Oefentoets samenvatting grondstoffen

Mundo Blok 9


 Oefentoets Energie en Grondstoffen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Mundo Blok 9


 Oefentoets Energie en Grondstoffen

Slide 1 - Diapositive

Wat zijn geen fossiele brandstoffen?
A
aardolie en aardgas
B
hout en ijzererts
C
steenkool en turf

Slide 2 - Quiz

Veengebieden in het westen van Nederland liggen hoog / laag
A
hoog
B
laag

Slide 3 - Quiz

Daardoor moest het veen uit kanalen / slootjes gehaald worden.
A
kanalen
B
slootjes

Slide 4 - Quiz

De uitgestoken stukken veen werden wel / niet te drogen gelegd op legakkers.
A
wel
B
niet

Slide 5 - Quiz

In het noorden en oosten van Nederland groeven veenarbeiders kanalen / slootjes waar het water naartoe liep, zodat het veen aan de oppervlakte opdroogde.
A
kanalen
B
slootjes

Slide 6 - Quiz

Turf is gedroogd veen. Al in de Middeleeuwen gebruikte men turf als brandstof. Het leverde een goed bestaan op. Turf werd ook wel ‘het bruine goud’ genoemd. Grote stukken van Nederland waren veengebieden.

In welk soort landschap is veen ontstaan?
A
duinlandschap
B
heuvellandschap
C
moeraslandschap
D
zandlandschap

Slide 7 - Quiz

Waar in Nederland stonden de eerste fabrieken met een stoommachine?

Slide 8 - Question ouverte

Weg die een product aflegt van grondstof tot eindproduct en consument
A
de bedrijfskolom
B
de halffabricaat
C
het modern imperialisme
D
de vestigingsplaatsfactor

Slide 9 - Quiz

Streven van vooral Europese landen in de negentiende en twintigste eeuw om hun land met koloniën uit te breiden
A
de bedrijfskolom
B
de halffabricaat
C
het modern imperialisme
D
de vestigingsplaatsfactor

Slide 10 - Quiz

Leg uit hoe de Vinkeveense plassen zijn ontstaan

Slide 11 - Question ouverte

Is dit een grondstof, een halffabricaat of een eindproduct?

Hout
A
grondstof
B
halffabricaat
C
eindproduct

Slide 12 - Quiz

Is dit een grondstof, een halffabricaat of een eindproduct?

Meel
A
grondstof
B
halffabricaat
C
eindproduct

Slide 13 - Quiz

Is dit een grondstof, een halffabricaat of een eindproduct?

Dierenhuid
A
grondstof
B
halffabricaat
C
eindproduct

Slide 14 - Quiz

Is dit een grondstof, een halffabricaat of een eindproduct?

Brood
A
grondstof
B
halffabricaat
C
eindproduct

Slide 15 - Quiz

Is dit een grondstof, een halffabricaat of een eindproduct?

Plastic
A
grondstof
B
halffabricaat
C
eindproduct

Slide 16 - Quiz

Is dit een grondstof, een halffabricaat of een eindproduct?

Trui
A
grondstof
B
halffabricaat
C
eindproduct

Slide 17 - Quiz

Welke brandstof was heel belangrijk tijdens de industriële revolutie?

Slide 18 - Question ouverte

Wanneer begon de industriële revolutie?

Slide 19 - Question ouverte

Arbeiders gebruiken vooral spierkracht.
Arbeiders werken met handgereedschappen.
De baas werkt mee in de werkplaats.
Producten worden in de omgeving verkocht.
Machines werken op stoomkracht.
Arbeiders werken met machines.
De ondernemer koopt grondstoffen, organiseert het werk en verkoopt de producten.
Er zijn grote fabrieken.
Voor de industriële revolutie
Na de industriële revolutie

Slide 20 - Question de remorquage

Voorbeelden schone energie

Slide 21 - Carte mentale

Welke plaats hoort op A?
A
Liverpool
B
Glasgow
C
Parijs
D
Luik

Slide 22 - Quiz

Welke plaats hoort op M?
A
Toulouse
B
Leipzig
C
Milaan
D
Lyon

Slide 23 - Quiz

Welke plaats hoort op G?
A
Parijs
B
Lille
C
Milaan
D
Lyon

Slide 24 - Quiz

Welke plaats hoort op E?
A
Newcastle
B
Frankfurt
C
Londen
D
Birmingham

Slide 25 - Quiz