Comparisons

Comparisons
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
EnglishMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Comparisons

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen:
- Ik kan uitleggen wat vergelijkingen zijn (in het Engels).
- Ik kan vergelijkingen maken in het Engels.

Slide 2 - Diapositive

Books
BL: Go to page 98
KT: Go to page 97

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Comparisons
Om mensen, dieren en dingen met elkaar te kunnen vergelijken. 
Je hebt hierin vier onderdelen:
1. -er / -est
2. more en most
3. Onregelmatige vormen
4. (not) as ... as

Slide 5 - Diapositive

-er/-est
Bij één lettergreep OF Bij twee lettergrepen die eindigen in een 
medeklinker +-y (easy): + -er bij de vergrotende trap, + -est bij de
overtreffende trap: soft - softer - softest

Je voegt -er toe aan een woord om te zeggen dat iets <....groter....> is dan iets anders. 
(let hierbij op het woordje "than"): 
Our house is prettier than yours.

Je voegt -est toe aan een woord om te zeggen dat het het <....grootst....> is. (let hierbij op het woordje "the"):"
Their house is the prettiest.


Slide 6 - Diapositive

Let op de spellingsregels!
Eindigt het woord op een -e?
--> dan alleen nog maar -r/-st erachter
          nice - nicer - nicest

Eindigt op een klinker + medeklinker?
--> verdubbel de medeklinker
          Big - bigger - biggest

Eindigt op -y? 
--> veranderd in -ier/-iest
         Pretty - prettier - prettiest

Slide 7 - Diapositive

Go to LessonUp! 
Quiz: Comparisons
Choose the correct word 


Slide 8 - Diapositive

He is much ..... than his brother
timer
0:10
A
Tall
B
Taller
C
Tallest

Slide 9 - Quiz

That's the .... apple I've ever seen
timer
0:10
A
Bigger
B
Bigest
C
Biggest

Slide 10 - Quiz

This is much .... than I expected
timer
0:10
A
More easy
B
Easyer
C
Easier

Slide 11 - Quiz

more and most
Bij woorden van twee of meer lettergrepen gebruik je:

more.....(than)
en
(the) most ....

This engine is more powerful than the last one

That is the most interesting film ever. 

Slide 12 - Diapositive

Your bike is ..... than mine
timer
0:10
A
Beautifuller
B
Beautifuler
C
More beautiful
D
Most beautiful

Slide 13 - Quiz

This is the .... kitchen I've ever seen
timer
0:10
A
Nicest
B
Niceest
C
Nicer
D
Most nice

Slide 14 - Quiz

Onregelmatige vormen
Deze moet je leren zodat je ze uit je hoofd kent:

Good - better - best
bad - worse - worst

Slide 15 - Diapositive

If you thought this case was bad, it's about to get much ...
timer
0:10
A
Badder
B
Bader
C
Worser
D
Worse

Slide 16 - Quiz

He had _____ mark in his class.
timer
0:10
A
the best
B
best
C
good
D
the goodest

Slide 17 - Quiz

(not) as....as
Om twee dingen met elkaar te vergelijken.

Deze jas is net zo zacht als die van mij
This coat is as soft as yours

Maar hij is niet zo zacht als die van mij.
But it is not as soft as mine



Slide 18 - Diapositive

timer
1:00
Woord met één lettergreep
Woord met twee lettergrepen 
eindigend op -y, -er, -le,
-ow
Woorden met twee of meer lettergrepen
Een manier van vergelijken.
Net zo....als...
-er/-est
-er/-est

more.../most...
(not) as....as

Slide 19 - Question de remorquage

Ricardo's big brother is ___ (tall) than him.

Slide 20 - Question ouverte


That girl is ______(smart) than her sister.

Slide 21 - Question ouverte


My rabbit is the ____ (fast) rabbit in the world!

Slide 22 - Question ouverte

Katy is ..... (short) than her friend.

Slide 23 - Question ouverte

That tail is the ____ (long).

Slide 24 - Question ouverte

Exercise
maken opdracht 1 t/m 7 vanaf blz. 49

Slide 25 - Diapositive