Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
14.1 Spieren
Thema 5 Waarneming, gedrag en regeling
Hoofdstuk 14 Reageren
1 / 25
suivant
Slide 1:
Diapositive
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
Cette leçon contient
25 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Thema 5 Waarneming, gedrag en regeling
Hoofdstuk 14 Reageren
Slide 1 - Diapositive
Inhoud hoofdstuk
14.1 De ene spier is de andere niet
14.2 Je gezichtszintuig
14.3 Zenuwstelsel
14.4 Zenuwcellen
14.5 Hormonen
Slide 2 - Diapositive
14.1 De ene spier is de andere niet
Slide 3 - Diapositive
Doel 14.1
Je weet wat antagonisten zijn
Je kent de verschillende typen spieren, waar ze zitten, hoe ze eruit zien (celniveau), hoe ze worden aangestuurd
Je kunt het verschil tussen snelle en langzame spiervezels beschrijven
Je kunt beschrijven wat de gevolgen zijn van training op je spieren en je hersenen
Slide 4 - Diapositive
Noem een functie van de spieren
Slide 5 - Question ouverte
3 typen spieren
Verschillen in lokatie, bouw en in aansturing
Skeletspieren
Hartspieren
- in het hart, dwarsgestreept/ netstructuur - onbewust
Gladde spieren
- rond organen, glad - onbewust
Slide 6 - Diapositive
Skeletspieren
Dwarsgestreept spierweefsel
Zitten met pezen vast aan je botten
Onder controle van de wil = bewust
Werkt snel, maar is snel vermoeid
Type I en type II spiervezels (type is afh. van functie spier)
Werken vaak samen: antagonisten/ antagonistisch paar
BINAS 90B
Slide 7 - Diapositive
Pezen/ banden
Slide 8 - Diapositive
Skeletspieren
Slide 9 - Diapositive
Wat is de antagonist van de kuitspier?
A
Dijbeenspier (quadriceps)
B
Tweehoofdige bovenarmspier (biceps)
C
Voorste scheenbeenspier
D
Achterdijbeenspier (hamstring)
Slide 10 - Quiz
Skeletspieren
BINAS 90C
Slide 11 - Diapositive
Myoglobine vs Hemoglobine
Eiwit vergelijkbaar met hemoglobine.
Bindt zuurstof in spiercellen.
Veel myoglobine -> veel gebonden zuurstof in de spier -> meer uithoudingsvermogen
Slide 12 - Diapositive
Myoglobine vs Hemoglobine
In spiercellen
In rode bloedcellen
bindt 1x O
2
molecuul
bindt 4x O
2
moleculen
ongevoelig voor pH
gevoelig voor pH
opslag functie
transport functie
Myoglobine heeft een hogere
zuurstofaffiniteit bij lage pO
2
, dan Hb
Slide 13 - Diapositive
Skeletspieren
BINAS 90B
Slide 14 - Diapositive
Welke bewering geldt NIET
voor myoglobine?
A
PH ongevoelig
B
aanwezig in spierweefsel
C
grote affiniteit voor zuurstof
D
bindt 4 zuurstof moleculen
Slide 15 - Quiz
Training
Krachttraining:
Kort en zwaar belasten
-> meer spiervezels -> meer kracht
Duurtraining:
Lang minder zwaar belasten
-> meer Mb en meer mitochondria in spiercellen -> meer uithoudingsvermogen
Ook je hartspier wordt versterkt -> meer bloed rondpompen -> meer zuurstof bij de spieren
Slide 16 - Diapositive
Skeletspieren
Dwarse streepjes onder de microscoop
door de rangschikking van de actine
en myosine moleculen/ filamenten
Cellen zijn vergroeid:
meerdere kernen per cel
Slide 17 - Diapositive
Gladde spieren
Geen strakke rangschikking van de fibrillen
geen vergroeiing of onderlinge
verbindingen
Vaak twee lagen met andere oriëntatie
(kring- en lengtespieren)
Slide 18 - Diapositive
Gladde spieren
Niet bewust - reageren op prikkels van autonoom zenuwstelsel
Werken langzamer maar zijn onvermoeibaar
Organen, wanden bloedvaten, luchtwegen
Slide 19 - Diapositive
Hartspieren
Hartspierweefsel lijkt zowel op dwarsgestreept spierweefsel als op glad spierweefsel.
Onbewust
Onvermoeibaar
Slide 20 - Diapositive
Hartspieren
Dwarse streepjes onder de microscoop
door de rangschikking van de actine
en myosine moleculen (eiwitten)
Cellen hebben onderlinge verbindingen
waardoor een netstructuur ontstaat
Slide 21 - Diapositive
Hersenen
Je
hersenen coördineren
het samentrekken en ontspannen van de álle spieren, ook de onwillekeurige.
Bij
training
worden de hersenen ook getraind en ontstaan
motorprogramma's
-> geautomatiseerde bewegingen voor de skeletspieren.
Slide 22 - Diapositive
Spierspoeltjes
In de spieren zitten
zintuigen
die meten wat de spierspanning is van die spier (spierspoeltjes).
Deze informatie wordt via
zenuwcellen/ neuronen
doorgegeven aan de hersenen.
De hersenen kunnen aan de hand van die informatie bijsturen.
Slide 23 - Diapositive
Welke bewering is JUIST?
A
Hartspierweefsel raakt snel vermoeid.
B
Tussenribspieren voor de ademhaling zijn dwarsgestreepte spieren.
C
Binnenste tussenribspieren bevatten meer myoglobine dan buitenste.
D
De hersenen sturen onwillekeurige spieren niet aan.
Slide 24 - Quiz
HUISWERK
bestudeer 14.1 en maak opdr. 3 t/m 12
Volgende les = uitleg actine/myosine van skeletspieren
Slide 25 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
14.1 De ene spier is de andere niet
Juin 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
14.1 De ene spier is de andere niet
Mai 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
14.1 De ene spier is de andere niet
Novembre 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
14.1 De ene spier is de andere niet 5H
Février 2021
- Leçon avec
24 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
19.1 & 19.2 Spieren en bewegen
Juin 2022
- Leçon avec
50 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 6
D-toets + 14.1 dl2
Novembre 2023
- Leçon avec
14 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
thema 1 regeling bs 6 spieren en beweging
Octobre 2023
- Leçon avec
49 diapositives
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Havo 5 H 14 reageren
Février 2020
- Leçon avec
48 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 5