1vwo Woordenschat Schooltaal

1vwo Woordenschat Schooltaal
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

1vwo Woordenschat Schooltaal

Slide 1 - Diapositive

Wat is het verschil tussen 'schooltaal' en 'thuistaal'?

Slide 2 - Question ouverte

Kun je voorbeelden noemen van 'schooltaal'?

Slide 3 - Carte mentale

Wat betekent 'het jargon'?
A
het gevangen dier
B
vaktaal
C
vakgebied
D
het groepsbeleid

Slide 4 - Quiz

Bij welk vak zul je het woord 'mondiaal' waarschijnlijk het meest gebruiken?
A
Engels
B
Gym
C
Aardrijkskunde
D
Levensbeschouwing

Slide 5 - Quiz

Wat is een synoniem?

Slide 6 - Question ouverte

Kun je een voorbeeld geven van synoniemen?

Slide 7 - Question ouverte

Waar of niet waar?

'Maatschappij' is een synoniem voor 'samenleving'?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking 'bij de les blijven'?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het tegenovergestelde van 'figuurlijk'?

Slide 10 - Question ouverte

Kun je een voorbeeld geven van figuurlijk taalgebruik?

Slide 11 - Question ouverte

Welk woord kun je invullen op de puntjes?

Ik ga niet naar voetbal, ... ik naar de tandarts moet.
A
aangezien
B
desalniettemin
C
hoewel
D
echter

Slide 12 - Quiz