Reageren op prikkels 4T examentraining

Reageren op prikkels
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Reageren op prikkels

Slide 1 - Diapositive

Van waarnemen naar bewegen
  • Je beschrijft de onderdelen van het zenuwstelsel en hun functies.
  • Je legt uit hoe de hersenen de spieren aansturen via zenuwen.
  • Je benoemt verschillende soorten bewegingen.

Slide 2 - Diapositive

Prikkels en impulsen

Slide 3 - Diapositive

Prikkels
Prikkels: Alle veranderingen in je omgeving waar je op kan reageren. 

- Inwendige prikkels
- Uitwendige prikkels 

Slide 4 - Diapositive

Adequate prikkels
  • Juiste prikkel bij het juiste zintuig

Slide 5 - Diapositive

Adequate prikkels 

Slide 6 - Diapositive

Onthouden
  1. Zintuigcellen vangen de prikkel uit de omgeving op en zetten de prikkel om in een impuls
  2. Een impuls is een elektrisch stroompje dat 
  3. Door zenuwen gaat van het zintuig naar de hersenen of van de hersenen naar de spier.

Slide 7 - Diapositive

Drempelwaarde

Als een prikkel te klein is, dan kan het zintuig het niet waarnemen.

De prikkel is beneden de DREMPELWAARDE.


De drempelwaarde is bij verschillende organismen anders: een hond kan beter horen dan een mens.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Gewenning
Je went aan prikkels, je reageert er na verloop van tijd niet meer op.
Voorbeelden:
- Je hoort de klok niet meer tikken.
- Je voelt niet meer dat je een horloge, oorbellen, ring of kleding 
   draagt.
-  Als je naast het spoor woont hoor je treinen niet meer.

Slide 10 - Diapositive

Verschillende prikkels
  • Zintuigen zetten prikkels om in impulsen. 
  • Een impuls is een elektrisch stroompje door een zenuw naar de hersenen gaat.
  • impulsen gaan door het zenuwstelsel, ze zetten de hersenen of het ruggenmerg aan het werk.


Slide 11 - Diapositive

reageren of niet?

  • Je reageert niet op:
  • te zwakke prikkels
  • prikkels die er de hele tijd zijn (gewenning)
  • onbelangrijke prikkels (motivatie)

Slide 12 - Diapositive

Bewuste reactie
Voorbeeld: 
  1. je wordt geduwd , 
  2. je kijkt  
  3. duwt terug.
De hersenen bepalen wat er gebeurt en geven een impuls af naar een spier

Slide 13 - Diapositive

Bewuste beweging (via de hersenen)

Slide 14 - Diapositive

Reflex
Prikkel -> impuls -> gevoelszenuwcel -> schakelzenuwcel -> bewegingszenuwcel -> Spier/klier reageert


Slide 15 - Diapositive

Onbewuste beweging= Reflex (niet via de hersenen)

Slide 16 - Diapositive

Bewuste reactie 
zintuig - gevoelszenuwcellen - ruggenmerg/hersenstam - hersenen       
                          REACTIE  
ruggenmerg/hersenstam - bewegingszenuwcellen - spieren/klieren

Slide 17 - Diapositive

 Reflex is een vaste, onbewuste reactie op een zeer sterke prikkel
Functies van een reflex: onbewust regelen van motoriek, snel reageren bij kans op onverwachte beschadiging van het lichaam
  • Bij een reflex reageert het ruggenmerg en niet de hersenen
  • Alleen bij een zeer sterke prikkel

Terugtrekreflex; 
Strekreflex; Kniepeesreflex; 
Pupilreflex; 

Slide 18 - Diapositive

reflexen/reflexboog

Slide 19 - Diapositive

Aan de slag!
Wat?
Examen TL biologie 2021-1 
Vraag 32 t/m 55
Hulp nodig?
Check je boek, vraag buur of docent.
Tijd:
20 min
Klaar?
Maak het examen biologie 2020
timer
20:00
Aan de slag!

Slide 20 - Diapositive

Wat betekent het dat je went aan een prikkel?

Slide 21 - Carte mentale

Hoe kan het dat een kat een muis kan horen?
gebruik drempelwaarde in je antwoord.

Slide 22 - Carte mentale

Wat is een reflex?
A
Bewuste reactie op een prikkel
B
Een snelle impuls naar de hersenen
C
Een snelle reactie op een sterke prikkel
D
Een bewuste impuls naar de spieren

Slide 23 - Quiz