8. Oktober 2024/Sprechen/Grammatik

• Duits
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 3

10 Minuten still lesen:

Was?

- Wähle einen Text auf dem Tisch

oder

- Lies Text D oder H zu Kapitel 1

- notiere schwierige Wörter und ihre Bedeutung in deinem Heft

Aan het einde van de les

•  kun je zeggen hoe je je voelt en wat er is gebeurd

die Hausaufgaben

Gelernt:

• Kapitel 1: Lernübersicht Lernliste und Grammatik
  
• Kapitel 2: Lernliste N-D helemaal
• Kapitel 2: Lernliste D-N Teil helemaal

Gemacht

•  die Aufgabe 21 und 22 zu E Grammatik Kapitel 2

Nominativ = onderwerp

Wie/Wat + gezegde

Akkusativ = lijdende vorm

1. na voorzetsels:

durch, für, ohne, um, bis, gegen, entlang

2. als lijdend voorwerp:

Wie/Wat + gezegde + onderwerp

Ontleden lastig? Theatermethode

Onderwerp = wie of wat speelt (spelen) de hoofdrol in de zin? Is/Zijn actief? (onderwerp en werkwoord horen bij elkaar)

Ik bel jou morgen op.

Ontleden lastig? Theatermethode

Lijdend voorwerp = wie of wat ondergaat wat de hoodrolspeler doet? 

Ik bel jou morgen op.

Aufgabe 35b

b. Arbeitet zu zweit. Einer stellt eine Frage von a. Der andere gibt eine passende Antwort aus a. Wechselt die Rollen.

Aufgabe 1 Individuell

Noteer 4 vragen in het Duits over de gezondheid.

 

Kies vragen met behulp van de Sprachmittel, opdracht 34, 35 en 36

Aufgabe 2 zu zweit

Ga naast een klasgenoot zitten bij wie je vorig jaar niet in de klas zat.

• Stel elkaar de vragen en geef antwoord.
• Geef elkaar feedback op zinsbouw, grammatica en uitspraak
• Doe het gesprek nog een keer met de verbetertips

Aufgabe 36

Arbeitet zu zweit.

Führt das Gespräch mithilfe der Sprachmittel und der Lernliste

Ergebnis: fließend gesprochen

Aufgabe 37

Bild beschreiben

Sprachmittel, Lernliste, Wörterbuch benutzen

Ergebnis: fließend gesprochen

Selbständig arbeiten

Was? Mache die Aufgabe 23, 24 und 25 zu E Grammatik Kapitel 2

Wie? im Buch

Mit wem? Alleine

Hilfsmittel: Lernliste N-D

Fertig? 

- Oefentoets K 1, 

- slim stampen Kapitel 1 (Wortschatz und Grammatik) und Kapitel 2 (Wortschatz),

- Lernliste N-D 

die Hausaufgaben

Gelernt:

• Kapitel 1: Lernübersicht Lernliste und Grammatik
• Kapitel 2: Lernliste N-D helemaal
• Kapitel 2: Lernliste D-N Teil helemaal

Gemacht

•   die Aufgabe 23, 24 und 25 zu 

E Grammatik

An die Arbeit!

Evaluatie: Hoe zeg je....

1. Hoe gaat het met jou?

2. Met mij gaat het (niet zo) goed.

Evaluatie

1. Wanneer gebruik je de Nominativ van het persoonlijk voornaamwoord?

2. Wanneer gebruik je de Akkusativ van het persoonlijk voornaamwoord?

Nächste Unterrichtsstunde:

Bitte mitnehmen

Laptop        Buch A        Heft              Kugelschreiber  

Aufgabe

1. Ga naar de grammatica achter in je boek en zoek de werkwoorden 'haben' en 'sein' op.

Ga 5 minuten leren.

2 Ga naar Lessonup - toets 'haben' en 'sein' en maak de opdrachten.

Fertig? 

Ga naar Kapitel 1, zoek op en noteer in je schrift:

1 het thema van het hoofdstuk 

2 welke soort woorden je haat leren (wat zijn de onderwerpen)

3 de grammaticaonderdelen

4 waar je over leert spreken

5 Fertig? Lerne die erste 10 Wörter der Lernliste.