Ouderen en ondervoeding

Ouderen en ondervoeding 
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
zorggerelateerde vakkenBeroepsopleiding

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Ouderen en ondervoeding 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

lesdoelen
Wat is ondervoeding
Oorzaken ondervoeding
Hoe kun je ondervoeding herkennen
Wat is SNAQ 65+ en hoe kun je deze inzetten
gevolgen van ondervoeding


Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent voeding voor jou?

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is ondervoeding?

Slide 4 - Question ouverte

Een verstoring van de balans tussen opname en behoefte aan voedingsstoffen.
Ondervoeding kan worden beschouwd als een voedingstoestand waarbij sprake is van een tekort of disbalans van energie, eiwit en/of andere voedingsstoffen, die leidt tot meetbare nadelige effecten op de lichaamsomvang en lichaamssamenstelling, op het functioneren en op klinische resultaten.' (Stratton 2003).

Wat zijn oorzaken van ondervoeding?

Slide 5 - Question ouverte

Een verstoring van de balans tussen opname en behoefte aan voedingsstoffen.
Ondervoeding kan worden beschouwd als een voedingstoestand waarbij sprake is van een tekort of disbalans van energie, eiwit en/of andere voedingsstoffen, die leidt tot meetbare nadelige effecten op de lichaamsomvang en lichaamssamenstelling, op het functioneren en op klinische resultaten.' (Stratton 2003).

Slide 6 - Diapositive

Ondervoeding bij ouderen komt in verpleeghuizen bij 20 tot 25% voor en in de thuiszorg bij 15 tot 25%. Bij ondervoeding is er sprake van verlies van lichaamsgewicht en spiermassa. Hierdoor daalt de weerstand, hebben ouderen een verhoogde kans op opname in een instelling, op complicaties bij ziektes, zijn zij verminderd zelfredzaam en ervaren zij een verminderde kwaliteit van leven. Uiteindelijk zorgt voor ondervoeding voor een verhoogde mortaliteit.

Slide 7 - Vidéo

https://e-nursing.nl/mijn_e_nursing


Ondervoeding komt voor bij?
A
mensen met ondergewicht
B
mensen met een normaal gewicht
C
mensen met overgewicht
D
alle bovenstaande

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand die aankomt in gewicht is niet ondervoed
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten Ondervoeding 

Chronische ondervoeding

Acute ondervoeding
Partiele ondervoeding
Totale ondervoeding 

Slide 10 - Diapositive

Chronische ondervoeding 
Iemand weigert te eten om hiermee iets af te dwingen. Hij gebruikt wel voldoende vocht. Iemand kan lang zonder voeding. Het kan wel twee tot drie maanden duren voordat iemand overlijdt door ondervoeding. Het lichaam gaat heel zuinig om met de reservevoorraden; vooral eiwitten worden gespaard. We zien de volgende mechanismen:
-Het lichaam gebruikt vooral de vetten als energiebron
-Het lichaam verlaagt het basaal metabolisme (gaat in de spaarstand)
-Beperkte eiwitafbraak

Acute ondervoeding:
Ontstaat bij ernstig zieke patiënten door fysieke stress: na een zwaar trauma of grote operatie, bij ernstige infectie en sepsis. Deze vorm van ondervoeding ontstaat dus niet primair door onvoldoende voedselopname, maar door ziekte. Het lichaam is in staat van paraatheid. Alles is gericht op het bestrijden van infecties en herstellen van weefsel dat kapot of verloren is gegaan. Het basaal metabolisme is verhoogd; het lichaam heeft meer energie nodig. De reservevoorraden worden aangesproken. Niet alleen vet, maar vooral ook eiwitten worden afgebroken om in de verhoogde behoefte aan energie te voorzien.

Partiele ondervoeding:
Gebrek aan 1 enkele voedingsstof (bijvoorbeeld te kort aan ijzer)
Totale ondervoeding:
Gebrek aan verschillende voedingsstoffen
Fysieke veranderingen
Metabolisme/ stofwisseling
Verzwakte zintuigen
Medicijnen en ziekten
Spijsvertering 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stofwisseling
 Als je ouder dan 40 jaar bent wordt je stofwisseling elk jaar vertraagt. Dit betekent dat als je doorgaat met hetzelfde eetgedrag van toen je jonger was, je waarschijnlijk aankomt, dit komt omdat je nu minder calorieën verbrand. Omdat je energie behoefte lager wordt kan je eetlust ook verminderen. 

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verzwakte zintuigen
De smaak en geurzintuigen nemen af naarmate je ouder wordt. Omdat je minder proeft en ruikt bent je dan geneigd om meer zout toe te voegen aan je eten. Hoewel ouderen juist minder zouten moeten dan jongere mensen. Ook kan eten minder goed smaken wat de eetlust niet bevorderd

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicijnen en Ziekten
Medicijnen en ziekten kunnen de eetlust op vele manieren (veelal negatief) beïnvloeden. 

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Spijsvertering
Door een vertraagd spijsverteringsstelsel produceert men minder speeksel en maagzuur als men ouder wordt. Voedingsstoffen worden minder goed opgenomen. Mensen houden langer een vol gevoel waardoor eetlust afneemt. 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Metabolisme is een ander woord voor stofwisseling
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ouderen hebben minder behoefte aan eten omdat hun stofwisseling verhoogd is
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Criteria vaststellen ondervoeding 
Screening
Stellen van een diagnose 

Slide 18 - Diapositive

In de tweede stap stel je de diagnose ‘ondervoeding’. Doe dat op basis van twee verschillende soorten factoren:
Een kenmerkende factor zoals onbedoeld gewichtsverlies, een laag BMI of verminderde spiermassa.
Een oorzakelijke factor zoals verminderde voedingsinname of -opname, of een ziekte of ontsteking.
Is er sprake van minimaal één kenmerkende en één oorzakelijke factor? Dan kun je stellen dat er sprake is van ondervoeding. Vervolgens kijk je of je te maken hebt met ernstige ondervoeding of matige ondervoeding.

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kan je doen tegen ondervoeding?

Slide 23 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Als afsluiting
Ga op Internet op zoek naar informatie over de Body Mass Index (BMI), hoe je deze berekent en reken uit wat de BMI.
 Bereken je eigen BMI.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht Free- Learning
Maak de e-learning eten, drinken en slikken

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions