3.2: Samenleving en cultuur

3.2: Samenleving en cultuur
Dit heb je nodig:
  • Je boeken.
  • Je iPad
  • Pen en markeerstiften
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.2: Samenleving en cultuur
Dit heb je nodig:
  • Je boeken.
  • Je iPad
  • Pen en markeerstiften

Slide 1 - Diapositive

Deze les:
  • Herhaling, waar ging het ook alweer over?
  • afsluiting 3.1
  • Uitleg 3.2: De Romeinse samenleving.
  • Uitleg uitwerken begrippen
  • Aan de slag: lezen en markeren van de tekst en het maken van opdrachten.
  • Aan de slag: Uitwerken begrippen

Slide 2 - Diapositive

Aan het einde  van deze les:
... Kun je uitleggen in welke lagen de Romeinse samenleving was ingedeeld.
... Kun je uitleggen hoe goed het ging  met de economie in het rijk en waardoor dit kwam.
... Kun je uitleggen in welke soort samenleving de Romeinen leefden.
... Kun je uitleggen welke middelen van bestaan de Romeinen hadden.
... Weet je hoe je begrippen moet koppelen aan een afbeelding en hoe je dit moet uitleggen.

Slide 3 - Diapositive

De laatste koning wordt verjaagd
Rome wordt een Republiek
Caesar wordt dictator voor het leven
Caesar wordt vermoord door senatoren
Burgeroorlogen
Keizer Augustus wordt de eerste Romeinse keizer

Slide 4 - Question de remorquage

dictator / dictatuur
Romeinse Republiek / Aristocratie
Koninkrijk / Monarchie
Keizertijd / Monarchie

Slide 5 - Question de remorquage

Aan de slag: In tweetallen
  • Zoek op blz. 52 van je informatieboek de betekenis van de volgende begrippen: Burgeroorlog, dictator, keizer, republiek en wereldrijk
  • Zoek daarna een afbeelding bij het begrip dat past bij dit hoofdstuk, let op je afbeelding moet passen in de tijd van de Romeinen.
timer
7:00

Slide 6 - Diapositive

Afsluiting paragraaf 3.1: 

  • Bestuursvormen Rome
  • burgeroorlogen
  • Vrede
  • Bestuur van het rijk 

Slide 7 - Diapositive

3.2: Samenleving en cultuur
In deze paragraaf leer je 
  • welke sociale verschillen er waren in het rijk
  •  hoe het ging met de economie in het rijk
  • hoe multicultureel de Romeinse samenleving was
  •  hoe de Grieks-Romeinse cultuur ontstond en werd verspreid
  • hoe Romeinse wetten werkten

Slide 8 - Diapositive

Kijkopdracht:
  1. Maak in je schrift een piramide met 5 lagen.
  2.  Noteer tijdens het kijken van het filmpje de namen van de verschillende lagen.
  3.  Noteer onder de piramide de middelen van bestaan van de Romeinen.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

 slaven
 gewone Romeinen

aanzienlijke families
Rijke handelaren

arme Romeinen

Slide 11 - Question de remorquage

Sociale verschillen
1. aanzienlijke families
2. Rijke handelaren
3. gewone Romeinen
4. arme Romeinen
5. slaven

Slide 12 - Diapositive

Middelen van bestaan van de Romeinen:

Slide 13 - Carte mentale

Werk
  • Nijverheid:  thuis, op een bouwplaats, of in een werkplaats producten maken. (ambacht)
  • Handel: bloeit door de vrede in het rijk, munten als betaalmiddel.

Slide 14 - Diapositive

Soort samenleving:
Het Romeinse rijk had duizenden steden, maar de meeste mensen woonden op het platteland, het Romeinse rijk was dus een Landbouwstedelijke samenleving.

Slide 15 - Diapositive

Uitleg begrippenopdracht:
  • Dit hoofdstuk gaan jullie ( mag in een tweetal)  een begrippenlijst met afbeeldingen en uitleg maken. Deze begrippenlijst helpt je bij het leren en is niet voor een cijfer.
  • Je maakt deze opdracht in PowerPoint en je zorgt dat aan het begin van elke les de begrippen uit het huiswerk uitgewerkt zijn en wanneer je  samenwerkt op alle iPads staan, zodat ik dit kan controleren.
  • Let op! de afbeeldingen moeten passen bij de tijd van de Romeinen.

Slide 16 - Diapositive

Uitleg begrippenopdracht:
Dit zijn de begrippen:
  • 3.1: Burgeroorlog, dictator, keizer, republiek, wereldrijk.
  • 3.2: Romanisering, staatsgodsdienst, multiculturele samenleving.
  • 3.3: Jodendom, christendom.
  • 3.4: Bondgenootschap, limes, volksverhuizing.

Slide 17 - Diapositive

Doe het zo:
begrip: 
betekenis:
plaatje:
uitleg: Ik vind dat dit plaatje bij het begrip past want op het plaatje zie je..... daarom past het bij het begrip.

Slide 18 - Diapositive

voorbeeld: 
begrip: Krijgsgevangene
betekenis: persoon die in de oorlog gevangen is genomen
Plaatje:
uitleg: Ik vind dat dit plaatje bij het begrip past want op het plaatje zie je slaven die verkocht worden, krijgsgevangenen werden vaak als slaaf verkocht, daarom past het plaatje bij het begrip.

Slide 19 - Diapositive

Aan de slag: Begrippenopdracht
  • In een tweetal, in PowerPoint, zorg dat je allebei de opdracht op je iPad hebt staan.
  • Zoek en noteer betekenis de volgende begrippen uit: 3.1: Burgeroorlog, Dictator, Keizer, Republiek, Wereldrijk. (informatieboek blz. 52)
  • Zoek een passende afbeelding en werk dit uit.
  • Kijk goed in deze les  op dia 17 en 18 wat je moet doen.

Slide 20 - Diapositive

Aan de slag: Geschiedeniswerkplaats:
  • Lezen en markeren in je informatieboek blz. 43 en 44, teksten: Arm en Rijk + Werk.
  • Maken in je werkboek  blz. 50 - 51, Opdr. 1 t/m 4.

Slide 21 - Diapositive