spelling klas 3 module 1

Hij faken (v.t.) dat hij carpoolen (v.t.) want hij ging gewoon met zijn eigen auto.
A
fakte,carpoolde
B
fakte,carpooldde
C
fakete,carpoolde
D
faketen, carpooldde
1 / 30
suivant
Slide 1: Quiz
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsMiddelbare schoolvmbo tLeerroute VTLeerjaar 3

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hij faken (v.t.) dat hij carpoolen (v.t.) want hij ging gewoon met zijn eigen auto.
A
fakte,carpoolde
B
fakte,carpooldde
C
fakete,carpoolde
D
faketen, carpooldde

Slide 1 - Quiz

wat gaan we doen?
voorbereiding op toets spelling
alle doelen op een rijtje
alle onderdelen kort herhalen

Slide 2 - Diapositive

begin bij het eind
  • Ik weet hoe ik de SPIEKTRUC moet gebruiken
• Ik weet hoe ik Engelse werkwoorden moet vervoegen
• Ik weet wanneer ik een tussenletter (–s en (e)n) moet schrijven in samenstellingen
• Ik kan het meervoud van ZN schrijven
• Ik weet wanneer ik het weglatingsteken moet gebruiken
• Ik weet wanneer ik wel en wanneer ik geen hoofdletters moet gebruiken

Slide 3 - Diapositive

De glazen (glanzen, vt) op de tafel van het restaurant.

Slide 4 - Question ouverte

Femke en Tim zijn best wel (verbazen).

Slide 5 - Question ouverte

De stratenmaker (verbreden, vt) de weg.

Slide 6 - Question ouverte

De fotograaf hing de (vergroten) foto's aan de muur.

Slide 7 - Question ouverte

Rick en Maud zijn helemaal (settelen).

Slide 8 - Question ouverte

Gisteren (racen, vt) hij over het veld.

Slide 9 - Question ouverte

Heb jij zijn tijd (timen)?

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

maak van de volgende woorden een samenstelling: groente+ soep, rijst +pap, rood+ kool 

Slide 12 - Diapositive

Peer + sap
Beer + sterk
Spelling + controle
Spin + wiel
Zon + paneel
Rijst + pap
Reus + leuk
Pan + koek

Slide 13 - Diapositive

https://www.cambiumned.nl/oefeningen/oefening-de-tussenklank/


Slide 14 - Diapositive

Welke samenstellingen zijn goed geschreven?
A
stekeblind, bessejam, kattekwaad, Stationstraat
B
stekeblind, bessenjam, kattekwaad, Stationstraat
C
stekeblind, bessenjam, kattekwaad, Stationsstraat
D
stekeblind, bessejam, kattenkwaad, Stationsstraat

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

knie, porie, café, auto, cowboy

Slide 18 - Question ouverte

1. Lyceum
2. Accu
3. Genie
4. Politicus 5. Etalage 6. Pyjama 7. Bacterie, 8.Toverfee

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

1. De voorkant en achterkant zijn beschadigd.


Slide 21 - Question ouverte

De afschrijvingen en bijschrijvingen staan op de site.

Slide 22 - Question ouverte

Ik eet zowel oude kaas als jonge kaas.

Slide 23 - Question ouverte

De import en export van olie neemt toe.

Slide 24 - Question ouverte

Slide 25 - Diapositive

Let op: je gebruikt geen hoofdletters bij de dagen, maanden, jaargetijden, windstreken

Slide 26 - Diapositive

1. jos in ’t veld
2. de heer in ’t veld
3. de heer j. in ’t veld

Slide 27 - Question ouverte

1.    Jos in ’t Veld
2.    de heer In ’t Veld
3.    de heer J. in ’t Veld

Slide 28 - Diapositive

in het noordoosten kun je in de kerstvakantie met je gazellefiets lekker toeren.

Slide 29 - Question ouverte

huiswerk:
maak de proeftoets op blz. 8 en 9
netjes in een schrift/ blaadje in je map
morgen: controle + bespreken proeftoets

Slide 30 - Diapositive