1.3-2

Beeld tekenen
Om te bepalen hoe groot het scherpe beeld op het scherm is, maak je een tekening. 
Je gebruikt een belangrijke eigenschap van lichtstralen bij lenzen.

(1) Een lichtstraal die door het midden van een lens gaat verandert niet van richting.

1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 70 min

Éléments de cette leçon

Beeld tekenen
Om te bepalen hoe groot het scherpe beeld op het scherm is, maak je een tekening. 
Je gebruikt een belangrijke eigenschap van lichtstralen bij lenzen.

(1) Een lichtstraal die door het midden van een lens gaat verandert niet van richting.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Beeldconstructie
Bij projecteren ontstaat een beeld op het scherm. Alleen als je het scherm op de juiste plek zet krijg je een scherp beeld.

De plaats waar een scherp beeld ontstaat, kun je bepalen met een tekening. Daarvoor gebruik je twee constructiestralen.

Slide 4 - Diapositive

Voor een goede foto moet de afstand tussen de lens en de beeldchip verstellen zodat foto scherp gesteld is.

Ook bij een beamer verander je de afstand tussen de LCD scherm en de lens.

Slide 5 - Diapositive

Constructiestraal
De plaats waar een scherp beeld ontstaat, kun je bepalen met een tekening. Daarvoor gebruik je twee constructiestralen.


Constructiestraal =
Een lichtstraal die je gebruikt om het beeld te tekenen.

Slide 6 - Diapositive

Construeren van beeld
We doen het altijd met drie lichtstralen

1  - Door het midden van de lens, verandert niet richting
2 - Evenwijdig aan hoofdas. Na de lens door brandpunt (F).
3 - Voor de lens door het brandpunt en na de lens evenwijdig      aan de hoofdas.

Slide 7 - Diapositive

Beeld tekenen positieve lens
1
2
3

Slide 8 - Diapositive

Beeld tekenen positieve lens
1
2
3
4

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Aan de slag!
  • Wat? Maak paragraaf 1.3 opdracht 61 t/m 63, 65 t/m 67 + 71 t/m 74
  • Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
  • Tijd? 20 minuten
  • Hulp? Probeer het samen op te lossen. Kom je er niet uit? Vraag dan de docent
  • Resultaat? Klassikaal bespreken
  • Klaar? Maak 1.3 opdracht 75 t/m 79
timer
20:00

Slide 11 - Diapositive

Af voor de volgende les
Paragraaf 1.2 opdracht 25 t/m 29 en 34 t/m 39

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Wat gaan we vandaag doen?
Opstarten
10 min
Uitleg Beeld tekenen
10 min
Oefenen Beeld tekenen
10 min
Bespreken opdrachten
10 min
Afmaken paragraaf 1.3
20 min
Lesafsluiting
10 min

Slide 14 - Diapositive

Lesplanning:
  • Dinsdag 7 nov:          Paragraaf 1.3 deel 1
  • Woensdag 8 nov:     Paragraaf 1.3 deel 2
  • Dinsdag 14 nov:         Paragraaf 1.4
  • Woensdag 15 nov:    Herhalingsles H1 + Paragraaf 1.5
  • Dinsdag 21 nov:         SO H1 Paragraaf 1 t/m 5

Slide 15 - Diapositive

Paragraaf 1.3 deel 2: Lenzen

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Beeld tekenen
Om te bepalen hoe groot het scherpe beeld op het scherm is, maak je een tekening. 
Je gebruikt een belangrijke eigenschap van lichtstralen bij lenzen.

(1) Een lichtstraal die door het midden van een lens gaat verandert niet van richting.

Slide 22 - Diapositive

Beeldconstructie

Slide 23 - Diapositive

Bij projecteren ontstaat een beeld op het scherm. Alleen als je het scherm op de juiste plek zet krijg je een scherp beeld.

De plaats waar een scherp beeld ontstaat, kun je bepalen met een tekening. Daarvoor gebruik je twee constructiestralen.

Slide 24 - Diapositive

Constructiestraal
De plaats waar een scherp beeld ontstaat, kun je bepalen met een tekening. Daarvoor gebruik je twee constructiestralen.


Constructiestraal =
Een lichtstraal die je gebruikt om het beeld te tekenen.

Slide 25 - Diapositive

Construeren van beeld
We doen het altijd met drie lichtstralen

1  - Door het midden van de lens, verandert niet richting
2 - Evenwijdig aan hoofdas. Na de lens door brandpunt (F).
3 - Voor de lens door het brandpunt en na de lens evenwijdig      aan de hoofdas.

Slide 26 - Diapositive

Beeld tekenen positieve lens
1
2
3

Slide 27 - Diapositive

Beeld tekenen positieve lens
1
2
3
4

Slide 28 - Diapositive

Aan de slag!
  • Wat? Maak paragraaf 1.3 opdracht 65 + 67 + 74
  • Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
  • Tijd? 10 minuten
  • Hulp? Probeer het samen op te lossen. Kom je er niet uit? Vraag dan de docent
  • Resultaat? Klassikaal bespreken
  • Klaar? Maak 1.3 opdracht 68 +69 + 70
timer
10:00

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Aan de slag!
  • Wat? Maak paragraaf 1.3 opdracht 48 t/m 55 + 61 t/m 63 + 65 t/m 67 + 71 t/m 74
  • Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
  • Tijd? 20 minuten
  • Hulp? Probeer het samen op te lossen. Kom je er niet uit? Vraag dan de docent
  • Resultaat? Klassikaal bespreken
  • Klaar? Maak 1.3 opdracht 75 t/m 79
timer
20:00

Slide 33 - Diapositive

Af voor de volgende les
Maak paragraaf 1.3 opdracht 48 t/m 55 + 61 t/m 63 + 65 t/m 67 + 71 t/m 74

Slide 34 - Diapositive