Week 14 | 2.2 Lezen - verbindingswoorden

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Nederlands

2023-2024 | Periode 2

Docenten:   Natasja Dijkstra, [e-mail]                 

                      Sophie Kuipers, [e-mail]

• Gezamenlijke start (10 minuten)
• Voorlezen (20 minuten)
• Lesdoelen
• Woordenschat: Quizlet (15 minuten)
• Theorie: kern, verbindingswoorden
• Klassikaal: lesopdracht 
• Zelfstandig werken: §2.2 Lezen
• Evaluatie
  
• Lesafsluiting

Lesprogramma deze week:

eenvoudige teksten te begrijpen.

de kern van een tekst te herkennen en begrijpen.

verbindings-

woorden in teksten te herkennen.

Quizlet

Scan de QR-code met je telefoon 

of ga naar www.quizlet.live

en vul de code in.

Elke tekst begint met een inleiding. Dat begrip hebben we vorige week behandeld.

Na de inleiding komt de kern van de tekst:

• In de kern geeft de schrijver informatie over het onderwerp. 
• De kern bestaat meestal uit een paar alinea’s. 

In elke alinea vertelt de schrijver over een deelonderwerp. Soms hebben de alinea’s ook een titel. Dat noem je een tussenkopje.

Kern

Zinnen in een tekst hebben met elkaar te maken. Samen vormen ze een geheel (een alinea, deel van een tekst of tekst). 

Verbindingswoorden laten zien wat zinnen met elkaar te maken hebben.

Verbindingswoorden helpen je om een tekst beter te begrijpen.

Voorbeeld: met het woord 'omdat' geeft de schrijven een reden.

Verbindingswoorden

1. Maak groepjes van drie.
   
2. Ieder drietal krijgt twee stapeltjes met drie in stukjes geknipte teksten. Let op! Deze lever je aan het eind van de les weer in.
3. Zodra de stopwatch start, ga je de alinea's in de juiste volgorde neerleggen samen met je groepje.
4. Werk samen: overleg met elkaar.
5. Het eerste groepje dat beide teksten op de juiste volgorde heeft neergelegd, wint.

Lesopdracht: puzzelen

Maken: §2.2 Lezen opdracht 12 t/m 14 + 17 t/m 25

               + Hoofdstuk 1 Grammatica 1F: §1.7 t/m §1.9

Klaar? Eerst opdrachten nakijken samen met de docent. 

Taalblokken:  §2.2 Lezen

Taalblokken:  §2.2 Lezen

Klassikaal bespreken

• §2.2 Lezen

Ik kan nu de kern van een tekst herkennen en benoemen.

Ja

Nog niet

Nee

Ik weet wat verbindingswoorden zijn en kan ze herkennen in een tekst.

Ja

Nog niet

Nee

Dilemma's