Les 10 : feedback geven en ontvangen

• Communicatie
• MBO
• Studiejaar 2,3

Vandaag

Terugblik +/- 15 min.

Feedback geven & ontvangen +/- 30 min.

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan de student:

1. het verschil benoemen tussen kritiek en feedback,
2. benoemen op welke manier effectief feedback gegeven kan worden;
3. op een gestructureerde manier feedback geven aan een van zijn medestudenten.

Terugblik

1. Wat hebben we vorige les besproken?

2. Zijn daar nog vragen over?

Wat is feedback?

Feedback = terugkoppelen

"Feedback is het terugkoppelen van informatie van de ene persoon naar de andere, waarbij duidelijk gemaakt wordt hoe de boodschap (of het gedrag) van de een op de ander overkomt".

Situatie 1 

Je zit in de klas. De leerkracht legt iets uit wat je niet begrijpt. De uitleg gaat snel en een beetje rommelig. Het is nog steeds erg onduidelijk. Eigenlijk snap je er niets van.

Situatie 2 

Je zusje draait de hele dag keihard muziek van K3 op haar slaapkamer. Je kan je slecht concentreren op je huiswerk.

Situatie 3 

Je bent een toets aan het maken. Vraag 3 is moeilijk, oneerlijk zelfs. De vraag gaat over iets wat je niet moest leren.

Situatie 4 

Je bent een halfuur te laat op werk, omdat je thuis iemand verzorgt die ziek is en dat duurde langer dan verwacht. Je werkgever is erg boos en hij uit zijn woede waar andere collega’s bij staan. 

Situatie 5 

Je vrienden willen dat je mee gaat naar het dorp. Jij hebt geen zin om te gaan omdat het daar vorige keer uit de hand liep. Je hebt al drie keer gezegd dat je niet mee wilt. Ze vragen het nog een keer.

Feedback geven & ontvangen

00:19

Hoe reageert Michael op de suggestie?

01:31

"You need to do something about your body odor"

"Je moet iets doen aan je lichaamsgeur"

1. Hoe zou jij deze feedback ontvangen?

2. Hoe zou je dit op een gepaste manier als feedback kunnen geven aan iemand?

Opdracht: Het Johari venster

Oefening feedback geven en ontvangen

1. Individueel: Vul in venster het 'open & verborgen gebied' in.
2. In duo's: geef elkaar korte feedback.
   
3. Begin met een compliment (positieve feedback). Gebruik de IK-boodschap: 'ik zie dat... / ik hoor dat... / ik voel dat...'
4. Zeg hoe het gedrag van de ander voor jou is. Vertel wat je voelt/ wat het met je doet. 
5. Vraag door als het niet duidelijk is wat diegene bedoeld.
6. Noteer de feedback die je krijgt in het venster 'blind gebied'.

Nabespreking

Geef feedback op deze les

Noteer dit in het opdrachtenblad 

Lesdoelen

Aan het einde van de les kan de student:

1. het verschil benoemen tussen kritiek en feedback,
2. benoemen op welke manier effectief feedback gegeven kan worden;
3. op een gestructureerde manier feedback geven aan een van zijn medestudenten.