7-zekerheden

1 / 35
suivant
Slide 1: Diapositive
zorgHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Kernwaarden

Samen
Plezier
Passie
Uniek
Trots 

Slide 5 - Diapositive

Welke 7-zekerheden weet je al?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Korte herhaling

Slide 24 - Diapositive

Als een klant wat laat vallen hoe reageer je dan?

Slide 25 - Question ouverte

Bij welke zekerheid hoort deze tekst:
"Wij zijn pas tevreden als onze klanten meer dan tevreden zijn. Is een klant niet tevreden met één van onze producten? Dan krijgt de klant een vervangend product of het geld terug"
A
Service met een glimlach
B
Vlot winkelen
C
Niet tevreden, geld terug
D
Al uw wensen staan centraal

Slide 26 - Quiz

Een klant heeft gisteren een bosbloemen gekocht, vanmorgen was de bos al gaan hangen. De klant is niet blij. Hoe reageer je op de klant en wat ga je doen?

Slide 27 - Question ouverte

Onze klanten zijn altijd het goedkoopste uit. Vaste prijs elders toch lager?
A
Euro's goedkoper
B
Service met een glimlach
C
Voor al uw boodschappen
D
Al uw wensen staan cetnraal

Slide 28 - Quiz

Wat doe je er aan om een klant vlot te laten winkelen?

Slide 29 - Carte mentale

Een klant wilt graag een aardbeientaart maken met verse aardbeien, maar de verse aardbeien zijn op. Hoe dan ook wil de klant aardbeien op de taart. Wat voor alternatief biedt je aan?

Slide 30 - Question ouverte

Welke zekerheid hoort niet in het rijtje thuis?
A
Euro's goedkoper
B
Vers is ook echt vers
C
De klant is koning
D
Voor al uw boodschappen

Slide 31 - Quiz

De klant ziet een pakje boterhamworst wat erg verkleurd is.
De klant komt naar jou om dat te zeggen.
Hoe reageer je op de klant en wat doe je?

Slide 32 - Question ouverte

Wat is LSD?
A
Luisteren, samenvatten en denken
B
Luisteren, samen, doorvragen
C
Lopen, samen, denken
D
Luisteren, samenvatten en doorvragen

Slide 33 - Quiz

Benoem alle 7-zekerheden?

Slide 34 - Question ouverte

Slide 35 - Diapositive