Evolutie - start (3.6)

Dankzij hun witte vacht vallen ijsberen niet op als ze hun prooi besluipen. Doordat ze geen bladeren hebben, verliezen cactussen minder water in de droge woestijn. Organismen hebben een grotere kans om te overleven als ze zijn aangepast aan hun omgeving.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Dankzij hun witte vacht vallen ijsberen niet op als ze hun prooi besluipen. Doordat ze geen bladeren hebben, verliezen cactussen minder water in de droge woestijn. Organismen hebben een grotere kans om te overleven als ze zijn aangepast aan hun omgeving.

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je van evolutie?

Slide 2 - Carte mentale

Doelen
- Je kunt omschrijven wanneer organismen tot één soort behoren.
- Je kunt beschrijven wat de evolutietheorie inhoudt en hoe geslachtelijke voortplanting, mutatie en natuurlijke selectie bijdragen aan het ontstaan van nieuwe rassen en soorten.

Slide 3 - Diapositive

Soort
Ras

Slide 4 - Diapositive

Definities
Soort - Organismen die samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen. 
Ras - Groep organismen binnen een soort die verschilt van de rest van de soort. 

Slide 5 - Diapositive

2

Slide 6 - Vidéo

Doelen
- Je kunt omschrijven wanneer organismen tot één soort behoren.
- Je kunt beschrijven wat de evolutietheorie inhoudt en hoe geslachtelijke voortplanting, mutatie en natuurlijke selectie bijdragen aan het ontstaan van nieuwe rassen en soorten.

Slide 7 - Diapositive

01:51
Milieu
Alle omstandigheden die invloed kunnen hebben op een organisme. 

Slide 8 - Diapositive

02:11
Natuurlijke selectie 
Individuen met gunstige erfelijke eigenschappen krijgen meer nakomelingen. 

Slide 9 - Diapositive

Doelen 3.7
Je kunt toelichten wat fossielen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie.

 Je kunt toelichten dat overeenkomsten in de bouw van organen, de bouw van cellen en de samenstelling van stoffen in cellen duiden op verwantschap.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Verwantschap
Tijdens de ontwikkeling van het leven op aarde zijn allerlei soorten organismen ontstaan. Soorten die een gemeenschappelijke voorouder hebben, vertonen verwantschap. Biologen zoeken naar verwantschap door te kijken naar overeenkomsten in:
de bouw van organen
de processen in cellen
de samenstelling van stoffen in cellen

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Processen in cellen
In cellen vinden processen plaats zoals celdeling en verbranding. Bij bijna alle organismen verlopen deze processen op dezelfde manier. Ook deze overeenkomst is een bewijs voor verwantschap.

Slide 14 - Diapositive

Stoffen in cellen
De samenstelling van stoffen bij organismen kan steeds nauwkeuriger worden bepaald. Onderzoekers hebben bijvoorbeeld de samenstelling van het DNA en van sommige eiwitten onderzocht bij verschillende soorten organismen. Hoe meer deze stoffen bij twee soorten organismen overeenkomen, des te korter is het geleden dat hun gemeenschappelijke voorouder leefde.

Slide 15 - Diapositive