Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
deviant thema 3 natuur woordenschat oefenen
Fijn dat je er weer bent.
Goedemorgen allemaal,
het landschap
1 / 49
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Cette leçon contient
49 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
3 vidéos
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Fijn dat je er weer bent.
Goedemorgen allemaal,
het landschap
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen vandaag?
We maken kennis met ons nieuwe thema
NATUUR......
de oceaan
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Vidéo
Slide 4 - Vidéo
We gaan oefenen met de woorden
Slide 5 - Diapositive
https:
Slide 6 - Lien
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
wat hoort bij het weer
Slide 9 - Carte mentale
Slide 10 - Diapositive
weersverwachting
Slide 11 - Diapositive
zich voortplanten
Slide 12 - Diapositive
zich voortplanten is.............
Slide 13 - Question ouverte
zich voortplanten
Slide 14 - Diapositive
vervuiling is?
Slide 15 - Carte mentale
de vervuiling
Slide 16 - Diapositive
de vervuiling
de luchtvervuiling
Slide 17 - Diapositive
vegetarisch
uitsterven
Slide 18 - Diapositive
welke dieren kunnen snel uitsterven
Slide 19 - Question ouverte
vegetarisch
uitsterven
Slide 20 - Diapositive
welke 4 seizoenen ken jij?
Slide 21 - Question ouverte
wat hoort bij de natuur?
Slide 22 - Carte mentale
Slide 23 - Diapositive
het seizoen
het regenwoud
Slide 24 - Diapositive
de natuur
het milieu
Slide 25 - Diapositive
de natuur
het milieu
Slide 26 - Diapositive
het landschap
het klimaat
Slide 27 - Diapositive
het landschap
het klimaat
Slide 28 - Diapositive
Wat zie je als je een landschap ziet?
Slide 29 - Carte mentale
Slide 30 - Vidéo
recyclen
de oceaan
Slide 31 - Diapositive
biologisch
de afvalscheiding
Slide 32 - Diapositive
welk afval gooien jullie apart weg?
Slide 33 - Carte mentale
Wat betekent het volgende woord?
Het landschap
A
Apart inzamelen van afval
B
Op een natuurlijke manier gemaakt
C
Het soort weer van een land
D
Hoe een stuk land eruitziet
Slide 34 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Het Klimaat
A
Apart inzamelen van afval
B
Op een natuurlijke manier gemaakt
C
Het soort weer van een land
D
Hoe een stuk land eruitziet
Slide 35 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Het regenwoud
A
Een groot bos in een warm gebied op aarde
B
Een van de vier delen van het jaar
C
Het ophouden te bestaan van een plant of dier
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 36 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Recyclen
A
Alle grond, lucht en water om ons heen
B
Alles wat niet door mensen is gemaakt
C
Een grote zee tussen twee oceanen
D
Opnieuw gebruiken
Slide 37 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Afvalscheiding
A
Apart inzamelen van afval
B
Op een natuurlijke manier gemaakt
C
Het soort weer van een land
D
Hoe een stuk land eruitziet
Slide 38 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Vegatarisch
A
Een groot bos in een warm gebied op aarde
B
Een van de vier delen van het jaar
C
Het ophouden te bestaan van een plant of dier
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 39 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
oceaan
A
Alle grond, lucht en water om ons heen
B
Alles wat niet door mensen is gemaakt
C
Een grote zee tussen twee werelddelen
D
Opnieuw gebruiken
Slide 40 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Het seizoen
A
Een groot bos in een warm gebied op aarde
B
Een van de vier delen van het jaar
C
Het ophouden te bestaan van een plant of dier
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 41 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Zich voortplanten
A
Het vies worden
B
Kinderen of jongen krijgen
C
De voorspelling hoe het weer zal zijn
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 42 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Het milieu
A
Alle grond, lucht en water om ons heen
B
Alles wat niet door mensen is gemaakt
C
Een grote zee tussen twee oceanen
D
Opnieuw gebruiken
Slide 43 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Biologisch
A
Apart inzamelen van afval
B
Op een natuurlijke manier gemaakt
C
Het soort weer van een land
D
Hoe een stuk land eruitziet
Slide 44 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
De natuur
A
Alle grond, lucht en water om ons heen
B
Alles wat niet door mensen is gemaakt
C
Een grote zee tussen twee oceanen
D
Opnieuw gebruiken
Slide 45 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
Uitsterven
A
Een groot bos in een warm gebied op aarde
B
Een van de vier delen van het jaar
C
Het ophouden te bestaan van een plant of dier
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 46 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
De vervuiling
A
Het vies worden
B
Kinderen of jongen krijgen
C
De voorspelling hoe het weer zal zijn
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 47 - Quiz
Wat betekent het volgende woord?
De weersverwachting
A
Het vies worden
B
Kinderen of jongen krijgen
C
De voorspelling hoe het weer zal zijn
D
Waar geen vlees of vis in zit
Slide 48 - Quiz
Regenwoud
Vervuiling
Oceaan
Weersverwachting
Slide 49 - Question de remorquage
Plus de leçons comme celle-ci
Via Vervolg thema 3 hoofdstuk 1 'belangrijke woorden'
Avril 2024
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3,4
7.0 Planten en dieren
Février 2024
- Leçon avec
38 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4
thema 3 moeilijke woorden
Août 2019
- Leçon avec
15 diapositives
Praktijkonderwijs
Mentorles - 04-06-2020 -Thema 3 natuur - woordenschat oefenen
Juin 2020
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Nederlands Thema 3 moeilijke woorden
Mars 2022
- Leçon avec
43 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 4
Moeilijke woorden H3 Nederlands
Avril 2023
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 1
Moeilijke woorden thema 3 Natuur
Février 2024
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
ISK
leerjaar 1 Nederlands thema 3 moeilijke woorden
Février 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Speciaal Onderwijs
Leerroute 1