We gaan voor de winst
1 / 20
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
________________ +
________________ +
inkoopprijs
brutowinstmarge
verkoopprijs excl. btw
consumentenprijs
btw
Slide 12 - Question de remorquage
De inkoop van een fiets is € 450,= De bruto winstmarge is 20%. Wat is de verkoopprijs?
Slide 13 - Question ouverte
Consumentenprijs
A
De prijs die je als klant uiteindelijk in de winkel betaalt, dus de prijs inclusief btw.
B
De prijs die je als klant uiteindelijk in de winkel betaalt, dus de prijs exclusief btw.
C
De prijs die je als producent uiteindelijk in de winkel betaalt, dus de prijs inclusief btw.
D
De prijs die je als producent uiteindelijk in de winkel betaalt, dus de prijs exclusief btw.
Slide 14 - Quiz
Hoe bereken je de consumentenprijs?
Slide 15 - Question ouverte
De verkoopprijs van een drumstel is € 490. De btw is 21%. Wat is de consumentenprijs?
Slide 16 - Question ouverte
Simon verkoopt schoenen en zijn verkoopprijs is €65,-. Zijn btw is 21%. Bereken zijn consumentenprijs
Consumentenprijs = verkoopprijs + btw
Consumentenprijs = verkoopprijs + btw
Slide 17 - Question ouverte
De verkoopprijs is €76,- de btw is 21%. Wat is de consumentenprijs?
Slide 18 - Question ouverte
Verkoopprijs + BTW = consumentenprijs
Verkoopprijs = € 20,66, BTW = 21%
Consumentenprijs? Berekening!
Verkoopprijs = € 20,66, BTW = 21%
Consumentenprijs? Berekening!
Slide 19 - Question ouverte
Inkoopprijs is 3 euro. Brutowinstopslag is 25%. BTW is 21%. Bereken de verkoopprijs en de consumentenprijs?
