2.2 Stromingen in de samenleving - deel 1

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

	Vak: Mens & Maatschappij Hoofdstuk: 2.2 deel 1
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.	Arrangementen + Mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek van M&M; maar laat deze nog dicht op tafel liggen. 

Huiswerk controle:

2.1 opdracht 8 t/m 11

2. Lesdoel & leergebiedoverstijgende doelen

Aan het eind van deze les:

- weet je waarom en hoe het kiesrecht werd uitgebreid

- weet je welke strijd er over het onderwijs gevoerd werd

3. Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 

n.v.t.

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Jessica, Gijs, Jamie, Niek, Krystian & Jochem

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen en samen begeleid inoefenen.

Jaysen

Verdiept arrangement:

Verdiept: n.v.t.

Huiswerk noteren + maken:

les: 2.2 deel 1

blz: 58 t/m 61

opdr: 1 t/m 4

Mini-check

leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Waar of niet waar?
"In een democratie beslist de meerderheid"

1. Waar
2. Niet waar

Waar of niet waar?
"In een land met een parlement heeft één persoon alle macht"

1. Waar
2. Niet waar

Heel Nederland kan je opdelen in twee soorten scholen:

1. Kleuterscholen en Universiteiten
2. VMBO en MBO scholen
3. Christelijke en Islamitische scholen
4. Openbare en bijzondere scholen

Welke van de 4 is GEEN bijzondere school?

1. Christelijke school
2. Openbare school
3. Islamitische school
4. Vrije school

Wie maakt wat:

3 vragen of meer goed? Ga zelfstandig aan de slag:

les 2.2, opdracht 1 t/m 4 op blz. 58 t/m 61

De rest doet mee met de instructie.

4. Instructie

Lees en kijk mee naar de volgende dia.

In 1815 was er alleen kiesrecht voor mannen met een hoog inkomen.
 

Tussen 1848 en 1917 werd de belastinggrens verlaagd, daardoor kregen meer mannen kiesrecht.
 

In 1917 kwam er voor alle volwassen mannen. 

In 1919 kwam er voor vrouwen:

• actief kiesrecht, algemeen kiesrecht.
  

  

Toen alle burgers kiesrecht kregen, werd Nederland een:

• parlementaire democratie
  

 

Na het Kinderwetje (1874) kregen arbeiderskinderen basisonderwijs, alleen kinderen van rijken konden doorleren.
 

De overheid richtte daarom openbare scholen op, zodat:

• iedereen kon leren lezen, schrijven en rekenen
• de armen betere banen konden krijgen
• de armen hun achterstand konden wegwerken = emancipatie

Katholieken en protestanten (confessionelen) richten eigen scholen op die geen geld van de overheid kregen. Dat waren de: 

• bijzondere scholen
  

  

De confessionele politieke partijen vonden dat de overheid ook de bijzondere scholen moest financieren. In 1917 kwam daarom:

• de onderwijswet
  

 

Bijzondere scholen zijn:

confessionele scholen, daltonscholen,  montessorischolen, vrije scholen

 

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Jessica, Gijs, Jamie, Niek, Krystian & Jochem: jullie maken zelfstandig les 2.2 opdracht 1 t/m 4 op blz. 58 t/m 61.

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?

Jaysen: wij maken klassikaal opdracht 2.

6. Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig 2.2 opdracht 1 t/m 4 op blz. 58 t/m 61. 

Lees de blauwe stukjes tekst goed door

Ben je klaar?

1. Nakijken en verbeteren.

2. Herhaling maken op blz. 64

3. Huiswerk maken/leren voor een ander vak.

 

7. Evaluatie

Hoe ging de les?

Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 

Lesdoelen: 

- weet je waarom en hoe het kiesrecht werd uitgebreid?

- weet je welke strijd er over het onderwijs gevoerd werd?

8. Huiswerk en toetsen

Huiswerk:

Maandag 30 oktober

2.2 opdracht 1 t/m 4

Toetsen:

Donderdag 2 november

SO 2.1 & 2.2