vmh.op2.wk3.les4online

vmh.op2.wk3.les4online
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
VerpleegkundeHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

vmh.op2.wk3.les4online

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de betekenis van de "herstel" in de zorg en behandeling van mensen met een
psychiatrische kwetsbaarheid?
A
Het verhelpen en het genezen van een psychiatrische kwetsbaarheid, waarna een individueel proces gericht op het hervinden van de persoonlijke identiteit en het hernemen van de regie het leven plaatsvindt.
B
Een individueel proces gericht op het hervinden van de persoonlijke identiteit en het hernemen van de regie over het leven, onderdeel van de genezing van een psychiatrische kwetsbaarheid
C
Een individueel proces gericht op het hervinden van de persoonlijke identiteit en het hernemen van de regie over het leven, ook bij een blijvende psychische kwetsbaarheid

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk antwoord geeft correct aan in welke situatie je alert zou moeten zijn op somatiseren?
A
Een cliënt verwoordt zijn klachten als fysieke problemen, of problemen met een somatische oorzaak, doordat hij weinig kennis heeft van psychische problematiek en/ of er weinig waarde aan hecht
B
Een cliënt ondervindt lichamelijk hinder als gevolg van psychische klachten
C
Een cliënt praat overdreven, vertelt onwaarheden over zijn situatie, om zo te maskeren dat hij maar weinig begrijpt over zijn situatie

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Casus: Mevrouw de vries, heeft sinds een half jaar een psychiatrische stoornis. Haar symptomen zijn dermate dat zij thuis kan blijven wonen. Mevrouw slikt psychofarmaca die goed werken. ook heeft mevrouw psycho-educatie gehad. Vanwege haar behandeling vindt regelmatig monitoring van haar situatie plaats. Psychiatrische zorg wordt aangeboden vanuit verschillende delen van de gezondheidszorg.
Uit welk deel ontvangt mevrouw de Vries zorg voor bovenstaande zeker niet ?
A
Generalistische basis GGZ en POH-GGZ
B
Specialistische GG en POH-somatiek
C
Huisarts en POH-GGZ

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dhr. Indurain heeft een chronische psychiatrische kwetsbaarheid. Hij woont zelfstandig in een appartement in de stad en krijgt daarbij ambulante-ondersteuning van een FACT-team. Dhr. is bekend met zwervend gedrag, vooral in de lente- en zomermaanden. Dhr. heeft verzamelwoede, wat een negatief effect heeft voor zijn buren. Welke organisaties maken deel uit van het FACT-team?
A
Psychiatrische zorgorganisatie, huisarts, wijkverpleegkundige
B
Psychiatrische zorgorganisatie, maatschappelijk werk, WMO-consulent
C
Psychiatrische zorgorganisatie, andere zorg-en welzijnsorganisaties, woningbouwvereniging, wijkagent

Slide 6 - Quiz

FACT staat voor Flexibele Assertive Community Treatment. Het is een methode die is overgenomen uit Amerika, waarbij wij zorg, behandeling en ondersteuning bieden aan patiënten met ernstige psychiatrische problematiek die ook complexe maatschappelijke problemen ervaren. Wij richten onze behandeling op herstel.
Mensen met psychiatrische kwetsbaarheden worden in toenemende mate ambulant ondersteund. Wanneer er sprake is van een crisis kan de cliënt tijdelijk worden opgenomen op de High en Intensive Care unit van een psychiatrische kliniek.
Welke vorm van zorg en behandeling wordt zo min mogelijk toegepast op een HIC?
A
Zorg en behandeling die bestaat uit toepassing van gedwongen interventies zoals dwang-/noodmedicatie, separatie en inperking van de fundamentele rechten.
B
Zorg en behandeling die preventief werkt in relatie tot de opbouw van spanning, prikkeling en de gevolgen ervan
C
Zorg en behandeling die gericht is op het zo snel mogelijk herstellen van eigen regie over de eigen situatie.

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mevrouw Janssen is vergaand dement. Contact is alleen mogelijk door aanraking en non verbale communicatie. Hoe wordt dit stadium van dementie genoemd?
A
Verdwaalde ik
B
Verborgen ik
C
Verzonken ik

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Mevrouw Janssen wordt benaderd volgens de principes van Validation. Wat houdt de bejegingsvorm Validation in?
A
Er worden oefeningen gedaan, gericht op het voorkomen van verder cognitieve achteruitgang
B
Er wordt geprobeerd om mevrouw Janssen bij de werkelijkheid aan te laten sluiten
C
Er wordt aangesloten bij de realiteit zoals mevrouw Janssen dit zelf ervaart

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Dhr. van Eijk is een stevige drinker. Welke van de onderstaande neurocognitieve stoornissen ontwikkelt zich alleen als gevolg van langdurig overmatig alcoholgebruik?
A
Syndroom van Korsakov
B
NAH
C
Vasculaire dementie

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak over OCD (obsessive compulsive disorde) is juist
A
Bij OCD worden de dwanggedachten worden als passend ervaren
B
Bij OCD worden de dwanggedachten als niet passend ervaren
C
Bij OCD is er meestal sprake van een spontaan herstel

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Suze daagt de verpleegkundige doelbewust uit door haar doelbewust "dunne Pierlala te noemen. De verpleegkundige voelt zich geraakt. Het laat haar terugdenken aan school, waar ze ook altijd zo genoemd werd. De verpleegkundige snauwt Suze emotioneel af.
A
De verpleegkundige manipuleert
B
Suze vertoont claimend gedrag
C
De reactie van de verpleegkundige duidt op tegenoverdracht

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk antwoord is correct?
A
Een positief symptoom bij een psychose is hallucinaties. Een negatief symptoom is spraakarmoede en woordvindings-problemen
B
Een positief psychotisch symptoom is anhedonie en een negatief symptoom is katatonie
C
Een positief symptoom bij psychose is spraakarmoede en woordvindings-problemenen een negatief is formele denkstoornis

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe wordt gedrag met een dwingend en overheersend karakter genoemd?
A
Regressief gedrag
B
Extrinsiek gedrag
C
Obsessief gedrag

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Merwe heeft een persoonlijkheidsstoornis en daardoor moeite met het reuleren van haar emotie. Wanneer de spanning te hoog oploopt, verwondt zij zichzelf. Carmen kent dit gedrag van zichzelf. Zij is ervaringsdeskundige, maar verwond zichzelf niet meer. Als ervaringsdeskundige is Carmen betrokken bij de behandeling van Merwe. Welke uitspraak is correct?
A
Voor haar rol als ervaringsdeskundige moet Carmen een verpleegkundige, verzorgende of agogische opleiding hebben
B
Het verhaal en de behoefte van Merwe staan centraal, Carmen stemt haar bijdrage hier op af.
C
Carmen heeft zich zeker verwond om de zelfde redenen en manier als Merwe

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Frank heeft een dwangstoornis. Als de spanning te hoog oploopt heeft hij de neiging zijn spullen op een dwangmatige manier neer te zetten zoals het altijd staat. De GGZ verpleegkundige oefent met Frank door middel van bewust ingezette exposure therapie. Het doel is dat Frank tijdens hun gesprek de gebruikte kopjes op tafel laat staan. Hij mag geen veiligheidsgedrag inzetten. Wat word hier mee bedoeld?
A
Frank moet oplopende spanning melden. Mag het niet negeren
B
Frank mag bij opkomende spanning de kopjes niet aanraken of verplaatsten of wegzetten op de voor hem juiste plaats
C
Frank moet de spanning omarmen. En mag geen ontspannende oefeningen doen

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Met welk van de onderstaande interventies kan zelfmanagement ondersteund worden?
A
Het opstellen van een signaleringsplan en psycho-educatie
B
Het geven van vrijheidsbeperkende maatregelen om de cliënt tegen zichzelf te beschermen
C
Het geven van psycho-educatie en het toedienen van dwangmedicatie

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Reginio heeft last van vermijding, voelt zich emotioneel afgestompt. Daarnaast heeft hij indringende flashbacks, die angst en verdriet oproepen.
Welke uitspraak is juist? (meerdere antwoorden zijn juist)
A
Zijn symptomen lijken passend voor iemand met PTSS
B
Het toepassen van het G-schema zou kunnen helpen.
C
Deze symptomen zijn passend bij iemand met adhd

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is compulsief gedrag?
A
De neiging om agressief gedrag te vertonen op het moment dat spanningen te groot wordt.
B
De neiging om iets te doen dat je eigenlijk niet wil doen, of dat niet doelmatig of plezierig is.
C
De neiging om jezelf te belonen met goed gedrag

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen of opmerkingen?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions