Thema 7 week 1 les 4: Samentrekkingen

Doel van de les:
Jullie weten  wat

 samentrekkingen 

zijn en kunnen deze toepassen.
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
TaalBasisschoolGroep 7

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Doel van de les:
Jullie weten  wat

 samentrekkingen 

zijn en kunnen deze toepassen.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Voorbeeld:
De blauwe auto en de groene auto reden hard.
Auto staat er 2x in en daarmee wordt hetzelfde bedoeld.
De zin wordt dan:
De blauwe en de groene auto reden hard.

Slide 3 - Diapositive

Nog een voorbeeld:
Ik pak nieuwe potloden en ik pak oude potloden uit het nieuwe etui.

Dubbel in de zin: 'ik pak' en 'potloden'.  Je kunt dus ze allebei 1x weglaten,
want ze betekenen hetzelfde.
De nieuwe zin is dus:

Ik pak nieuwe en oude potloden uit het nieuwe etui.


(Er staat ook 2x nieuwe in! Maar de ene nieuwe gaat over de potloden en de andere nieuwe gaat over het etui. Deze kun je dus niet weglaten!)

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is de samentrekking in de zin:

Het gebouw heeft hoge en lage ramen.

Slide 6 - Question ouverte

Wat is de samentrekking in de zin:
Het kleine meisje heeft grote en kleine poppen in haar grote poppenhuis.

Slide 7 - Question ouverte

Welk woord heb ik weggelaten?

Er zijn grappige series en films.
A
grappige
B
series
C
films

Slide 8 - Quiz

Welk woord heb ik weggelaten?

Er zijn rode en groene auto's.
A
rode
B
auto's
C
groene

Slide 9 - Quiz

Pak je 
wisbordje & stift!

Slide 10 - Diapositive

Overleg met elkaar en schrijf het juiste antwoord op.
Er zijn gele tulpen en rode tulpen.

Schrijf de zin korter op en laat één woord weg.

Slide 11 - Diapositive

Wat is de juiste samentrekking:

Ik ben in de voortuin of achtertuin.
A
Ik ben in de voor- of achtertuin
B
Ik ben of de achtertuin
C
Ik ben in de voortuin -achter
D
Ik ben tuin of de achtertuin

Slide 12 - Quiz

Welk woord of woorddelen in de zin kun je samentrekken?
Ik speel graag een potje voetbal en ik speel graag een potje hockey.
A
ik speel
B
graag
C
een potje
D
ik speel graag een potje

Slide 13 - Quiz

In de toetsweek worden er lange en korte toetsen afgenomen.
A
goede samentrekking
B
foute samentrekking

Slide 14 - Quiz

Ga nu de les maken
Maak 
  • opgave 1 en 2
  • opgave 1 en 3,
afhankelijk van hoe goed jij het snapt.

Slide 15 - Diapositive