Ziekenhuis: oncologie en mammazorg deel 2

Lesdoelen les 1 en 2
De student heeft de kennis rondom oncologie/mammazorg opgefrist.

Verpleegkundige problemen signaleren bij oncologie/mammazorg

De student kan de juiste hulpmiddelen inzetten bij het klinische redeneren aan de hand van een casus bij long CA.

De student kan verbanden leggen tussen de 15 thema's volgens Marc Bakker en de patiënt met de diagnose longca.


1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Lesdoelen les 1 en 2
De student heeft de kennis rondom oncologie/mammazorg opgefrist.

Verpleegkundige problemen signaleren bij oncologie/mammazorg

De student kan de juiste hulpmiddelen inzetten bij het klinische redeneren aan de hand van een casus bij long CA.

De student kan verbanden leggen tussen de 15 thema's volgens Marc Bakker en de patiënt met de diagnose longca.


Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Is de opdracht gemaakt?
Ja
Nee

Slide 2 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:00
Wat zijn de mogelijke behandelingen bij oncologische aandoeningen?

Slide 3 - Carte mentale

  1. Operatie (borstsparende of amputatie)
  2. Radiotherapie
  3. Chemotherapie
  4. Hormoon therapie
  5. Immunotherapie (experimentele behandeling)
  6. doelgerichte therapie
  7. Curatief (gericht op genezing)
  8. Palliatief (levens/kwaliteit verlengend)
  9. Adjuvante behandeling> toegevoegde behandeling na bijv. operatie
  10. neo-adjuvante behandeling> Voor curatieve behandeling (operatie) gegeven 
Bespreken opdracht

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zijn de leerdoelen behaald?
Test je kennis

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Curatief is:
A
Verlengend
B
Genezend
C
Kwaliteit van leven
D
Preventief

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Chemotherapie wordt ingezet als:
A
Palliatief en Neo-adjuvant
B
Neo-adjuvant. adjuvant en curatief
C
Adjuvant en curatief
D
Curatief, adjuvant, neo-adjuvant en palliatief

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel vrouwen krijgen mammaca?
A
1:8
B
1:7
C
1:9
D
1:5

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Kanker kan erfelijk zijn
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Overgewicht is een risicofactor voor kanker en verhoogt het risico op kanker van de:
A
Borst, baarmoeder
B
Slokdarm, dikke darm
C
Nier, alvleesklier
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel procent van alle kankergevallen zouden we kunnen voorkomen als we gezonder zouden eten en meer zouden bewegen?
A
<5%
B
33%
C
50%
D
66%

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mondproblemen zijn een bijwerking van chemotherapie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Weet jij wat de volgende termen beteken? Invasief, benigne, progressief
A
Nee
B
Ja

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Benigne betekent:
A
Goedaardig
B
Kwaadaardig

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hebben deze 2 lessen bijgedragen aan jouw kennisontwikkeling?
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning en toets
-  Dinsdag 22 juni oefentoets maken
- In bijzondere lesweek toets + eventueel herkansen
Leren:
- Cardiologie + oncologie en ABCDE (expertcollege's, powerpoints en opdrachten)

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions