Mensen met koffers

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 7,8

Mensen met koffers

We lezen dadelijk een tekst.
de 1e zin: Mensen met koffes gaan over de hele wereld.
Bedenk waar de tekst over gaat.

We lezen de tekst.

Lees r 2 en 4
Wat zie je in deze regels

1. opsomming
2. tegenstellingen
3. oorzaak gevolg
4. een waarschuwing

Wat bedoelt de schrijver met: Van voedsel naar honger (r. 4)

Wat zou een ander woord of andere woorden kunnen zijn voor:
beul?

Wat bedoelt de schrijver met:
'een andere God'?

Lees: De geur...tot en met ....zo kriebelde.

Wat doet de schrijver hier in dit gedeelte?

1. hij haalt herinneringen op.
2. Hij kijkt in de toekomst.
3. Hij denkt aan hoe het is voor de achterblijvers.
4. Hij mist zijn moeder.

Wat zou jij heel erg missen als je moest vluchten?

De laatste regels zijn een herhaling die al eerder zijn genoemd.
Wat is eerder genoemd.

Over de laatste regels.
Wordt dat letterlijk of figuurlijk bedoeld?

1. letterlijk
2. figuurlijk

Inderdaad, figuurlijk.
Leg dit uit.

Wat zou jij in je koffer stoppen?

teken dit en schrijf eronder hoe je  zou vluchten en hoe je je voelen.

Gebruik minstens 5 zinnnen.