Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
De beschrijving
Welkom!
1. Neem jouw naamkaartje.
2. Neem jouw werkboek op blz 106.
3. Neem jouw device.
4. Ga naar LessonUp.app.
1 / 38
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Secundair onderwijs
Cette leçon contient
38 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
50 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Welkom!
1. Neem jouw naamkaartje.
2. Neem jouw werkboek op blz 106.
3. Neem jouw device.
4. Ga naar LessonUp.app.
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Reflectie
Wat heeft ... gedaan met het voorwerp?
Dat noemen we een ... ?
Welke informatie gaf ... over het onderwerp?
Beschreven
beschrijving
vorm, kleur, grootte, materiaal...
Slide 4 - Diapositive
Als ... enkel de grootte van het voorwerp beschreef, hadden jullie het dan geraden?
Ja
Nee
Slide 5 - Sondage
Hoe meer details, hoe moeilijker om het voorwerp te raden.
A
Juist
B
Fout
Slide 6 - Quiz
Conclusie
Bij een
beschrijving
geef je
gedetailleerde informatie
over een persoon, een dier, een voorwerp … waardoor je er
een volledig beeld
van krijgt.
Slide 7 - Diapositive
Wat zit er allemaal in jouw pennenzak?
Slide 8 - Diapositive
Reflectie
Heeft ... een beschrijving gegeven van één voorwerp?
Wat heeft ... gedaan met de onderdelen van zijn/haar pennenzak?
Dat noemen we een … .
Heeft ... details gegeven over de voorwerpen in zijn/haar pennenzak?
Nee
Opgesomd
Opsomming
Nee
Slide 9 - Diapositive
Conclusie
Bij een
opsomming
worden er elementen/items achter elkaar genoemd,
zonder veel details
. Dit kan in
een zin
of in
een lijst
.
Slide 10 - Diapositive
Benodigdheden:
1. ballonnen
2. slingers
3. drankjes
4. snacks
->
lijst
Voor het feest heb ik ballonnen, slingers, drankjes en snacks gekocht.
->
zin
Slide 11 - Diapositive
Voorbeelden
Slide 12 - Diapositive
Wat is het belangrijkste kenmerk van een beschrijving?
A
Het geeft een lijst van elementen.
B
Het geeft gedetailleerde informatie over een persoon of voorwerp.
C
Het geeft geen informatie.
Slide 13 - Quiz
Wat is het belangrijkste kenmerk van een opsomming?
A
Het somt elementen op zonder veel details te geven.
B
Het beschrijft één onderwerp in detail.
C
Het vergelijkt verschillende zaken.
Slide 14 - Quiz
In teksten
Beschrijvingen-
beschrijvend
verband
Opsommingen -
opsommend
verband
Slide 15 - Diapositive
-> beschrijvend verband
Waarom?
gedetailleerde beschrijvingen
beeld schetsen
Slide 16 - Diapositive
-> opsommend verband
Waarom?
lijst van elementen
geen gedetailleerde beschrijving
Slide 17 - Diapositive
Beschrijvend verband:
Opsommend verband:
Doel?
Slide 18 - Diapositive
Opsommend verband
Beschrijvend verband
Overzicht geven
Info beknopt geven
Een duidelijk beeld geven
Veel info geven
Beter inleven/inbeelden
Slide 19 - Question de remorquage
Doelen overzicht:
Beschrijvend verband:
duidelijk beeld geven
veel info geven
beter inleven/inbeelden
Opsommend verband:
overzicht geven
info beknopt geven
Slide 20 - Diapositive
Beschrijvend verband:
Opsommend verband:
Signaalwoorden?
Signaalwoorden duiden een samenhang aan.
Slide 21 - Diapositive
Een opsommend verband kan signaalwoorden bevatten.
A
Juist
B
Fout
Slide 22 - Quiz
Beschrijvend verband
Topische vragen:
wie?
wat?
waar?
wanneer?
hoe?
-> helpen om alle belangrijke details te achterhalen
Slide 23 - Diapositive
Opsommend verband
Volgorde van elementen?
Slide 24 - Diapositive
Is de volgorde van de elementen in een opsommend verband belangrijk?
A
Ja
B
Nee
C
Ik weet het niet
Slide 25 - Quiz
Is alles duidelijk?
Ja
Nee
Nog niet helemaal
Slide 26 - Sondage
Wat is het doel van een beschrijvend verband?
A
Feiten op een rijtje zetten.
B
Verschillende meningen weergeven.
C
Overzicht geven.
D
Iets gedetailleerd beschrijven zodat lezer een beeld kan vormen.
Slide 27 - Quiz
Bij een opsommend verband is de volgorde van de elementen ...
A
altijd belangrijk
B
soms belangrijk
C
niet belangrijk
Slide 28 - Quiz
Welke topische vraag helpt bij het maken van een beschrijving?
A
Waarom is dit belangrijk?
B
Wat zijn de oorzaken?
C
Wat zijn voordelen?
D
Hoe ziet het eruit?
Slide 29 - Quiz
Oef 1
Wb blz 106
Slide 30 - Diapositive
Oef 3
Wb blz 108
timer
10:00
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Oef 4
Wb blz 109
timer
5:00
Slide 33 - Diapositive
Oef 5
Wb blz 110
Slide 34 - Diapositive
Oef 6
Wb blz 111
Slide 35 - Diapositive
Slide 36 - Diapositive
Oef 7
Wb blz 112
timer
7:00
Slide 37 - Diapositive
TAAK
Wb blz 113-114
Slide 38 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Mindmap
Octobre 2024
- Leçon avec
39 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 1.7 Tekststructuren / Tekstverbanden 2A
Octobre 2024
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 2 - Leesstrategieën op teksten toepassen
Octobre 2024
- Leçon avec
23 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 41 - Het beschrijvend verband
Mars 2024
- Leçon avec
38 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Personage 3HW, 3LA
Octobre 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Personage 3EWa, 3EWb, 3NW
Octobre 2024
- Leçon avec
42 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 37 De instructie
Avril 2020
- Leçon avec
34 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
Les 1: Notities nemen
Août 2023
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs