tag questions

Wat is een tag question?
Dat is een "aangeplakte vraag", die je in het Nederlands vertaald met "nietwaar"?
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Wat is een tag question?
Dat is een "aangeplakte vraag", die je in het Nederlands vertaald met "nietwaar"?

Slide 1 - Diapositive

voorbeeld
That man is your father, isn't he?

Slide 2 - Diapositive

je vraagt dus eigenlijk bevestiging van wat je al weet
vb:

You don't know the way here, do you?

Slide 3 - Diapositive

Bij een tag question kijk je of het eerste deel van de zin bevestigend of ontkennend is
She doesn't know his name, does she?

Slide 4 - Diapositive

en dan gebruik je bij de tag het tegenovergestelde
She doesn't know his name --> ontkennend (not)
Does she?  --> bevestigend (wel)

Slide 5 - Diapositive

in zinnen die een hulpwerkwoord bevatten, herhaal je dat
vb:
- She will come back, won't she?
- We can do that, can't we?

Slide 6 - Diapositive

hulpwerkwoorden zijn:
will, could, can, may, shall, be able to, have, should

Slide 7 - Diapositive

in andere gevallen gebruik je "to do"
vb

She runs (geen hulp- maar een betekenis werkwoord) very fast, doesn't she?

Slide 8 - Diapositive

He plays football....................
?

Slide 9 - Question ouverte

6. Fiona is Irish, .......................
?

Slide 10 - Question ouverte

We shouldn't be here,....................

Slide 11 - Question ouverte

We won't have to work tomorrow, ..............

Slide 12 - Question ouverte

We'll have to finish the project before next week, .......................

Slide 13 - Question ouverte