6.3 stad en land in vroeger tijden

6.2: het ontstaan van steden
Lesdoel:
Herhaling 6.2, begin 6.3

1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

6.2: het ontstaan van steden
Lesdoel:
Herhaling 6.2, begin 6.3

Slide 1 - Diapositive

Vorige les behandeld

Slide 2 - Carte mentale

Hanze
https://npokennis.nl/longread/7600/wat-is-de-hanze

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Wat is een historisch feit?

Slide 5 - Question ouverte

6.3 Stad en land in vroeger tijden
De leerling weet hoe het leven in een middeleeuwse stad eruit zag.

Slide 6 - Diapositive

De middeleeuwse stad
Slechte hygiene

Snel brand

Ziektes verspreiden zich snel

Slide 7 - Diapositive

Stad en platteland
Tijd van steden en staten --> economische veranderingen : Stadsbewoners kochten voedsel van boeren op markten met geld. Ruilhandel kwam steeds minder voor. 
Door de groei van handel ontstonden er steden.

Stadsbewoners + boeren waren afhankelijk van elkaar: boeren zorgden voor voedsel, maar kochten in de stad hun gereedschap/ kleding e.d. landbouwsamenleving werd een landbouwstedelijke samenleving

Slide 8 - Diapositive

Noem het middel van bestaan van boeren.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is een middel van bestaan van stedelingen (2 antw. goed)
A
Handel
B
jagen en verzamelen
C
ambachten
D
landbouw

Slide 10 - Quiz

naar de stad
Ondanks slechte hygiëne en ziektes wilden mensen toch in de stad wonen, daar kon je geld verdienen!

behalve ambachtslieden en handelaren ook dagloners in de stad = mensen die voor een beetje geld alle klusjes wilden uitvoeren.

maar stadslucht maakte ook vrij! Als horige boer die een jaar en een dag in de stad woonde en je had je gedragen, dan werd je burger van de stad. Alle burgers samen noemen we de burgerij. 

Slide 11 - Diapositive

Edelen en steden
Rond het jaar 1000 had de adel de macht. Steden werden vanwege de handel steeds rijker.

De adel verdiende geld aan de stad in ruil voor allerlei rechten: 
- steden hoefden geen tol te betalen
- Steden mochten hun eigen wetten maken
- steden mochten een stadsmuur bouwen

Steden kregen hun eigen bestuur met aan het hoofd een burgemeester of schout.  De schout werd geholpen door de schepenen. De schout was ook het hoofd van de stedelijke politie.

Mensen in dienst van de stad werden betaald door de opgehaalde belastingen.

Slide 12 - Diapositive

machtige koningen
De belangrijkste edelman was de Koning. Veel koningen oefende macht uit door het maken van wetten en het laten betalen van belastingen.

De koningingen probeerden ook om hun land vanuit 1 punt te besturen. Deze overgang naar centraal bestuur heet centralisatie. 
Er ontstonden belangrijke staten met een koning aan het hoofd, zoals Engeland en Frankrijk. Er vonden dus belangrijke politieke veranderingen plaats!

Slide 13 - Diapositive

Waarom gaf een edelman een stad stadsrechten?

Slide 14 - Question ouverte

Hoe bestuurden koningen in de tijd van steden en staten hun gebied?

Slide 15 - Question ouverte

Wie bestuurde in de Middeleeuwen de stad?

Slide 16 - Question ouverte

Wat waren de taken van de schout?
A
Hij bestuurden met de burgemeester de stad.
B
stad besturen + hoofd stedelijke politie
C
Hij maakte de wetten
D
Hij was een generaal

Slide 17 - Quiz

Maken 6.3
Leerstof + opdrachten
Plusopdrachten
Cursustoets

Slide 18 - Diapositive