Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Thema 7
Opslag, uitscheiding
en bescherming
Bs 1 Een constant inwendig milieu
Bs 2 De lever
Bs 3 De nieren
Bs 4 De huid en het onderhuidse bindweefsel
Bs 5 Afweer
Slide 1 - Diapositive
Thema 7
Opslag, uitscheiding
en bescherming
Bs 1 Een constant inwendig milieu
Bs 2 De lever
Bs 3 De nieren
Bs 4 De huid en het onderhuidse bindweefsel
Bs 5 Afweer
Slide 2 - Diapositive
Thema 7
Opslag, uitscheiding
en bescherming
Bs 1 Een constant inwendig milieu
Bs 2 De lever
Bs 3 De nieren
Bs 4 De huid en het onderhuidse bindweefsel
Bs 5 Afweer
Inwendig milieu:
= bloedplasma & weefselvloeistof
= opgenomen in de bloedsomloop
Uitwendig milieu:
buiten je lichaam
lucht in je longen
inhoud darmkanaal
Slide 3 - Diapositive
Opname:
Inademen
Eten
Drinken
Opname naar de bloedsomloop om in
het inwendig milieu
te komen.
Uitscheiding:
Uitademen
Plassen
Gal
Poepen is geen uitscheiding, want dat zijn de onverteerde voedselresten die nooit opgenomen zijn in het bloed.
Slide 4 - Diapositive
Klas 3 Thema 5 Regeling
Diabetes
Slide 5 - Diapositive
Eilandje van Langerhans (microscopische foto)
Afvoerbuis verteringsklier
Eilandje van Langerhans
Verteringsklier
Stukje alvleesklier
Alvleesklier
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Diapositive
Bloedsuikerspiegel wordt te hoog
Alvleesklier maakt het hormoon insuline
Glucose => glycogeen
Bloedsuikerspiegel is te laag
Alvleesklier maakt het hormoon glucagon
Glycogeen => glucose
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Thema 7
Opslag, uitscheiding
en bescherming
Bs 1 Een constant inwendig milieu
Bs 2 De lever
Bs 3 De nieren
Bs 4 De huid en het onderhuidse bindweefsel
Bs 5 Afweer
Slide 10 - Diapositive
Thema 7
Opslag, uitscheiding
en bescherming
Bs 1 Een constant inwendig milieu
Bs 2 De lever
Bs 3 De nieren
Bs 4 De huid en het onderhuidse bindweefsel
Bs 5 Afweer
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Belangrijke bloedvaten:
Leverslagader:
tussen aorta en lever
Leverader:
tussen lever en holle ader
Poortader:
tussen darmen en lever
Slide 13 - Diapositive
Belangrijke bloedvaten:
Leverslagader:
tussen aorta en lever
Leverader:
tussen lever en holle ader
Poortader:
tussen darmen en lever
Slide 14 - Diapositive
Functies van de lever:
Constant houden van het glucosegehalte in het bloed
Productie van fibrinogeen
Productie van gal
Afbraak van overschot eiwitten (ureum is de afvalstof)
Afbraak van dode rode bloedcellen
(galkleurstoffen is het afbraakproduct)
Ontgifting van bloed (o.a. alcohol, drugs, medicijnen)
Slide 15 - Diapositive
Hepatitis
Virus
Besmetting via bloed, sperma of vaginavocht
Kan leverkanker of levercirrose veroorzaken.
Slide 16 - Diapositive
Thema 7
Opslag, uitscheiding
en bescherming
Bs 1 Een constant inwendig milieu
Bs 2 De lever
Bs 3 De nieren
Bs 4 De huid en het onderhuidse bindweefsel
Bs 5 Afweer
Slide 17 - Diapositive
De nieren en de urinewegen
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Nierschors en niermerg
Functie uitscheiding van:
overtollig water
overtollige zouten
afvalstoffen
schadelijke stoffen
Dus: de nieren voeren een aantal stoffen af die het lichaam niet meer nodig heeft
Nierschors en niermerg
Functie uitscheiding van:
overtollig water
overtollige zouten
afvalstoffen
schadelijke stoffen
Dus: de nieren voeren een aantal stoffen af die het lichaam niet meer nodig heeft. Zoals te veel water, te veel zout, afvalstoffen en schadelijke stoffen.
Slide 20 - Diapositive
Nierschors en niermerg
Functie uitscheiding van:
overtollig water
overtollige zouten
afvalstoffen
schadelijke stoffen
Dus: de nieren voeren een aantal stoffen af die het lichaam niet meer nodig heeft
Nierbekken
Functie:
verzamelen van urine
Hierna gaat de urine naar urineleiders, dan naar de urineblaas en tenslotte wordt de urineblaas leeggemaakt via de urinebuis.
Slide 21 - Diapositive
Nieren: maken urine
Eerst gaat het bloedplasma in buisjes = voorurine
Dan halen de nieren de nuttige stoffen en een deel van het water weer uit de voorurine. Deze stoffen gaan terug naar de bloedvaten.
Dat wat overblijft is urine, hierin zitten de afvalstoffen die via de urineleider en blaas uitgeplast worden.