Oefentoets Thema 1 Verbranding en ademhaling

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Oefentoets Thema 1 Verbranding en ademhaling

Klassikaal oefenen voor de toets van Thema 1 

(morgen 1 november)

Denk en luister goed mee!

Dat scheelt een hoop tijd met leren ;-)

een indicator is een

1. een stof die voor kleur zorgt
2. een stof die een andere stof aantoont
3. een stof die een andere stof bindt

Voor welk proces in het lichaam is zuurstof nodig?

De formule van verbranding is? Sleep de blauwe vlakjes naar de juiste plek.

Koolstofdioxide

Glucose

Water

Energie

Zuurstof

Noem 2 voorbeelden van een brandstof

Verbranding vindt alleen in de spiercellen plaats

1. Waar
2. Niet waar

In je lichaam vindt verbranding plaats. Dit is nodig om je lichaam goed te laten werken. Wanneer je je meer inspant, moet je lichaam harder werken.

Wat gebeurt er dan bij de verbranding in je lichaam?

1. Er wordt meer brandstof gebruikt om beweging te krijgen.
2. Er wordt warmte gebruikt om energie te krijgen
3. Er wordt energie gebruikt om brandstoffen te krijgen.

Geef bij elk van onderstaande bewering aan of deze goed of fout is.
a. Je ademt meer zuurstof uit dan je inademt.
b. Koolstofdioxide kun je aantonen met kalkwater.
c. Verbranding is mogelijk zonder zuurstof.
d. Voor verbranding is koolstofdioxide nodig.
Noteer als volgt a = ..... b = ..... enz. (in plaats van de puntjes zet jij dan het goede antwoord.)

Glucose is een brandstof

1. Waar
2. Niet waar

Marie fietst rustig naar school. Haar klasgenootje Pieter ziet haar fietsen en denkt: nu moet ik opschieten. Hij rent naar de keuken om zijn lunchpakket te pakken en vervolgens naar de schuur om zijn fiets te pakken en snel naar school te fietsen. Terwijl Pieter hard aan het fietsen is, komt Stefan met zijn moeder in de auto voorbij.

Bij wie vindt de meeste verbranding plaats?

1. Marie
2. Pieter
3. Stefan

je kunt beter ademhalen door je neus omdat

1. de lucht dan wordt verwarmd
2. je gewaarschuwd wordt voor gevaarlijke stoffen
3. de lucht vochtig gemaakt wordt
4. alle antwoorden zijn goed

René rent. Wat geldt dan voor zijn hartslag en ademhaling?

1. zijn hartslag en ademhaling zijn beiden sneller dan in rust
2. zijn hartslag is sneller, zijn ademhaling langzamer dan in rust
3. zijn hartslag is langzamer, zijn ademhaling sneller dan in rust
4. zijn hartslag en ademhaling zijn beiden langzamer dan in rust

Het is beter om in te ademen via je

1. Mond
2. Neus

Bij welke ademhaling gebruik je je middenrif?

1. Buikademhaling
2. Borstademhaling

Bij scheikunde heeft de vorige klas een proefje met zwavel gedaan. Het lokaal stinkt nu naar rotte eieren. Karel heeft daar nu les. Daarom ademt Karel door zijn mond.

Kan Karels reukzintuig nu nog voor gevaarlijke stoffen in de lucht waarschuwen?

1. ja
2. nee

Je kunt via je neus en via je mond ademhalen. Als je via je neus ademhaalt gaat de lucht via je neusslijmvlies.

Wat doet het slijm met de lucht die je inademt? Noem twee functies.

Zet de namen van de Onderdelen van het ademhalingsstelsel op de juiste plek.

neusholte

luchtpijp

long

middenrif

huig

slokdarm

longblaasje

In welke stand staan huig en strotklepje tijdens de ademhaling?

1. huig 1, strotklepje 1
2. huig 1, strotklepje 2
3. huig 2, strotklepje 1
4. huig 2, strotklepje 2

Welke weg legt de ingeademde lucht achtereenvolgens af in je ademhalingsstelsel?

Zet de onderdelen in de juiste volgorde.

1

2

3

4

5

6

strottenhoofd

longblaasjes

keelholte

bronchiën

neusholte

luchtpijp

Wat is de functie van het strotklepje?

1. Het strotklepje zorgt dat er geen lucht in de slokdarm komt tijdens het ademhalen.
2. Het strotklepje zorgt dat er geen voedsel in de luchtpijp komt tijdens het slikken
3. Het strotklepje zorgt dat er geen voedsel in de neusholte komt tijdens het slikken.

Hoe wordt het gedeelte van het ademhalingsstelsel in het blauwe rondje genoemd?

1. Bronchiën
2. Longblaasjes
3. Luchtpijp
4. Strottenhoofd

Rond de luchtpijp en bronchiën zitten ringen. Hoe heten deze ringen?
Leg uit waarom deze ringen nodig zijn.

Wat gebeurt er in een longblaasje?

1. Koolstofdioxide gaat je bloed in en Zuurstof gaat eruit
2. Zuurstof en waterdamp gaan je bloed in en koolstofdioxide gaat eruit
3. Zuurstof gaat je bloed in en koolstofdioxide en waterdamp gaan eruit

Gele pijlen

Groene pijlen

Koolstofdioxide

Zuurstof

Bloedvaten

Longblaasje

Een docent vraagt leerlingen een verschil te noemen tussen ingeademde en uitgeademde lucht. Hierboven zie je de antwoorden van drie leerlingen. Welke leerling geeft een goed antwoord?

1. Leerling 1
2. Leerling 2
3. Leerling 3

Welke spier helpt bij je ademhaling

1. Je hersenen
2. Je middenrif
3. Je longen
4. Je buikspieren

Op welke manier kan energie vrij komen bij verbranding? Noem 1 voorbeeld.

Bij deze ademhaling bewegen de ribben en het borstbeen

1. Borstademhaling
2. Buikademhaling
3. Geen van beide
4. Allebei

Bij gewone ademhaling vindt alleen borstademhaling plaats.

1. juist
2. onjuist

Er zijn twee manieren van ademhalen. 

Welke manier van ademhalen wordt er in de afbeelding hiernaast weergegeven? Welke spieren worden daarbij gebruikt?

1. Buikademhaling met het middenrif
2. Borstademhaling met het middenrif
3. buikademhaling met de tussenribspieren
4. borstademhaling met de tussenribspieren

Bij een ademhaling komt er lucht binnen langs verschillende onderdelen van het ademhalingsstelsel.

Wat is de juiste volgorde (1, 2, 3) bij een diepe inademing? 

Juiste moet hier!

1 bronchiën

2 luchtpijp

3 longblaasjes 

1 longblaasjes

2 luchtpijp

3 bronchiën 

1 luchtpijp

2 bronchiën

3 longblaasjes 

1 luchtpijp

2 longblaasjes

3 bronchiën 

1 bronchiën

2 longblaasjes

3 luchtpijp

1 longblaasjes 

2 bronchiën

3 luchtpijp 

Ontstaan de wolkjes als Laura inademt?

1. Ja
2. Nee

Wanneer kan er veel koolstofdioxide in een vol klaslokaal komen?

1. Als er te weinig geventileerd wordt.
2. Als er veel fijnstof in de lucht zit.
3. Als het buiten warm is.

Noem twee dingen die je zelf kan doen of laten om je luchtwegen gezond te houden.

Wat is smog?

1. Lucht met weinig zuurstof.
2. Lucht met veel koolstofmonoxide.
3. Lucht met veel fijnstof.

Einde

Ben je goed voorbereid voor morgen?

Tip voor thuis: lees de samenvatting of maak de diagnostische toets