Les 7 Evolutie

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Thema 3 erfelijkheid en evolutie

Herhaling leerdoelen

Basisstof 7 DNA technieken

3.7.1 Je kunt enkele DNA-technieken in de biotechnologie beschrijven.

 Leerdoelen

Basisstof 6 evolutie

3.6.1 Je kunt omschrijven wanneer organismen tot één soort behoren.

3.6.2 Je kunt beschrijven wat de evolutietheorie inhoudt en hoe geslachtelijke voortplanting, mutatie en natuurlijke selectie bijdragen aan het ontstaan van nieuwe rassen en soorten.

 Leerdoelen

Basisstof 7 verwantschap

3.7.1 Je kunt toelichten wat fossielen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie

.

3.7.2 Je kunt toelichten dat overeenkomsten in de bouw van organen, de bouw van cellen en de samenstelling van stoffen in cellen duiden op verwantschap.

Soorten

Een soort betekend dat ze onderling vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen

Verschillen binnen een soort dat noem je rassen.

Rassen

Een ras is een groep organismen binnen één soort die door bepaalde erfelijke eigenschappen verschilt van de rest van de soort.

Rassen zijn kunstmatig ontstaan, bijvoorbeeld door fokken of kweken.

Theorie vs. feit

Een feit is iets wat 100 procent bewezen is en daarom alle andere theorieën vernietigt.

En theorie is iets wat waarschijnlijk de waarheid is, maar nog niet met 100 procent feitelijk bewezen is. Het kan dus nog niet alle andere theorieën vernietigen.

Evolutietheorie

Darwin is de bedenker van de evolutietheorie

De evolutietheorie kijkt naar 3 dingen:

• Variatie in genotypen

• Natuurlijke selectie

• Ontstaan van nieuwe soorten

Variatie in genotype

Een populatie is een groep organismen van dezelfde soort die zich onderling kunnen voortplanten.

Binnen een populatie komen verschillen voor. Deze verschillen zijn ontstaan door geslachtelijke voortplanting en mutaties.

 Hierdoor komen in een populatie ook steeds andere fenotypen voor.

Natuurlijke selectie

Een populatie is een groep organismen van dezelfde soort die zich onderling kunnen voortplanten.

Binnen een populatie komen verschillen voor. Deze verschillen zijn ontstaan door geslachtelijke voortplanting en mutaties.

 Hierdoor komen in een populatie ook steeds andere fenotypen voor.

Verwantschap

Tijdens de ontwikkeling van het leven op aarde zijn allerlei soorten organismen ontstaan. Soorten die een gemeenschappelijke voorouder hebben, vertonen verwantschap.

Verwantschap wordt gevonden om naar de volgende overeenkomsten te kijken:

-de bouw van de organen

-de processen in de cellen

-de samenstelling van stoffen in cellen

Rudimentaire organen zijn organen die van hun voorouders komen en nu geen functie meer hebben maar wel nog aanwezig zijn

stambomen

Hiernaast zie je een stamboom waarbij verwantschap wordt aangegeven

huiswerk

Thema 3 basisstof 6 en 7

In een populatie merels ontstaat een merel met witte veren als gevolg van een mutatie.

Er is sprake van een nieuwe merelsoort.

Een groot aantal verschillende genotypen in een populatie vergroot de overlevingskans van die populatie.

Sommige rassen kun je onderverdelen in soorten.