VAD 3 schrijfvaardigheid

VAD 3
Schrijfvaardigheid
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
vakdidactiekHBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

VAD 3
Schrijfvaardigheid

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk

Schrijfvaardigheid:
Lezen: Kwakernaak 10.1 en 10.2
Herhalen: Staatsen 5.1 t/m 5.3


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doelen: Je kunt......


- schrijfopdrachten plaatsen in het fasemodel voor schrijfvaardigheid 

- het schrijfvaardigheidsproces binnen het taalproductiemodel van Levelt benoemen. 
- de verschillen tussen schrijfvaardigheid en deelvaardigheden herkennen in een opdracht.

- verschillen tussen functioneel en creatief schrijven benoemen en kan voorbeelden van  opdrachten binnen beide categorieën benoemen en inzetten in de les.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eigen ervaringen
wissel uit:
Hoe heb jij zelf je schrijfvaardigheid opgebouwd?
Hoe ben je vooruit gegaan?
Wat/wie heeft jou geholpen om beter te worden?

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke tekstsoorten (schrijfvaardigheid) zijn belangrijk in MVT-onderwijs op VO en MBO ?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstsoorten gekoppeld aan ERK (A1-B1)

Slide 6 - Diapositive

E-mail
Kaart
Formulieren
Zakelijke brief
Persoonlijke Brief
CV (MBO)
Schrijfvaardigheid : Kwakernaak 10.1

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Taalproductiemodel van Levelt (p 74)

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijfvaardigheid in het taalproductiemodel
Je geeft je leerlingen de opdracht om een gedicht te schrijven voor de naamdag van een klasgenoot. Het gedicht mag niet kwetsend zijn, moet minimaal 4 regels bevatten en het moet rijmen.

Welke processen komen daar bij kijken (volgende dia)?
Koppel de handeling aan de juiste plaats in het productiemodel.


Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Conceptualizer
Formulator
Lexicon
Articulator
De juiste woorden zoeken
Emotie voor een gedicht bepalen
Gedicht hardop lezen ter controle
De volgorde van de woorden in de zin bepalen
Bedenken wat er allemaal betrekking heeft op het onderwerp

Slide 10 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Creatief schrijven: welke opdrachten kun je inzetten?

Slide 11 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Andere ideeën?

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak een elfje:
3 minuten opdracht

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stuur het elfje in dat je gemaakt hebt.

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

FUNCTIONEEL vs CREATIEF SCHRIJVEN​
Creatief schrijven:​ gedichten, slogan, strip
Leerling schrijft zonder specifiek communicatief doel. ​

Doel is voornamelijk plezier beleven aan de taak en een beroep doen op andere intelligenties en talenten (en woordenschat)​ 


Functioneel schrijvenrapporten, brieven, e-mails, sms’jes, appjes.
 ​Leerling schrijft met een zo authentiek mogelijk schrijfdoel​

Hieronder valt ook reactief schrijven​

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Fasemodel schrijfvaardigheid 
zie ook Kwakernaak 10.2 en 10.3 voor voorbeelden

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

schrijfvaardigheid aanbieden:
1) de docent of leergang verstrekt een schrijfopdracht.
2) de leerling maakt de schrijfopdracht
3) de docent corrigeert en beoordeelt de gemaakte opdracht

mening?

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe dan wel?
Meer procesgerichte aanpak met nadruk op gebruik van schrijfstrategieën die zich richten op:
1) Voorbereiden van de schrijfopdracht
      Nadenken over de opdracht, informatie verzamelen, een schrijfplan maken
2) Schrijven
 Informatie selecteren en structureren, zich richten op het schrijfdoel en de beoogde lezer.
3) Herschrijven en reflecteren
 Liefst middels diverse vormen van feedback

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In de les: voor - tijdens- na
1. Vóór het schrijven : pre-writingactiviteiten
 Activerende werkvormen: woordspin, lijstjes, placemat, denken-delen-uitwisselen
2. Tijdens het schrijven
 Stap 1: ontwerpen = inhoud bedenken
 Stap 2: inhoud ordenen
 Stap 3: inhoud formuleren
3. Na het schrijven :
 Stap 4 : controleren / reviseren
 Stap 5 : publiceren


Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

strategie-oefeningen
- Planningsoefening
Tekstsoort bepalen:​artikel / reportage/ collum / ...
door elkaar gehusselde brief in juiste volgorde zetten

​- Herformuleringsoefeningen
hoe kan ik het ook anders zeggen​
- Opzoekoefening:
 woordenboekoefeningen,
 gebruik maken van opzoekgrammatica
​Revisieoefeningen:
bijvoorbeeld elkaars schrijfproducten verbeteren (evt. op deelaspecten)​

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reviseren om te leren
Tijdens het schrijven: checklist laten gebruiken
Essentiële fouten markeren, later in groepjes laten verbeteren.
Leerlingen elkaars werk op gerichte punten laten corrigeren.
Fouten-top-10 bespreken
Van vier schrijfopdrachten naar één schrijfopdracht gaan

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld revisie oefening
Onderdeel
Ja
Nee
Plaatsnaam gevolgd door datum
Bevat aanhef
Bevat afsluitende zin
Is geschreven in tegenwoordige tijd
werkwoord eindigt op /t/ bij 3e persoon enkelvoud

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheid of deelvaardigheid?
Geef bij elk van de volgende opdrachten aan of het gaat om de schrijfvaardigheid of om een deelvaardigheid.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opstel over dierendag
A
Vaardigheid
B
Deelvaardigheid

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Formulier invullen voor inchecken op een camping
A
Vaardigheid
B
Deelvaardigheid

Slide 26 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een geleide schrijfopdracht voor een e-mail.
A
Vaardigheid
B
Deelvaardigheid

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voordelen schrijfvaardigheid
Voordelen van schrijfvaardigheid voor de leraar:

ondersteuning voor overige vaardigheden
Meer tijd om (individuele)feedback te geven
mogelijkheden voor variatie
Iedereen is aan het werk (rust)
Je kunt de ontwikkeling van een leerling goed bijhouden m.b.v. bijvoorbeeld een portfolio
Voordelen van schrijfvaardigheid voor de leerlingen:
Tijdsaspect
Mogelijkheid tot revisie










Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

corrigeren van schrijfproducten
Enkele overwegingen:

Moet alles gecorrigeerd worden?
 Waar leren leerlingen het meeste van?
 Hoe motiveer je ze tot verbeteringen?
Het is een leerproces, geen toets!




Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

feedback: leerlingen actief maken
voorbeelden:
1. Maak een lijst van veel voorkomende fouten. Zet deze genummerd en met een korte uitleg op de site.
2. Verbeter fouten (uit de lijst) niet in het leerlingwerk, maar zet alleen het nummer er bij.
3. Laat leerlingen fouten –na raadpleging van de lijst- zelf hun fouten verbeteren.

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

beoordeling
mogelijkheden:
Beoordelen met punten  
Beoordelen met rubrics (gebaseerd op ERK/ zelf maken)
andere opties??

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Eigen overtuigingen

 Hoe zou je zelf schrijfvaardigheid aanbieden?
   


 Wat zou kenmerkend zijn voor jouw schrijfvaardigheidslessen?
 



Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

let op!   lesweek 2.1
Presentatie minilessen schrijfvaardigheid: 
Zie dossieropdracht


Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions