5.2 De grote depressie

1 / 10
suivant
Slide 1: Vidéo
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

Geef een antwoord op volgend leerdoel:
Ik kan uitleggen welke moderniseringen op sociaal, cultureel en economisch gebied kenmerkend voor de roaring twenties waren.
Leerdoel deze les: 
Beantwoordt de volgende vraag:
Welke moderniseringen op sociaal, cultureel en economisch gebied waren kenmerkend voor de roaring twenties?
Leerdoel deze les: 
Ik kan uitleggen wat de oorzaken en gevolgen van de economische crisis die in 1929 uitbrak waren en waarom die wereldwijd merkbaar was.

Slide 2 - Diapositive

Economische politiek jaren '20.
  • Harding (1921-1923), Coolidge (1923-1929) en Hoover (1929-1933) waren Republiekeinse presidenten die kapitalisme en een vrijemarkteconomie wilden. Geen overheidsbemoeienis economie en dagelijks leven.
  • Steeds groter wordende verschillen tussen arm en rijk en hun inkomsten. De ongelijke inkomensverdeling werd een grote bedreiging voor de economische groei.

Slide 3 - Diapositive

Zwakke plekken in de economie.
  1. Overproductie in de landbouw. 
  • Kwam door  mechanisatie=> hogere productie, maar lagere prijzen.
  • Boeren VS hadden tijdens WO1 veel ge-exporteerd naar Europa=> kochten daarvoor veel extra grond en machines met geleend geld. Na wo1 viel deze export weg=> overschotten, daling prijzen en inkomsten boeren, leningen niet terug betalen aan banken en daardoor ook weer minder te besteden voor boeren.

Slide 4 - Diapositive

2e zwakke kant: financiële problemen Amerikanen.
  • Door de consumptiemaatschappij konden mensen gemakkelijk veel spullen kopen.
  • Kopen op afbetaling deed zijn intrede bij winkels.
  • Banken gingen consumenten ook makkelijk geld uitlenen. 
  • Gevolg: enorme schulden Amerikanen bij banken en winkels. 

Slide 5 - Diapositive

3e zwakke kant: speculeren met aandelen op de Beurs.
  • Speculatie: als de aandelenkoers omhoog ging en je verkocht je aandelen kon je veel winst boeken. 
  • Om zoveel mogelijk winsten te maken gingen veel Amerikanen aandelen kopen met geleend geld. 
  • Gevolg: zolang de koersen stijgen gaat dit goed, echter dalen de koersen maak je als belegger grote kans op enorme verliezen. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

1928 problemen economie worden zichtbaar en Black Thursday.
  1. Verkoop van consumptiegoederen daalde.
  2. Arme Amerikanen hadden enorme schulden en konden geen spullen kopen.
  3. Vraag naar nieuwe huizen daalde.
  4. Industrie kreeg te maken met overproductie=> prijzen dalen, ontslagen.
  • Beurshandelaren ongerust door deze ontwikkelingen=> steeds meer verkopen van de aandelen.
  • Gevolg: 24 oktober 1929 Beurskrach Wallstreet=> zwarte donderdag.

Slide 8 - Diapositive

Gevolgen Zwarte Donderdag
  • Speculanten verloren door beurskrach veel geld. 
  • Amerikanen die hun aandelen met geleend geld hadden gefinancierd kwamen in grote problemen=> Leningen niet  terugbetalen aan de banken.
  • Veel banken gingen failliet gingen of gingen minder geld uitlenen aan bedrijven.
  • Bedrijven gaan bezuinigen: massaontslagen personeel.

Slide 9 - Diapositive

Crisis VS veroorzaakt een economische wereldcrisis.
  • De crisis verspreide zich van de VS naar Europa.
  • Overheid VS probeerde economie te beschermen met importheffingen om zo economische problemen te verminderen.  
  • Overal in de wereld ontstond massale werkloosheid. Doordat veel burgers in de problemen kwamen, ontstond er minder vertrouwen in overheden. 
  • Gevolg: steun voor radicale en anti-democratische partijen in Europa.

Slide 10 - Diapositive