CONFLICT | LES 2 Conflict met de ruimte

• Drama
• MBO
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1-3
• Studiejaar 1

CONFLICT | LES 2
Conflict met de ruimte

OPWARMER | NAMENBAL

Onze afspraken tijdens drama

1. Luister naar elkaar en praat er niet doorheen.

2. Ga voorzichtig om met elkaar en ons materiaal.

3. Blijf bij je groepje en werk samen aan de opdracht.

4. Heb respect voor elkaar

• Telefoon in je kluisje.

Bespreek kort de regels van drama.

Tijdens de vorige les heeft elke klas afspraken met elkaar gemaakt. Dit is een samenvatting van alle afspraken.

OPWARMER | NAMENBAL

Onze afspraken tijdens drama

1. Luister naar elkaar en praat er niet doorheen.
2. Ga voorzichtig om met elkaar en ons materiaal.
3. Blijf bij je groepje en werk samen aan de opdracht.
4. Heb respect voor elkaar.

• Telefoon in je kluisje.

Stilte vosje? = wees stil en luister naar de uitleg.

Bespreek kort de regels van drama.

Tijdens de vorige les heeft elke klas afspraken met elkaar gemaakt. Dit is een samenvatting van alle afspraken.

Spelen van conflict:

Hoe maak je in spel duidelijk dat je een conflict hebt?

Waar neem je eerst de tijd voor?

Wat doe je voordat je reageert?

(Tip: Denk aan de oefeningen van vorige week)

Spelen van conflict:

Hoe maak je in spel duidelijk dat je een conflict hebt?

Waar neem je eerst de tijd voor?

Wat doe je voordat je reageert?

Eerst incasseren!

Waar kan je allemaal een conflict mee hebben?

Kan er ook een conflict ontstaan als je maar 1 personage hebt? 

En hoe maak je dit allemaal duidelijk in spel? 

Terug naar conflict in een scène.

• Dit zijn vooral nadenk vragen. Hier hoef je verder niet op in (tenzij leerlingen al hun vinger opsteken).

Warming-Up:

Wisselvallig Weer

Warming-Up: Wisselvallig Weer

• Geleide fantasie, goed luisteren.
  
  
• Zonder tekst ga je zelfstandig spelen, gebruik je verbeelding.
  
  
• Welke houdingen, gebaren en gezichtsuitdrukkingen passen bij de 5 weersomstandigheden?
   
  
• Zoek een plek in het lokaal waar je genoeg ruimte hebt.

→ Coaching:

- Prikkel de zintuigen met de tekst en spreek de verbeelding aan. Als leerlingen moeite hebben, probeer de wereld wat meer voor ze in te vullen, wat zouden ze kunnen ervaren tijdens de weersomstandigheden?

- Als leerlingen voorzichtig hun fysiek of mimiek inzetten, kan je benoemen wat een leerling doet wat jij graag (groter) bij de rest wil zien: "ik zie leerlingen regendruppels van hun gezicht gezicht vegen, ook zie ik andere heel erg balen van de regen." of "ik zie iemand het zo warm heeft dat ik de zweetdruppels op het voorhoofd kan verbeelden, heel goed! Het lijkt wel alsof we met z'n allen in de Sahara staan".

- Geef de groep de tijd, raas niet door de tekst heen. KIJK EN ZIE wat de leerlingen doen en hoe jij ze verder in hun spel kan krijgen.

Warming-Up: Wisselvallig Weer

Hoe helpt de ruimte verbeelden met het spelen van het conflict met de ruimte?

Heb je tijd genomen om de (veranderende) situatie eerst te incasseren?

→ Nabespreken:

- Heb ik verbeelding bij leerlingen gezien? Hoe zag ik dat en wat deden zij dan?

- Vraag de leerlingen of zij mee konden in de verbeelding, waar lag dat aan? Helpt dit met het spelen van het conflict met de ruimte?

- Heb ik leerlingen zien incasseren en reageren? (terugkoppeling vorige les).

Speloefening: Conflicten met de ruimte

Belangrijke afspraken:

- Als publiek ben je stil tijdens een scène.

Speloefening: Conflicten met de ruimte

• Je krijgt een locatie en conflict (kaartjes).
  
  
• Het conflict ontstaat pas wanneer het teken wordt gegeven. 
  
  
• Het publiek moet de ruimte en het ontstaan van conflict kunnen zien.
  
  
• Gebruik je vooral je mimiek en fysiek, dus geen tekst. 

Kijkvraag: is het conflict duidelijk en waar is dat aan te zien? 

Let op of de leerlingen het incasseren toepassen. Anders vanaf de kant aan helpen herinneren.

Spelopdracht: Conflicten met de ruimte uitwerken

• Maak een korte scène bij een nieuwe locatie en conflict (kaartjes).
  
  
• Denk goed na over hoe je de locatie duidelijk maakt in spel. Hierbij gebruik je je mimiek, fysiek en stem (dus met tekst!).
  
  
• Neem de tijd om eerst te incasseren voordat je reageert. Bouw het conflict op.

Nabespreken → Welke locatie en wat voor conflict heb je gezien?
Waaraan zag je dit? (wat deed de speler met hun stem, fysiek en mimiek?) 

Let op dat de leerlingen het conflict opbouwen door te incasseren. Het probleem begint klein en wordt steeds groter.

Spelafronding: De Wachtkamer.

Spelafronding:
De Wachtkamer.

1. Lees goed wat er op je kaartje staat.
   
   
2. Neem plaats in de wachtkamer en wacht op je beurt.
   
   
3. Laat je conflict ontstaan en speel wat jij zou doen als je dit conflict hebt. 
   
   
4. Als je aan de beurt bent ga je terug in het publiek zitten.

OPWARMER | NAMENBAL

Afronding les 2 

Doel: een conflict met de ruimte spelen. 

• Doel gehaald? Wat heb je ingezet om dit doel te halen?
  Of waarom is het niet gelukt, denk je?