verwerking 4 - werken in de Horeca
1 / 22
La durée de la leçon est: 50 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Slide 3 - Vidéo
Welke beroepen horen bij
de HORECA branche
de HORECA branche
Slide 4 - Carte mentale
Wat zeg je als je wilt betalen?
Slide 5 - Question ouverte
Wat is GEEN voorgerecht?
A
stokbrood met kruidenboter
B
soep
C
garnalencocktail
D
patat/groente/kip
Slide 6 - Quiz
Wat is een ander woord voor nagerecht?
A
toetje
B
dessert
C
voorgerecht
D
menu
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Diapositive
Kookwekker
Kaasschaaf
maatbeker
Weegschaal
Handmixer
Keukenmachine
Koffiezetapparaat
Slide 9 - Question de remorquage
Servies
bestek
Koksmes
Pollepel
Garde
Opscheplepel
Slide 10 - Question de remorquage
Spatel
Snijplank
Dunschiller
Springvorm
Ovenschaal
Koekenpan
Slide 11 - Question de remorquage
Slide 12 - Diapositive
Dit is:
A
de bakpapier
B
het bakpapier
C
het pakpapier
D
de pakbabier
Slide 13 - Quiz
Dit is...
A
de gard
B
het gart
C
de garde
D
het garte
Slide 14 - Quiz
Dit is...
A
de zolbeef
B
de boelzif
C
het bolzeef
D
de bolzeef
Slide 15 - Quiz
Dit is...
A
de kokwekker
B
de kookweker
C
de kookkwekker
D
de kookwekker
Slide 16 - Quiz
Dit is...
A
het vergiet
B
het verdriet
C
het drievliet
D
het ingiet
Slide 17 - Quiz
Dit is...
A
de polopel
B
de poollepel
C
de pollepel
D
de polopol
Slide 18 - Quiz
Slide 19 - Vidéo
Wat is fooi?
A
extraatje voor de ober
B
iets te drinken
C
iets te eten
D
Alle antwoorden zijn goed
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Vidéo
Het lijkt mij leuk om later in de Horeca branche te werken?
Ja
Nee
