Gastheer/gastvrouw Les 1: Hoe werkt de horeca?

Gastheer/gastvrouw
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Consumptieve techniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Gastheer/gastvrouw

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Hoe werkt de horeca?
  • Verschillende typen bedrijven
  • Bedrijfsformule 
  • Doelgroep
  • Wat kan ik worden?
  • Draagmethodes

Slide 2 - Diapositive

Noem 2 horecabedrijven die je al kent?

Slide 3 - Carte mentale

Hoe goed ken jij de horeca?
Waar staat de naam Horeca voor?
1. Hotel
2. Restaurant
3. Caf

Slide 4 - Diapositive

Horeca
  • Hotel - Logiesverstrekkend
  • Restaurant-Maaltijdverstrekkend
  • Cafe - Drankverstrekkend

Slide 5 - Diapositive

Blurring
Horeca en detailhandel gecombineerd!


Een kopje thee bij de kapper.

Slide 6 - Diapositive

Twee verschillende producten in de horeca

Slide 7 - Diapositive

Tastbaar
Niet tastbaar

Slide 8 - Diapositive

Maaltijdverstrekkend
Restaurant:
luxe
bediening
menukaart
gezellige sfeer

Catering:
op locatie
verzorging van buffetten, feesten, eten, drinken, stoelen enz.
Fastfood:
Snel
niet duur
vaak geen bediening
vaak niet gezond


Slide 9 - Diapositive

Drankverstrekkend

Café


Terras


Discotheek

Slide 10 - Diapositive

Logiesverstrekkend
1. logies
2. logies met ontbijt
3. halfpension
4. volpension
5. All inclusive

Slide 11 - Diapositive

Wat is blurring?
A
slecht zien
B
horeca en detailhandel gecombineerd
C
horeca en cafe gecombineerd
D
thee drinken

Slide 12 - Quiz

wat is een drankverstrekkend bedrijf?
A
B
C
D

Slide 13 - Quiz

Noem 2 recreatieve bedrijven

Slide 14 - Carte mentale

Recreatieve bedrijven
Recreatie = vrije tijd
Ontspanning
Vermaak
  • Uur recreatie
  • Dagrecreatie
  • Verblijfsrecreatie

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Bedrijfsformule en de doelgroep
  • Bedrijfsformule = plan dat de
 ondernemer schrijft over hoe zijn
 bedrijf eruit moet komen te zien.

  • Doelgroep = groep mensen aan wie
 de ondernemer zijn producten of
 diensten kan verkopen.


Slide 17 - Diapositive

Wat zie je hier een product of een dienst?
A
dienst
B
product

Slide 18 - Quiz

De zes P's
  • Plaats:          Waar staat het restaurant?
  • Product:       Wat wordt er verkocht of geserveerd?
  • Prijs:              Is het een duur of goedkoop restaurant?
  • Personeel:    Wat voor mensen werken er?
  • Presentatie:  Hoe ziet het restaurant eruit?
  • Promotie:      Hoe wordt reclame gemaakt?

Slide 19 - Diapositive

Welke 'P' hoort bij : Hoe ziet het bedrijf eruit?
A
promotie
B
plaats
C
prijs
D
presentatie

Slide 20 - Quiz

Draagmethodes
Twee methodes:

Onderhandse draagmethode 

Bovenhandse draagmethode -) warm of koud

Slide 21 - Diapositive

Onderhandse draagmethode

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Bovenhandse draagmethode
koude borden

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

Bovenhandse draagmethode
warme borden

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

Zelf oefenen
  • Pak 4 borden
  • Neem genoeg ruimte
  • Zet de borden neer op tafel
  • wacht op instructies

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Einde hoofdstuk 1
Bestudeer voor de toets de pdf en en je aantekeningen.

Succes met de toets!

Slide 30 - Diapositive