NIMA H4

• Marketing
• MBO
• Studiejaar 3

TERUGBLIK H3

Vraag 2) Wanneer een consument voor het keuzeprobleem staat een wintersportvakantie of stedenvakantie te boeken, van welk niveau van concurrentie is dan sprake?

1. Merkconcurrentie
2. Generieke concurrentie
3. Behoefte concurrentie
4. Productvormconcurentie

vraag 3) Wat is bartering

1. ruilen goederen tegen geld
2. verkoop richten op de doelgroep
3. ruilen goederen tegen goederen
4. marketingstrategie

Vraag 5) Wanneer een consument voor het keuzeprobleem staat een stationwagen of een stadsauto aan te schaffen, van welk niveau van concurrentie is dan sprake?

1. Merkconcurrentie
2. Productvormconcurentie
3. Generieke concurrentie
4. Behoefte concurrentie

vraag 9) In een markt zijn veel aanbieders die elk een eigen product hebben, dat afwijkt van de concurrenten. Welke marktvorm wordt bedoeld?

1. Monopolie
2. Volledig vrije mededingen
3. Oligopolie
4. Monopolistische concurrentie

vraag 13) Rekenvraag

Fabrikant Bamos biedt zijn sportartikelen aan op een markt, waar de vraag naar de productklasse circa € 3 mld per jaar bedraagt. De vraag naar grondstoffen, halffabrikaten en dergelijke om de producten te fabriceren bedraagt circa € 2 mld. De fabrikant verkoopt onder de naam Bamos een productgroep met een omzet van circa € 40 ml. Hoeveel bedraagt op de afzetmarkt van Bamos de primaire vraag?

Primaire vraag

De vraag van de consument naar een bepaalde productsoort, bijvoorbeeld de vraag naar koelkasten, wasmiddelen, of koffie.

vraag 15) De initiële vraag naar zonnepanelen is 80% van de totale vraag, de additionele vraag is 16%, terwijl de vervangingsvraag 4% is. De fabrikant Solarpower heeft in de initiële vraag een marktaandeel van 30%, in de additionele vraag een aandeel van 20% en in de vervangingsvraag een aandeel van 25%. Het marktaandeel van Solarpower is.

a. 75,0%

b. 45,8%

c. 28,2%

d. 52,2%

Initiële vraag = consument die op korte termijn over gaat tot kopen

Additionele vraag =  de behoefte bij klanten die al in het bezit zijn van een bepaald product om daarnaast nog een tweede of volgende exemplaar aan te schaffen

Vervangingsvraag = vraag van consumenten die hun product gaan vervangen

UITLEG HOOFDSTUK 4

Soorten consumentengedrag

Communicatie gedrag = informatie opzoeken over een product wat de consument wilt kopen. 

Aankoopgedrag = Op basis van gevonden informatie tot aankoop overgaan

Gebruiksgedrag = Hoe consument omgaat met product

_Afdankgedrag = De manier en het moment hoe een eind komt aan het product

Wat is cognitieve dissonantie?

Besluitsvormingproces

1. Behoefteherkenning

2. Informatie verzameling

3. Evaluatie keuzemogelijkheden

4. Aankoop of niet aankoop

5. Evaluatie na aankoop

Koopmotief

- Rationeel koopmotief

- Emotioneel koopmotief

Koopsituaties

RAG = Routine matig aankoop gedrag (dagelijkse boodschappen).

BPO =Beperkt probleem oplossend aankoop gedrag (goederen van tientallen tot honderd euro, bijvoorbeeld kleding). 

UPO = Uitgebreid probleemoplossend aankoop gedrag (dure producten €1000+).

Aan de slag

Vragen H4