4.1 De stroomkring

1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

4.1 Stroomkringen
Lesdoel:  De wet van Ohm aan de hand van de opstelling en formule begrijpen.

Slide 2 - Diapositive

Voorkennis
Welke opstelling heb je vorig jaar gebouwd om de weerstand van een lampje te bepalen ?

Slide 3 - Diapositive

Geleider of isolator?
Isolatoren houden de stroom tegen. Ze hebben een grote weerstand. Denk aan kunststoffen, porselein, hout etc. 

Geleiders laten de stroom door. Ze hebben een kleine weerstand. Denk aan metalen als ijzer, koper, aluminium en bijvoorbeeld water. 

Slide 4 - Diapositive

Weerstand?
Een geleider heeft een kleine weerstand, een isolator een grote weerstand. 

Maar je kunt ook kunstmatig een weerstand in je stroomkring opnemen. Dit is soms nodig omdat een apparaat anders overbelast zou worden. Wanneer een apparaat overbelast wordt krijgt hij teveel stroom te verwerken en gaat kapot. 

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Weerstand berekenen

Weerstand kun je berekenen. 

R= Weerstand in ohm
U = spanning in volt
I = stroomsterkte in ampere

Slide 7 - Diapositive

De ampèremeter moet in serie.
De voltmeter parallel over de lamp.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Een rechtevenredig verband tussen spanning en stroomsterkte. De weerstand (R=U/I) is constant.

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Het I,U diagram van een gloeilampje
Schets het I,U diagram van een gloeilampje  en leg uit waarom de lijn zo loopt. Gebruik de woorden; spanning, stroomsterkte, temperatuur, weerstand.

Slide 13 - Diapositive

Als de spanning stijgt, dan wordt de stroomsterkte groter.
Wel in steeds mindere mate.
Uit R=U/I blijkt dat R steeds groter wordt. 
Dit komt doordat het lampje steeds wamer wordt.

Slide 14 - Diapositive

Belang van het lesdoel
Praktische opstelling goed bouwen met de meters.
De opstelling om weerstand te bepalen zit altijd bij je toetsen en examen.
Je kunt sneller iets repareren waar elektronica in zit.

Slide 15 - Diapositive

Controle vragen lesdoel
Teken de opstelling om de weerstand van een lampje te bepalen.
Noteer bij de juiste meter 6 V en 200 mA.
Bereken de weerstand.

Slide 16 - Diapositive

R = U/I = 6/0,2 = 30Ω
200 mA
6V

Slide 17 - Diapositive