Bondig formuleren 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

    Bord

Leg je oefenboek en schrift op tafel. 

Vandaag:

- bondig formuleren afronden

- aantrekkelijk formuleren

H. 14 Aantrekkelijk formuleren

Je leert om aantrekkelijk te formuleren en te bepalen of je teksten van anderen aantrekkelijk vindt. 

Aantrekkelijk formuleren

- gevarieerde zinsbouw en zinslengte

- niet te veel dezelfde woorden gebruiken

- vermijd verouderde woorden

- gebruik voorbeelden

- beeldspraak (metafoor en vergelijking)

- stijlfiguren (hyperbool, ironie, climax, eufemisme)

- persoonlijk taalgebruik

Ik heb een eeuw staan wachten.

1. hyperbool
2. climax
3. eufemisme
4. metafoor

Wat een zwijnenstal, ruim toch eens op.

1. hyperbool
2. climax
3. eufemisme
4. metafoor

Haar hamster is heengegaan.

1. hyperbool
2. climax
3. eufemisme
4. metafoor

Hij werd kwaad, woedend, nee, witheet toen hij dat zag.

1. hyperbool
2. climax
3. eufemisme
4. metafoor

Maak opdracht 1 en 2 (blz. 82). 

Overleg alleen met diegene naast je. 

Maak opdracht 6 (blz. 83).