3.5 Rivieren temmen

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Programma

§ 5: Rivieren temmen.

Water kringloop

Video: Ruimte voor de rivier.

Opdrachten

Wat wordt er bedoeld met de zin: 'Nederland is het afvoerputje van Europa'?

Meer wateroverlast

1. Temperatuur stijgt --> meer verdamping van warmer zeewater --> meer neerslag

2. De neerslag die er valt, valt in kortere tijd. Rivieren krijgen ineens met veel water te maken.

De waterkringloop

Maak op je ipad een tekening van een waterkringloop

Je mag de volgende begrippen gebruiken : verdampen, condenseren & transpiratie

0

Waarom geven we de rivier meer ruimte in plaats van dat we de rivier opsluiten?

• Ruimte voor de rivier
• Uiterwaard
• Zomerdijk
• Nevengeul

Project om de waterafvoer te verbeteren in de rivierbedding en de uiterwaarden.

Het gebied tussen de dijk en de rivierbedding.

Het gebied tussen de dijk en de rivierbedding.

Extra afvoerkanaal in een rivier, te gebruiken bij hoog water.

Water in de stad

Steden zijn versteend --> water kan niet in de grond zakken

Oplossing: klimaatbestendig inrichten

Bijvoorbeeld door waterpleinen te maken en meer groen aan te leggen. (wadi's) 

Opdrachten

Maak de opdrachten van paragraaf 5:

1 t/m 6.

Donderdag in de les: 7, 8 en 11. 

Programma 7-3

Dagopening

Terugblik vorige les

Korte uitleg en video ruilverkaveling

Opdrachten: Paragraaf 3.5 afronden.

Wat heb je deze les geleerd?

Wat is een voorbeeld van klimaat bestendige inrichting?

1. Meer snelwegen bouwen
2. Waterpleinen
3. Verkeerspleinen
4. Een zomerdijk

Sleep de begrippen op de juiste plaats!

Uiterwaard

Zomerdijk

Winterdijk

Vaargeul

Welk begrip hoort bij deze uitleg?
Het zout worden van de bodem en/of het water

1. Verzouting
2. Brak water
3. Nevengeul
4. Verzilting

Water vasthouden

• Veel steen en asfalt in de stad
• Wadi's
• Klimaatbestendige inrichting

Rivier in de woestijn die een deel van het jaar droogvalt. Ook gebruikt voor groenstroken in de stad die bij regen overtollig water opvangen.

Inrichting die het mogelijk maakt regenwater op te vangen.

Droogte

• De verdeling van de neerslag over het jaar veranderd.
• Winter worden natter
• Zomers worden droger
• Verzilting

Het zout worden van de bodem en/of het water.

Leg in eigen woorden uit waarom ruilverkaveling werd toegepast

Opdrachten

Maak de opdrachten van paragraaf 3.5

Maandag; 1 t/m 6. In de les: 7, 8 en 11. 

Noteer in 1 zin wat je deze les hebt geleerd.

Programma 11-3

Terugblik vorige les

Hoofdstuk 3 afronden. 

Verwerking

Wat heb je deze les geleerd?

Sleep de begrippen op de juiste plaats!

Uiterwaard

Zomerdijk

Winterdijk

Vaargeul

Welk begrip hoort bij deze uitleg?
Het zout worden van de bodem en/of het water

1. Verzouting
2. Brak water
3. Nevengeul
4. Verzilting

Leg in eigen woorden uit waarom ruilverkaveling werd toegepast

Noteer in 1 zin wat je deze les hebt geleerd.

Noteer in 1 zin wat je over dit onderwerp nog niet zo goed hebt begrepen

Wat ga je doen?

Eerste gedeelte hoofdstuk 3 afronden

Opdrachten 3.5 zijn nagekeken. 1 t/m 8 en 11. 

Keuzemenu opdracht B en C maken. (Werkboek blz 64)

Finish: Opdracht 1 begrippen (Werkboek blz 65 en 66).

Of een samenvatting maken voor de toets

Vraag? Steek je vinger op en kom ik bij je

Tweede gedeelte petje op petje af

Petje op, petje af

Een voor een komt er een stelling voorbij. Je moet aangeven of het waar of niet waar is. Heb je het fout ga je zitten. Je krijgt telkens 15 seconden bedenktijd. Bij elke nieuwe vraag gaan degene die nog meedoen staan. 

Petje op (Staan) = stelling is waar

Petje af (Zitten) = stelling is niet waar

Stellingen

• Ruilverkaveling is een ander woord voor landinrichting
• Waterschappen is de organisatie die zorgt voor onder andere de waterzuivering
• De bodemdaling is onderdeel van de relatieve zeespiegelstijging
• Groente- en tuinafval kun je als biomassa gebruiken
• Als zeeijs smelt heeft dat invloed op de zeespiegel

Stellingen

• Aardgas is een duurzame energiebron
• Fossiele brandstoffen zijn eigenlijk resten van afgestorven planten, dieren en bomen
• Nederland zit dit moment in de energietransitie
• Een voorbeeld van biobrandstof zijn dierlijke vetten
• In de ijsttijd lag Scandinavie lager dan Nederland
• Ongeveer 40 % van Nederland ligt beneden de zeespiegel

Stellingen

• Fossiele brandstoffen kunnen een keer opraken
• Er zijn voor- en nadelen van duurzame energie
• Kringloop is een ander woord voor hergebruik. 
• Deltawerken komen alleen voor in Zeeland
• Om de kust te beschermen wordt er in de zee zand toegevoegd
• Achter dijken liggen polders 

Stellingen

• Een waterplein is een voorbeeld van klimaat bestendig inrichten
• Het zout worden van zoet water noem je verzilting
• Wadi's zijn andere woorden voor delta's en nevengeulen
• Uiterwaard is het gebied tussen de dijk en rivierbedding
• Het debiet is de hoeveelheid water dat op een bepaald moment door de rivier stroomt