4.1: Van stad tot wereldrijk (2)

4.1: Van stad tot wereldrijk
Dit heb je nodig:
  • Je boeken.
  • Je schrift
  • Je iPad
  • Pen en markeerstiften
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

4.1: Van stad tot wereldrijk
Dit heb je nodig:
  • Je boeken.
  • Je schrift
  • Je iPad
  • Pen en markeerstiften

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
  • herhaling vorige les
  • Vervolg paragraaf 4.1
  • Vaardigheid feit en mening
  • Uitwerken begrippen.

Slide 2 - Diapositive

Aan het einde van deze les:
... heb je laten zien dat je je nog weet hoe Rome werd bestuurd.
... weet je wie Julius Caesar was.
... heb je geleerd wie de eerste keizer van het Romeinse rijk was.
... Kun je uitleggen hoe keizers zorgden voor vrede in het rijk.
... Is de vaardigheid Feit en mening herhaalt.
... kun je in je eigen woorden uitleggen wat de betekenis is van de begrippen: dictator,  keizer en burgeroorlog.


Slide 3 - Diapositive

Bestuursvormen van Rome

Slide 4 - Carte mentale

Slide 5 - Diapositive

Republiek

Slide 6 - Diapositive

Het Romeinse wereldrijk

Slide 7 - Carte mentale

Leg uit dat deze afbeelding goed past bij het begrip: Wereldrijk, laat in je antwoord zien dat je weet wat het begrip betekent.

Slide 8 - Question ouverte

Burgeroorlog
  • In Rome werden legerleiders steeds machtiger. Soldaten waren geen boeren meer, maar beroepssoldaten.

  • Beroepssoldaten steunen hun leider. Er ontstond strijdt tussen generaals.
      gevolg: Burgeroorlog

  • Julius Caesar: Dictator (alleenheerser) voor het leven

Slide 9 - Diapositive

  • Burgeroorlog: Oorlog tussen mensen die in hetzelfde gebied leven. (oorlog binnen een staat)
  • Dictator: Alleenheerser.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

keizertijd:
  • Eerste keizer: Augustus
  • Senaat geeft advies, dat vaak wordt opgevolgd door de keizer.
  • Keizer benoemd zelf mensen om provincies te besturen, voor financiën en rechtspraak en om legers te leiden.
  •  Keizer vaak vereerd als een god.

Slide 12 - Diapositive

Romeinse vrede:
  • Onder de keizers was er twee eeuwen lang vrede in het rijk. (Pax Romana, Romeinse vrede)
  • Verharde wegen zorgden ervoor dat soldaten zich snel konden verplaatsen als er onrust dreigde.

Slide 13 - Diapositive

Vaardigheid: Feit en mening
feit: iets dat we kunnen controleren, het is echt gebeurd
mening: iets wat een persoon vindt, persoonsgebonden en kan dus veranderen.

Bespreken: Havo: Opdr. 3 / Vwo: Opdr. 4
Aan de slag: Havo : Maken werkboek opdr. 8 van paragraaf 4.1
Aan de slag:  Vwo: Maken werkboek opdr. 9 van paragraaf 4.1
timer
5:00

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Gebruik bron 3.
De bron gaat over feiten en meningen. Schrijf uit de bron:
- twee feiten en
- twee meningen over.

Slide 16 - Question ouverte

Aan de slag:
  • Werk de begrippen van paragraaf 4.1 uit volgens de begrippenopdracht. (zie dia's 21 t/m 24)
  • De begrippen van paragraaf 4.1 zijn: Burgeroorlog, dictator, keizer, republiek, wereldrijk.
  • Let op: Je haalt de betekenis uit lessonUp of uit je boek, de afbeeldingen moeten passen bij de tijd van de Romeinen.

Slide 17 - Diapositive

Uitleg begrippenopdracht:
  • Dit hoofdstuk gaan jullie ( mag in een tweetal)  een begrippenlijst met afbeeldingen en uitleg maken. Deze begrippenlijst helpt je bij het leren en is niet voor een cijfer.
  • Je maakt deze opdracht in PowerPoint en je zorgt dat aan het begin van elke les de begrippen uit het huiswerk uitgewerkt zijn en wanneer je  samenwerkt op alle iPads staan, zodat ik dit kan controleren.
  • Let op! de afbeeldingen moeten passen bij de tijd van de Romeinen.

Slide 18 - Diapositive

Uitleg begrippenopdracht:
Dit zijn de begrippen:
  • 4.1: Burgeroorlog, dictator, keizer, republiek, wereldrijk.
  • 4.2: Gladiator, proletariaat.
  • 4.3: Multiculturele samenleving, romanisering, staatsgodsdienst.
  • 4.4: Christendom.
  • 4.5: Bondgenootschap, limes, volksverhuizing.

Slide 19 - Diapositive

Doe het zo:
begrip: 
betekenis:
plaatje:
uitleg: Wij vinden dat dit plaatje bij het begrip past want op het plaatje zie je..... daarom past het bij het begrip.

Slide 20 - Diapositive

voorbeeld: 
begrip: Krijgsgevangene
betekenis: persoon die in de oorlog gevangen is genomen
Plaatje:
uitleg: Ik vind dat dit plaatje bij het begrip past want op het plaatje zie je slaven die verkocht worden, krijgsgevangenen werden vaak als slaaf verkocht, daarom past het plaatje bij het begrip.

Slide 21 - Diapositive