Herhaling stofwisseling

• Biologie
• Voortgezet speciaal onderwijs

Wat gaan we doen vandaag?

• Uitleggen en oefenen'

• Doel: Je gaat na deze les met vertrouwen de toetsweek in

Moleculen en atoomen

Glucose kan je ook schrijven als C6H12O6. Uit welke atomen is dit molecuul opgebouwd?

Organisch / anorganisch

Anorganisch                                                            Organisch                 

Kies het juiste woord:
Organische stoffen zijn groot / klein
Anorganische stoffen bevatten veel / weinig energie
Organische / anorganische stoffen worden door organismen gemaakt

ATP

Welk stofwisselingsproces is hier afgebeeld?

1. Assimilatie
2. Dissimilatie

Autotroof en heterotroof

In met zwaveldioxide verontreinigde lucht kunnen bepaalde kleurloze bacteriën zich op gebouwen van kalksteen goed ontwikkelen. Ze zetten deze zwaveldioxide om in zuren die de kalksteen oplossen. De energie die bij deze omzetting vrijkomt gebruiken de bacteriën voor de koolstofassimilatie.

Zijn deze bacteriën autotroof of heterotroof? Denk goed na waarom!

1. Autotroof
2. Heterotroof

Voortgezette assimilatie

Vet (glycerol + vetzuur)                Eiwit (aminozuren)

Voortgezette assimilatie

                                Koolhydraten (C, H, O atomen)

Drie koolhydraten zijn lactose, glucose en glycogeen. Deze koolhydraten kunnen in elkaar worden omgezet.

In welke volgorde moeten deze omzettingen plaatsvinden, willen ze tot de voortgezette assimilatie kunnen worden gerekend?

Welke elementen komen voor in vetmoleculen?

Dissimilatie

Eiwitten (proteïnen)                               Vetten (lipiden)

Dissimilatie

                                          Koolhydraten (sachariden)

Dissimilatie

Aerobe (met zuurstof)

Anaerobe (zonder zuurstof) --> alcoholgisting 

Anaerobe (zonder zuurstof) --> melkzuurgisting

Oefenen met dissimilatie

Een indicator is een stof waarmee je een andere stof kunt aantonen. Kalkwater is de indicator voor koolstofdioxide. De aanwezigheid van koolstofdioxide in de lucht kan worden aangetoond door de lucht door helder kalkwater te leiden. Koolstofdioxide maakt helder kalkwater troebel. In figuur 17 is een proefopstelling weergegeven. De KOH oplossing in buis 1 haalt alle koolstofdioxide uit de lucht. In de buizen 2 en 4 zit kalkwater. In buis 3 zitten kiemende erwten. Buis 4 is verbonden met een pomp die lucht aanzuigt.

Zal het kalkwater in buis 2 troebel worden? Leg je antwoord uit

Zal het kalkwater in buis 4 troebel worden? Leg je antwoord uit.

Wat is de functie van buis 2 in deze opstelling?

Oefenen met dissimilatie

Neem het schema over en vul het in. Gebruik daarbij:

Bij 1: gisting / verbranding

Bij 2: met zuurstof / zonder zuurstof

Bij 3: volledig / onvolledig

Bij 4: weinig energie / veel energie

Bij 5: weinig energie / veel energie

Bij 6: twee of geen koolstofdioxidemoleculen / 6 koolstofdioxidemoleculen

Heb je vertrouwen in de toetsweek?
Zo niet: heb je nog vragen?

Hoe kan ik leren?

• Samenvatten

• YouTube filmpjes

https://www.youtube.com/watch?v=7GinksbT5TY&t=104s (assimilatie)

https://www.youtube.com/watch?v=jKfVqo0Phdc (dissimilatie)

• Oefenopgaven maken
• Oefentoets maken

Bedank, en....