Formatieve toets hoofdstuk 2 stoffen

Wat is de betekenis van dit pictogram?
A
pijnlijk
B
corrosief
C
oxiderend
D
schadelijk
1 / 20
suivant
Slide 1: Quiz
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Wat is de betekenis van dit pictogram?
A
pijnlijk
B
corrosief
C
oxiderend
D
schadelijk

Slide 1 - Quiz

Wat betekent dit pictogram ?
A
brandbaar
B
oxiderend
C
kampvuur toegestaan
D
licht ontvlambaar

Slide 2 - Quiz

Welke eigenschap is geen stofeigenschap ?
A
massa
B
kookpunt
C
dichtheid
D
kleur

Slide 3 - Quiz

Hoe heet bij koffiezetten de prut in het filter ?
A
filtraat
B
oplossing
C
residu
D
extractiemiddel

Slide 4 - Quiz

Verse sinaasappelsap is:
A
een suspensie
B
een oplossing
C
een residu
D
een filtraat

Slide 5 - Quiz

0,5 m2 =
A
500 cm 2
B
5000 cm2
C
50 cm2
D
5 cm2

Slide 6 - Quiz

300 mL =
A
30 cm3
B
300 cm3
C
3 cm3
D
3000 cm3

Slide 7 - Quiz

De eenheid van dichtheid is...
A
g/cm3
B
cm3/g
C
g
D
cm3

Slide 8 - Quiz

De dichtheid = 2,5 g/cm3.
Het volume = 4 cm3.
Bereken de massa.
A
1,6 g
B
0,625 g
C
10 g
D
1,5 g

Slide 9 - Quiz

beginstand: 15 mL
eindstand: 24 mL
Volume?
A
10 cm3
B
14 cm3
C
9 cm3
D
11 cm3

Slide 10 - Quiz

De massa van een voorwerp met een volume van 10 cm3 is 65,7 gram. Bereken de dichtheid.
A
657 g/cm3
B
6,6 g/cm3
C
6,9 g/cm3
D
0,15 g/cm3

Slide 11 - Quiz

Een balkje is 5 cm lang, 2 cm breedt en 1 cm hoog. De massa is 100 gram. Bereken de dichtheid.
A
0,1 g/3
B
10 g/cm3
C
10 cm3
D
5 g/cm3

Slide 12 - Quiz

5 dm3 = ..........cm3
A
50
B
500
C
5000
D
0,5

Slide 13 - Quiz

Welke van onderstaande voorbeelden is een grootheid ?
A
massa
B
kg
C
gram
D
g/cm3

Slide 14 - Quiz

Welke van onderstaande voorbeelden is een eenheid ?
A
volume
B
dichtheid
C
gram
D
massa

Slide 15 - Quiz

Een zwembad is 3 m lang, 2 m breed en 50 cm hoog. Hoeveel liter (dm3) water past er in ?
A
3
B
300
C
3000
D
30.000

Slide 16 - Quiz

Bereken de massa van 4 cm3 zilver. De dichtheid van zilver is 10,5 g/cm3
A
42 g
B
2,3 g
C
54 g
D
450 g

Slide 17 - Quiz

Bereken het volume van 200 g goud. De dichtheid van goud is 19,3 g/cm3
A
10 cm3
B
3860 cm
C
200 cm3
D
5 cm3

Slide 18 - Quiz

a) 100 mg = 0,1 kg
b) 50 g = 0,5 kg
A
a is juist
B
b is juist
C
a en b zijn juist
D
geen is juist

Slide 19 - Quiz

Een steen heeft een massa van 50 gram. In een maatcilinder stijgt het water 25 mL. De dichtheid van de steen is dan
A
7,5 g/cm3
B
2 g/cm3
C
3 g/cm3
D
4 g/cm3

Slide 20 - Quiz