230316 top 100 zetpillen kwalteitsindicatoren

16-03-2023
Top 100 
Zetpillen
 Kwaliteitsindicatoren 

1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
BSPMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

16-03-2023
Top 100 
Zetpillen
 Kwaliteitsindicatoren 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is vorige week allemaal in de les langsgekomen?

Slide 2 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke vraag heb je nog over vorige week?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen 
De kennis over de meest gebruikte gnm wordt opgehaald.
Je kennis over zetpillen is opgehaald. 
Je weet wat kwaliteitsindicatoren zijn en welke belangrijke medicatiebewakingsindicatoren er zijn. 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Top 100 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Gewetensvraag;
Welke opdrachten zijn af?
A
Kwaliteitsindicatoren
B
Zetpillen
C
Medicatiebewaking
D
Geen van allen

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar starten we mee?
Kwaliteitsindicatoren
Zetpillen

Slide 7 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Zetpillen = suppositoria
Wanneer worden rectale toedieningsvormen gebruikt?

  • als de patiënt slecht of niet kan slikken
  • als de patiënt misselijk is of moet braken
  • als het rectum plaatselijk behandeld moet worden

Slide 9 - Diapositive

Slecht slikken→ kinderen of volwassenen evt. met verminderde bewustzijn.
Andere rectale toedieningsvorm: klysma’s= oplossingen/ suspensie voor rectale toediening

 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Werkzame bestanddelen worden gemengd met hard vet.


Slide 12 - Diapositive

Lipofiel: de basis smelt bij lichaamstempt. na smelten komt gnm vrij.
Hydrofiel: de basis lost op in het vocht dat de rectum afscheidt, gnm komt vrij na oplossen.
Hydrofiel: de basisverdeling is één om twee (hoe hoger het getal, hoe vaster de basis). Het smelttraject is hoger dan die van de lipofiele basis, daarom geschikt voor warme landen. De hydrofiele basis is wel hygroscopisch, daarom bij voorkeur uitschenken met spuitflesmethode.

Slide 13 - Diapositive

Wanneer het gnm niet oplost, dan goed opletten dat de viscositeit zo is dat de zetpillen niet uitzakken. Dit wordt ook wel een suspensiezetpil genoemd.
Gnm opgelost dan is het dus een oplossing en kan deze niet uitzakken.
Hulpstoffen 
- Triglycerdide saturata media = Miglyol 812:  verlaagt het smeltpunt van de zetpil, zodat ze in het lichaam snel zacht worden. Bijv. zinkoxide zetpillen
- Collodiaal siliciumoxide =Aerosil: wordt toegevoegd om agglomeraten (klontjes) fijn te wrijven → homogeen                 
- Lactose (180):  100 mg lactose/zetpil toevoegen wanneer er ≤50 mg/supp aan werkzame stof in zit. 
- Sojalecethine:   wordt toegevoegd bij bereidingen van zetpillen met grote hoeveelheden vaste stof (bijv. paracetamol 750 mg of meer) om het gietbaar te houden. Beïnvloed het stollingsproces niet noemenswaardig. 

Slide 14 - Diapositive

Hulpstoffen om de kwaliteit van de zetpil te verbeteren of de bereiding te vergemakkelijken.
Miglyol bij ZnO gebruikt zodat de aambei smelt en er een beschermende zalflaag ontstaat. Kan ook toegevoegd worden bij terminale patiënten met een verlaagde lichaamstemperatuur. 
watervrij colloïdaal siliciumdioxide (Aerosil 200 V®, de verdichte vorm), met een maximum van 1% van het farmacon. 
Lactose toevoegen voor een mooie goede verdeling van vaste stof met de basis .
 Zinkoxide zetpillen -> 
werken licht indrogend en stillen de jeuk. Worden gebruikt bij jeuk en irritatie aan de anus door aambeien

Aerosil ->
ColloIdaal Siliciumoxide (ook gebruikt als "glijmiddel" bij capsules 

Sojalecithine ->
Meestal 2% toevoegen aan totaal poedermengsel, dit beïnvloed het stollingsproces niet! 
1. Waar vind je het voorschrift van valproinezuurzetpillen
A
Kennisbank
B
Informatorium
C
FNA
D
LNA-procedures

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Wat zijn de LNA-mededelingen?

Slide 16 - Question ouverte

nieuwsbrieven van het laboratorium der Nederlandse apothekers
3. Welke info vind je in de LNA=procedures?

Slide 17 - Carte mentale

alle handelingen in de apotheek
vraag 4
  • Tot welke basis behoort deze zetpilbasis?
  • Wat is het smelttraject van deze basis

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Kwaliteitsindicatoren 

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn kwaliteitsindicatoren en wat is de functie

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vanaf dit jaar ook veel indicatoren die voor intern inzicht zijn. 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom belangrijk? 
Gebaseerd op richtlijnen 
Leveren goede kwaliteit van zorg

Maar
Ook van belang bij het examen keuzedeel specifieke doelgroepen. 

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

2020
2021

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

11. Voor welke indicatie worden nitraten voorgeschreven?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

12. Waarom moet er bij gebruik van een nitraat een TAR toegevoegd worden? (zie MFB)

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

13. Wanneer hoeft er geen TAR worden toegevoegd bij een patiënt die een nitraat gebruikt?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

14. Waar staat PPI voor en hoe werkt het?

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

15. Waarom is het geen goed idee om een PPI onnodig langdurig te slikken?

Slide 33 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

16. Wanneer weet een vrouw zeker dat zij geen anticonceptie nodig heeft?

Slide 35 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

17. Wat is het bezwaar om langer dan nodig orale anticonceptie te gebruiken?

Slide 37 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

18. Als je niet het gewicht van een kind weet. Hoe kan je dan toch de dosering berekenen?

Slide 39 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

19. Bij het berekenen van de dosering, komt er niet altijd een handige volume uit. Hoe rond je deze af en waarom?

Slide 41 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions