N4D2 les 4 geld

Welkom in het tweede leerjaar
Vrijdag 6 september proefexamen op niveau 3
Verder met rekenen op niveau 4, hoofdstuk 2 les 4

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMBOStudiejaar 1,2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Welkom in het tweede leerjaar
Vrijdag 6 september proefexamen op niveau 3
Verder met rekenen op niveau 4, hoofdstuk 2 les 4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zit het ook alweer?

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geld
hoofdstuk 2 les 4

Deze les
Rekendoelen
Moeilijkheidsgraad
Even oefenen
Schatten
Opdracht 8
Laat 't weten als je de les af hebt! 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Rekendoelen
Je kunt schattend en precies rekenen met geld.
Je kunt geldbedragen op de juiste wijze afronden.
Je kunt bronnen waarin geld voorkomt aflezen en interpreteren.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al over geldrekenen?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel euro's zijn gelijk aan 1 ton in geld?
A
100.000 euro
B
1.000.000 euro
C
50.000 euro
D
10.000 euro

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

€250,00 : 500 = €

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel nullen staan er in 1 miljoen?
A
5 nullen
B
6 nullen
C
8 nullen
D
7 nullen

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

€18,00 : 30 = €

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel nullen heeft 1 miljard?
A
6 nullen
B
7 nullen
C
12 nullen
D
9 nullen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

€ 2000 : 40 = €

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de schrijfwijze van 1.000.000?
A
1 biljoen
B
10 miljoen
C
1 miljoen
D
100 duizend

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Moelijkheidsgraad
Grotere hele getallen en complexere decimale getallen van maximaal 3 cijfers achter de komma
Meervoudige berekeningen met ongeveer 4 of meer rekenstappen
Je maakt kennis met wisselkoersen 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Referentiewaarden

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is schatten?
Schatten is een snelle berekening maken van een geldbedrag, waarbij je naar het dichtstbijzijnde tiental of honderdtal afrondt.

Let op! Geldbedragen worden genoteerd met twee cijfers achter de komma

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afronden van geldbedragen
Bij het afronden van geldbedragen kijk je naar het laatste cijfer. Als dit 1, 2, 3 of 4 is, rond je naar beneden af. Bij 5, 6, 7, 8 of 9 rond je naar boven af.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 8

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 19 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 20 - Question ouverte

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 21 - Question ouverte

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.