproces
  • Rijsmiddelen, brosheid, smaak en volume vergroting

  • Water en Melk licht vloeiende bakaard en smaak

  • Eieren, smaak, volume, kleur en structuur

Slide 10 - Diapositive

Afwerken
Doel van het afwerken
  • Het aantrekkelijker, smaakvoller en houdbaarder maken van de gebakken producten

Slide 11 - Diapositive

Welke temperatuur mag je afdekgelei maximaal hebben?
A
70 graden Celsius
B
60 graden Celsius
C
80 graden Celsius
D
90 graden Celsius

Slide 12 - Quiz

Glaceren doe je met welke grondstof?
A
Fondant
B
Abrikozenjam
C
Chocolade
D
Poedersuiker

Slide 13 - Quiz

Wanneer is een product gaar?
A
Zetmeel verstijfselt en eiwit gekleurd
B
Zetmeel verstijfselt en eiwit gecoaguleerd
C
Bloem gebonden en ei gekleurd
D
Als de wekker van de oven afgaat

Slide 14 - Quiz

Zoek een plaatje/foto van een pensee taartje

Slide 15 - Question ouverte

Wat gebeurd er met je fondant als je deze te warm verwerkt?

Slide 16 - Question ouverte

Je hebt te veel suiker gebruikt in je roerdeeg. Wat gebeurd er met je eindproduct?

Slide 17 - Carte mentale

Korstdeeg 

Slide 18 - Diapositive

Waar denk je aan bij korstdeeg?

Slide 19 - Carte mentale

Bereiden
  • Basis recept
100 % Tarwebloem (kluut)
 90 % vetstof (korstmargarine)
 55 % water

Slide 20 - Diapositive

Bereiden (2)
Basisgrondstoffen
  • Tarwebloem (vermogen tot vormen van gluten door tarwe eiwitten gliadine en glutenine).
  • Vetstof (smaakvol, vlak smelttraject en plastisch) Gescheiden houden van deeglaagjes
  • Water (schoon en koud). Samenhang

Slide 21 - Diapositive

Toevoegingen
Enkelvoudige
  • Ei, vruchten, zaden, hartige toevoeging

Samengestelde
  • Hartig- en zoete toevoegingen

Slide 22 - Diapositive

Verwerken 
  • Koekjes, stukwerk, gebak
  • Conditioneren
  • Verwerkingstechnieken

  • Gereedschap

Slide 23 - Diapositive

Zoek een voorbeeld van gefonceerd korstwerk

Slide 24 - Question ouverte

Noem voorbeelden van toevoegingen aanbrengen/vullen?

Slide 25 - Question ouverte

Verwerken (2)
  1. Pillen rollen (amandelspijs)
  2. In- of opspuiten
  3. Portioneren
  4. Op- aanbrengen
  5. Opstrijken
  6. Opstrooien
  7. Opleggen

Slide 26 - Diapositive

Bakproces
  • Rusttijd
Doel van het bakken
  • Goed bladerende werking
  • Krokant en smakelijk worden

Slide 27 - Diapositive

Bakproces (2)
  • Tarwebloem (kluut)
Zetmeel verstijseld en neemt water op. Bloem eiwitten (Gliadine en glutenine) coaguleren.
Boven de 100 graden ontstaat er kleur en aroma door suiker en eiwitten (karamelliseren/Maillard reactie).

Slide 28 - Diapositive

Bakproces (3)
  • Vetstof
Tussen de deeglaagjes gaat smelten. Kracht van de waterdamp zorgt voor bladerende werking.

Smaakvorming door aromastoffen te binden en vetstof wordt opgenomen door gare zetmeel en eiwitten.
Brosheid.

Slide 29 - Diapositive

Bakproces (4)
  • Water
Gaat over in waterdamp (gas), bladerende = ovenwerking.
Gebonden door zetmeel.
Lage- of hoge baktemperatuur.

  • Zout
Smaakvorming. Werking op eiwit, steviger gluten.

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Lien

Wat is het doel van het afwerken van korstproducten?

Slide 32 - Question ouverte

Afwerktechnieken
  • afdekken met gelei
  • abricoteren
  • glaceren
  • transparant glaceren
  • op-/inspuiten
  • couvreren
  • opleggen
  • decoreren met suiker.

Slide 33 - Diapositive

Franse- en Hollandse korst vouw je tijdens het toeren in?
A
3 en 2
B
4 en 3
C
3 en 4
D
2 en 3

Slide 34 - Quiz

Wat is het doel van het vouwen van het korstdeeg?
A
Ontstaan van vet- deeglagen
B
Ontstaan van deeg
C
Doorwerken van je vetstof
D
Korstdeeg uitrollen

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Lien

Power of feedback!

Slide 37 - Carte mentale