Le passé composé - de voltooid tegenwoordige tijd

Bonjour à tous et à toutes:)
le 18 mai 2021
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Bonjour à tous et à toutes:)
le 18 mai 2021

Slide 1 - Diapositive

Je vais apprendre...
1. Ik weet wanneer ik de passé composé moet gebruiken. 
2. Ik weet uit welke twee delen de passé composé bestaat.
3. Ik weet welke 'de twee hulpwerkwoorden' zijn en hoe ik tussen die twee de juiste kan kiezen.
4. Ik kan de regel voor het voltooid deelwoord toepassen. I

Slide 2 - Diapositive

En néerlandais
Le passé composé = de voltooid tegenwoordige tijd
 Je gebruikt het om te vertellen dat iets al gebeurd is. Denk bijvoorbeeld aan: jij bent ergens op vakantie geweest en jij vertelt tegen een vriend wat jij allemaal gedaan hebt.

Ik heb gezwommen - Ik ben gegaan - Ik heb gepraat

Slide 3 - Diapositive

Le passé composé
Ik heb gezwommen - Ik ben gegaan - Ik heb gepraat
De passé composé bestaat uit 2 delen en kan met 2 hulpwerkwoorden gemaakt worden. 
Hebben = Avoir
Zijn = Être
Welke moet je gebruiken? -> Luister naar het Nederlands!   
Uitzonderingen: ''commencer'' -> ''j'ai commencé'' (ik ben begonnen)
''être''-> ''j'ai été'' (ik ben geweest)



Slide 4 - Diapositive

Hoe maken we de passé composé?
pc bestaat uit 2 delen, deel 1:
Kies eerst het juiste hulpwerkwoord.
Je kunt kiezen tussen 
'zijn' (être) en 'hebben' (avoir).
Leer de rijtjes nog eens goed uit je hoofd!

Slide 5 - Diapositive

Vous avez
Tu es
J'ai
Nous sommes
Ik heb
Jullie hebben
Wij zijn
jij bent

Slide 6 - Question de remorquage

Hoe maken we de passé composé?

Deel 2:
Als je het hulpwerkwoord hebt gevonden (avoir of être)
kijk je welk werkwoord je moet gebruiken en dit vervoeg je.

Werkwoord op -er -> stam + é
Werkwoord op -ir -> stam + i
Ik heb gezwommen - ik heb gepraat - ik heb gekozenik ben gegaan 

zwemmen = nager
praten = parler
kiezen = choisir
gaan = aller 

 Ik heb gezwommen = J'ai nagé
Ik heb gepraat = J'ai parlé
Ik heb gekozen = J'ai choisi
Ik ben gegaan = Je suis allé








Slide 7 - Diapositive

Kies de goede vorm van de passé composé van het werkwoord regarder
Elle (regarder) ______ __________
A
Elle est regardé
B
Elle a regardée
C
Elle a regardé
D
Elle a regardi

Slide 8 - Quiz

Als je het werkwoord être als hulpwerkwoord moet gebruiken



In het Frans is het heel belangrijk of een woordje mannelijk, vrouwelijk of in meervoud is.

Als jij être als hulpwerkwoord gebruikt, komt er soms een extra -e, -s of -es achter het voltooid deelwoord. Dat ligt aan het onderwerp. Hieronder een paar voorbeelden.

Ik ben gegaan (ik = een meisje) - Je suis allée
Wij zijn gegaan (wij = 2 meisjes) - Nous sommes allées
Jullie zijn gegaan ( jullie = 2 mannen) - Vous êtes allés 

* Bij hulpwerkwoord avoir het gebeurt niets met het voltooid deelwoord. Er komt geen extra   
-e, -es of -s. Bijvoorbeeld: wij hebben gepraat - nous avons parlé.

Slide 9 - Diapositive

Je suis 
Tu es
Il/elle/on est
Nous sommes
Vous êtes
Ils/elles sont

Slide 10 - Diapositive

Zet het werkwoord tussen haakjes in de passé composé
Pierre et Jacques (tomber) ______ __________

Slide 11 - Question ouverte

Uitzonderingen
Het voltooid deelwoord van onregelmatige werkwoorden:
(die je tot nu toe hebt geleerd)


pouvoir (kunnen) = pu -> j'ai pu (ik heb gekund)
vouloir (willen)  = voulu -> j'ai voulu (ik heb gewild)
avoir (hebben) = eu -> j'ai eu (ik heb gehad)
être (zijn) = été -> j'ai été (ik ben geweest)
- faire (doen, maken) -> j'ai fait (ik heb gedaan/gemaakt)

Slide 12 - Diapositive

   Kort stappenplan 
1. Kiezen tussen avoir of être.
2. De juiste persoonsvorm van het hulpwerkwoord (uit het rijtje)
3. Maak het voltooid deelwoord (stam + é of stam + i)
4. Als jij être gebruikt, let op of het onderwerp mannelijk, vrouwelijk of in meervoud is!  (gebruik schema) 

De formule: Altijd een hulpwerkwoord + voltooid deelwoord!

Slide 13 - Diapositive

Hulpmiddelen
Filmpje met uitleg hulpwerkwoord avoir:
https://www.youtube.com/watch?v=1VL79DR6G5U&feature=youtu.be

Filmpje met uitleg hulpwerkwoord être:
https://www.youtube.com/watch?v=Y6fcx33wtS8&feature=youtu.be 

Tekstboek bladzijde 64
 

Slide 14 - Diapositive

Au travail! Aan het werk!
- Maak de extra opdracht PC 







Slide 15 - Diapositive