Reflecteren op leren

Reflecteren op leren

Doel van de les

Aan het einde van deze les kun je reflecteren op wat je hebt geleerd dit jaar en welke leerdoelen je volgend jaar wilt bereiken.

Vertel de leerlingen over het doel van de les en laat ze weten wat ze kunnen verwachten.

Wat weet je al over het reflecteren op wat je hebt geleerd en wat je nog wilt leren?

Reflecteren op het afgelopen jaar

Reflecteer op wat je hebt geleerd en wat je goed vond gaan dit jaar.

Stimuleer leerlingen om hun gedachten op te schrijven over het afgelopen jaar en deel deze vervolgens in groepjes.

Leerdoelen voor volgend jaar

Bedenk concrete leerdoelen voor volgend jaar en schrijf deze op.

Laat de leerlingen individueel nadenken over wat ze volgend jaar willen leren en wat hun doelen zijn. Laat ze deze vervolgens delen in groepjes.

SMART-doelen stellen

Maak van je leerdoelen SMART-doelen.

Leg uit wat SMART-doelen zijn en help leerlingen om hun leerdoelen SMART te maken (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdgebonden).

Actieplan maken

Maak een actieplan om je leerdoelen te bereiken.

Help leerlingen om een actieplan te maken om hun SMART-doelen te bereiken. Geef voorbeelden van acties die ze kunnen nemen om hun doelen te bereiken.

Feedback geven

Geef feedback aan je klasgenoten over hun leerdoelen en actieplannen.

Laat leerlingen in groepjes feedback geven op elkaars leerdoelen en actieplannen. Moedig ze aan om constructieve feedback te geven en suggesties te doen voor verbetering.

Actieplan bijstellen

Pas je actieplan aan op basis van de feedback die je hebt gekregen.

Laat leerlingen hun actieplannen bijstellen op basis van de feedback die ze hebben gekregen. Help hen om hun plannen te verbeteren en aan te passen waar nodig.

Terugkoppeling geven

Geef terugkoppeling over je actieplan en je voortgang aan de klas.

Laat leerlingen hun voortgang delen met de klas en moedig hen aan om feedback te vragen en te geven. Geef hen de gelegenheid om te reflecteren op hun voortgang en eventueel hun actieplan bij te stellen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.